Geen partij in de Tweede Kamer is extremer pro-Israël dan de PVV. Daarvoor is partijleider Geert Wilders hoofdverantwoordelijk. Hij ziet Israël als onze belangrijkste bondgenoot en als front in ‘de strijd tegen de islam’. Van een Israëlische bezetting van Palestina is volgens de PVV geen sprake. Israël mag de hele Westelijke Jordaanoever inlijven, die de PVV steevast in Bijbelse termen aanduidt als ‘Judea en Samaria’.
De PVV is faliekant tegen een onafhankelijke Palestijnse staat. Ze pleit niet openlijk voor de verdrijving van de inheemse Palestijnen, maar vindt wel dat die hun heil moeten zoeken in het naburige Jordanië. Dat komt neer op etnische zuivering. Ten aanzien van Palestina is de Partij voor de Vrijheid de Partij tegen de Vrijheid.
Bij de Kamerverkiezingen van 15 maart 2017 haalde de PVV twintig zetels. Met die uitslag trad een PVV’er tot de Kamer toe die bekendstaat om zijn extreme Israël-opvattingen: Gidi Markuszower. Hij stond bij de verkiezingen in 2012 ook al op de PVV-lijst, maar trok zich terug nadat toenmalig minister van Justitie Hirsch Ballin had gewaarschuwd voor zijn contacten met een buitenlandse inlichtingendienst, naar verluidt de Israëlische Mossad.
De PVV sprak zich consequent uit tegen de tweestatenoplossing, die de Nederlandse regering en de EU − in ieder geval op papier − omarmen en steunen. Dat Israël op grote schaal nederzettingen bouwt en zo vrede blokkeert, is voor de PVV geen enkel probleem. Integendeel, in 2012 diende de PVV een motie in die de regering opriep ‘de legaliteit van Joodse vestigingen in Judea en Samaria te erkennen en nederzettingen niet langer te betitelen als een obstakel voor vrede’. De partij drong herhaaldelijk aan op de verplaatsing van de Nederlandse ambassade van Tel Aviv naar Jeruzalem en voor erkenning van heel Jeruzalem als ongedeelde hoofdstad van Israël.
Toen Israël in de zomer van 2014 Gaza aanviel en meer dan 2200 Palestijnen doodde, onder wie volgens de VN 1523 burgers (en daarvan 519 kinderen), steunde de PVV dat kritiekloos. Gaza is voor de PVV een nest van terroristen en jihadisten dat Israël met alle middelen mag bestrijden. Een ander speerpunt is de Palestijnse Autoriteit: daarmee zou Nederland alle banden moeten verbreken. Verder ageerde de PVV tegen mensenrechtenorganisaties die de Israëlische bezetting bekritiseren.
De PVV heeft tijdens Rutte-II 33 keer Kamervragen over Israël-Palestina gesteld. Daarmee is zij op dit dossier kampioen Kamervragen. In 24 gevallen was de PVV eerste indiener, in negen gevallen tekende ze mee met Kamervragen van SGP, ChristenUnie en VVD.
De Kamervragen die de PVV stelde betuigden steun aan Israëls koloniseringspolitiek en getuigden van een vijandige houding jegens de Palestijnen. Zo keerde de PVV zich tegen de Palestijnse Autoriteit, de VN-Mensenrechtenrapporteur voor Palestina, en EU-maatregelen tegen de nederzettingen. Daarbij bediende de PVV zich vaak van tendentieuze taal, bijvoorbeeld ten aanzien van Nederlandse ontwikkelingsorganisaties die de bezetting bekritiseren: ‘Bent u nu eindelijk bereid een onderzoek te starten naar antisemitische propaganda door gesubsidieerde hulpclubs?’, luidde een Kamervraag.
Overzicht van alle Kamervragen van de PVV tijdens Rutte-II
Partijen dienen moties in om het kabinetsbeleid te beïnvloeden. Tijdens Rutte-II heeft de PVV 21 moties over Israël-Palestina ingediend: vijftien als enige indiener en zes als tweede indiener bij moties van andere partijen. De motie voor erkenning van de nederzettingen is al genoemd. Andere moties betroffen verplaatsing van de Nederlandse ambassade naar Jeruzalem, het verbreken van alle banden met de Palestijnse Autoriteit en het beëindigen van subsidies voor NGO’s die de bezetting bekritiseren.
In de periode-Rutte II hebben we 55 moties geregistreerd die, op grond van hun oproep aan de regering, als vóór of tegen de Israëlische bezetting te classificeren zijn. Voor de moties ‘pro-bezetting’ (31 stuks) geldt in algemene zin: die bevorderen beleid dat de bestaande situatie van ongelijkheid en rechteloosheid bestendigt en de bezetting en nederzettingen ten goede komt. Voor de moties ‘anti-bezetting’ (24 stuks) geldt: die willen de status quo van ongelijkheid en rechteloosheid juist doorbreken en voorzien in maatregelen tegen de bezetting en nederzettingen.
Alle partijen stemmen over de ingediende moties. Voor de 55 moties hebben we het stemgedrag per partij geregistreerd. De PVV vormde de voorhoede van het pro-bezettingsblok in de Tweede Kamer: zij heeft geen enkele anti-bezettingsmotie gesteund, maar wel dertig van de 31 pro-bezettingsmoties (97 procent). Vijftien daarvan diende zij zelf in. Daarmee is de PVV ‘kampioen Bezetting’.
Meer informatie over Kamervragen, moties en zetelverdeling
Het verkiezingsprogramma van de PVV beslaat één A4 en zegt niets over de kwestie-Palestina/Israël. De internationale rechtsorde komt ook niet aan bod − daar heeft de PVV geen boodschap aan.