Itai Bar is Midden-Oosten-deskundige en reisleider.
12 December 2025Nadat de anti-zionistische joodse groep Erev Rav aankondigde komende zondagavond uit protest tegen de geplande optredens van de voorzanger van het Israëlische leger een Chanoeka-ceremonie te organiseren bij het Concertgebouw, heeft nu ook een pro-Israël groep aangekondigd een viering te houden.

De ceremonie van Erev Rav is onderdeel van een groter protest – Geef Genocide Geen Podium – dat op zondagavond 14 december gepland staat en waar ook onder meer de groepen Plant een Olijfboom, New Neighbours en de Internationale Socialisten aan deelnemen. Een groep genaamd Nederlanders solidair met Israël en het Joodse volk roept nu op Israëlische vlaggen mee te nemen om steun te betuigen voor ‘de Israëlische cantor Shai Abramson.’
De aanduiding ‘de Israëlische cantor’ is overigens een omfloerste omschrijving die de afgelopen maanden gebruikt is door groepen die voor de komst van Abramson pleiten en die door bijna alle Nederlandse media is overgenomen.
Shai Abramson is de chef voorzanger van het Israëlische leger, een officiële functie, ‘IDF Chief Cantor’ in het Engels. Hem anders voorstellen – zoals bijvoorbeeld de Nationale Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB) vorige maand deed – is misleidend. Hem in krantenkoppen niet met zijn functie te omschrijven, maar slechts met zijn nationaliteit – zoals onder meer de Volkskrant, Het Parool en de NOS deden – eveneens.
Het Chanoeka Concert in het Concertgebouw wordt jaarlijks georganiseerd door de Stichting Chanoeka Concert. In september kondigde de stichting aan Shai Abramson geboekt te hebben. Op de posters die de stichting verspreidde heet Abramson ‘De Israëlische Chief Cantor’. In Israël is er geen andere ‘Chief Cantor’ dan die van het leger, de functie die Shai Abramson vervult.
Voor ingewijden was de poster van de Stichting Chanoeka Concert dan ook niet mis te verstaan als een aankondiging van een optreden van de officiële voorzanger van het Israëlische leger. Joodse en Israëlische organisaties in Nederland die kritisch zijn op Israël zoals Erev Rav, Gate ‘48 en Een Ander Joods Geluid behoorden dan ook tot de eersten die bij het Concertgebouw beklag deden over de voorgenomen komst van Abramson. Ook personeelsleden van het Concertgebouw en andere maatschappelijke organisaties uitten hun ongenoegen.
De klagers wezen niet alleen op de functie van Abramson als cantor van het leger, maar ook op de inhoud van enkele video’s die hij in deze hoedanigheid maakte en die online te zien zijn. Het was voor het Concertgebouw reden om de Stichting Chanoeka Concert te vragen een andere zanger te vinden. De stichting weigerde, waarop het Concertgebouw begin november liet weten de huurovereenkomst op te zeggen.
Het Concertgebouw liet weten dat de afgelasting was vanwege de functie van Abramson: ‘Optreden van IDF Chief Cantor staat haaks op missie van verbindingen door muziek’, heette het in het persbericht.
De NCAB zag het juist op deze afgelasting te reageren, op 5 november deed de coördinator een bericht uitkomen dat als volgt begon: ‘dit weekend besloot het Concertgebouw een gepland Chanoeka-concert te annuleren omdat één van de artiesten een link heeft met het Israëlische leger, waar hij eerder als voorzanger (cantor) ceremonies begeleidde.’
De NCAB verdraait hier de motieven van het Concertgebouw, dat het concert annuleerde niet omdat Abramson ‘een link heeft met het leger heeft’ of omdat hij ‘eerder als voorzanger ceremonies begeleidde’, maar omdat hij de voorzanger van het Israëlische leger is, een algemeen bekend feit.
Voorstanders van de komst van Abramson spraken na de afgelasting ook van antisemitisme. De Israëlische minister van Diaspora-zaken Amichai Chikli verstuurde een brief aan de burgemeester van Amsterdam, Femke Halsema. Chikli refereerde in die brief aan de Nederlandse joden die in de Tweede Wereldoorlog vermoord werden en noemde de afgelasting een ‘overgave aan angst en toenemend antisemitisme.’
Ook Nederlandse organisaties en activisten verbonden het besluit van het Concertgebouw expliciet aan antisemitisme. Ronny Naftaniel, oud-voorzitter van zowel het CIDI als het Centraal Joods Overleg (CJO), schreef een flyer waarin de Tweede Wereldoorlog werd aangehaald en beweerd werd dat Abramson geweerd wordt ‘omdat hij Joods of Israëlisch is’.
Waar de NCAB en ook het CIDI zich lieten horen inzake de annulering, bleef het van de kant van het CJO stil. Dit is waarschijnlijk te verklaren uit het feit dat het CJO op dat moment al in gesprek was met het Concertgebouw. Want op 12 november, na een goede week van acties en druk van de kant van de voorstanders van het concert, maakte het Concertgebouw bekend dat Abramson alsnog mag optreden, niet bij het traditionele Chanoeka-concert, dat zoals gepland ‘s middags plaats zal plaatsvinden met een andere zanger, maar ‘s avonds bij twee besloten concerten.
Niet alleen het CJO was betrokken bij deze herboeking, ook oud-vicepremier Lodewijk Asscher en theatermaker Jaïr Stranders bemiddelden tussen het Concertgebouw en de Stichting Chanoeka Concert. Het CJO vaardigde een verklaring waarin ze het ‘positief’ noemden dat ‘er overleg is geweest waardoor het Chanoeka concert door kan gaan’ en concludeerden ook ze dat er geen sprake is geweest van antisemitisch handelen.
Jaïr Stranders zegt nooit blij te zijn geweest met de komst van Abramson en goed te kunnen begrijpen waarom het Concertgebouw het optreden in eerste instantie afgelaste. Tegelijk zag hij dat vanuit de joodse organisaties en de joodse gemeenschap het gevoel bestond dat ze steeds maar weer te maken krijgen met gedoe rond joodse evenementen. Stranders: ‘Voor voelt het als incident op incident op incident en deze annulering was voor velen een laatste druppel.’
Het compromis dat er gekomen is, noemt Stranders ‘verschrikkelijk’, maar het alternatief dat dreigde – de Stichting Chanoeka Concert wilde een kort geding aanvragen – was volgens Stranders nog slechter. Stranders zegt te begrijpen waarom de tegenstanders van de komst nu weer teleurgesteld zijn en protesteren. Maar hij zegt dat hij gelooft dat het beter is te blijven praten. ‘Ik hoop dat de stichting in de toekomst beter zal nadenken en meer rekening zal houden met de gevoeligheden van anderen.’