Rajaa Natour is een Palestijnse onderzoeksjournalist.
19 June 2025 Lees meer overDe Nederlandse partijen die in mei tegen de onmiddellijke toelating van humanitaire hulp aan Gaza stemden, maakten niet alleen de voortdurende uithongering van Palestijnen mogelijk. Ze gaven indirect groen licht voor een plan dat de gedwongen verplaatsing van Gazanen mogelijk maakt.
Ik hoop oprecht dat de leden van de Nederlandse politieke partijen die vorige maand tegen de onmiddellijke toelating van humanitaire hulp aan Gaza hebben gestemd, de beelden hebben gezien van de massa’s Palestijnen – opzettelijk uitgehongerd door Israël – die wanhopig toestroomden naar een van de weinige humanitaire hulppunten die eind mei in de Gazastrook werden geopend.
Op 1 juni werden minstens dertig van hen doodgeschoten door het Israëlische leger (IDF) terwijl ze aan voedsel probeerden te komen. Daarna volgden bijna dagelijks nieuwe bloedbaden bij de distributiepunten. In totaal heeft Israël in een paar weken tijd meer dan driehonderd hulpzoekende Palestijnen doodgeschoten, meldt Al-Jazeera.
Dit is hoe hongersnood eruitziet. Dit is wanhoop, uitzichtloosheid en de diepe pijn van een burgerbevolking die wordt onderworpen aan uitroeiing en uithongering. Maar meer nog is dit hoe het in de steek laten van weerloze burgers eruitziet – onder meer door de PVV, VVD en BBB. Dit is hoe verraad van fundamentele menselijke en humanitaire waarden eruitziet. Blijkbaar zijn de meer dan 50 duizend Palestijnen die door het Israëlische leger in Gaza zijn gedood en de 290 duizend kinderen die het risico lopen te sterven door Israëls opzettelijke uithongering niet genoeg voor deze partijen.
Maar als het gaat om humanitaire hulp voor Gaza, is het probleem niet alleen dat sommige Nederlandse partijen tegen het toestaan van dergelijke hulp hebben gestemd. Het probleem is in de eerste plaats het destructieve hulpprogramma dat momenteel wordt uitgevoerd door de Israëlische regering, met steun van de Verenigde Staten.
Achter wat wordt bestempeld als een ‘humanitaire inspanning’ staan twee particuliere militaire aannemers: Safe Reach Solutions en UG Solutions. Dit zijn dezelfde bedrijven die voertuigveiligheidscontroles uitvoerden bij de grensovergangen van Gaza tijdens het vorige staakt-het-vuren.
Deze bedrijven, zonder achtergrond of ervaring in humanitaire operaties in rampgebieden – zeker niet in gebieden waar sprake is van voortdurende genocide – opereren onder een nieuwe overkoepelende organisatie: de Gaza Humanitarian Foundation (GHF). Deze mysterieuze non-profitorganisatie is geregistreerd in Zwitserland en opereert sinds haar oprichting zonder enige vorm van transparantie. Ze heeft geen website, geen openbare contactgegevens en gaf slechts enkele publiekelijke verklaringen over haar plannen.
Het blijkt dat de organisatie een van de schakels is in een schimmig netwerk dat een Amerikaanse ngo met dezelfde naam omvat, geregistreerd in november 2024. Toen dit bekend werd, veranderde deze ngo snel haar naam naar de For Those in Need Foundation.
De sleutelfiguren binnen de GHF zijn onder meer David Papazian, de voorzitter van de luchtvaartmaatschappij FlyArna die nauwe banden met de Verenigde Arabische Emiraten heeft; de Amerikaanse advocaat Loik Henderson; en de Zwitserse advocaat David Kohler, die vorige maand opstapte uit de stichting.
Dit alles roept ernstige vragen op over de aard en de ware doelen van de Gaza Humanitarian Foundation.
Onderzoek van internationale media – waaronder The Washington Post en The New York Times – laat geheime Israëlische betrokkenheid zien via buitenlandse bedrijven en fictieve ngo’s geregistreerd in juridische toevluchtsoorden zoals Zwitserland, en de Amerikaanse staten Delaware en Wyoming.
In eerdere persberichten verklaarde de stichting trots dat onder meer David Beasley, voormalig hoofd van het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties, en Nate Mook, voormalig baas van World Central Kitchen, deel uitmaken van haar team. Maar zowel Beasley als Mook vertelden CNN dat ze niet langer betrokken zijn bij de stichting.
Ter plaatse werd de hulpcoördinatie tot voor kort geleid door Philip P. Reilly, een voormalige hooggeplaatste CIA-functionaris die eerder werkte met het beruchte Blackwater. Dit particuliere beveiligingsbedrijf is gelinkt aan een bloedbad in Irak in 2007, waarbij zeventien onschuldige burgers werden gedood.
Maar dit is slechts één laag van het probleem. Er is hier niet genoeg ruimte om de volledige details van het plan uiteen te zetten dat de GHF presenteerde in een veertien pagina’s tellend document. Ik zal daarom de belangrijkste onderdelen uitlichten.
De GHF heeft een handvol logistieke en ‘humanitaire’ hulpdistributiecentra opgezet in centraal en zuidelijk Gaza, allemaal in de buurt van posities van het IDF. Ze komen in de plaats van de vierhonderd hulpdistributiecentra die tot voor kort operationeel waren in de Gazastrook.
Het document vermeldt dat ‘Israëlische soldaten zullen worden gestationeerd om de gebieden rond de hulpdistributiecentra te beveiligen, en gezinnen in aangewezen gebieden eenmaal of tweemaal per maand via sms zullen worden geïnstrueerd om hun voedselrantsoenen op te halen op gespecificeerde locaties’. Het document stelt ook dat één persoon per huishouden naar de centra moet gaan om het voedsel op te halen en daarbij een screening moet ondergaan voor inlichtingsdoeleinden. Warme maaltijden zullen alleen bij deze centra worden toegestaan, en nergens anders in Gaza.
The Washington Post meldde eerder dat Israël zestig hulpvrachtwagens per dag zal toestaan om de Gazastrook binnen te komen – slechts een tiende van het aantal dat tijdens het laatste staakt-het-vuren was overeengekomen. Deze vrachtwagens leveren goederen aan de vier distributiecentra van de GHF, die vervolgens elk vijf- tot zesduizend huishoudens moeten bedienen.
Sommigen zullen dit lezen en zich misschien afvragen: wat is het probleem? De Palestijnen in Gaza krijgen eindelijk humanitaire hulp.
Maar dat is een misvatting. Niet alleen omdat de GHF de meest kwetsbare bevolkingsgroepen niet zal kunnen bereiken – zieken, gehandicapten, ouderen, en iedereen die weigert zijn huis te verlaten. Niet alleen omdat het plan de basisprincipes van humanitaire hulp schendt, het leven van Palestijnen die naar de distributiepunten komen in gevaar brengt, en de deur opent voor uitbuiting, verhoren en arrestaties door de IDF. En zelfs niet alleen omdat het een berucht beleid voortzet dat is ontworpen om slechts de minimale hoeveelheid voedsel toe te staan die nodig is om te overleven.
Deze keer is de Israëlische regering een stap verder gegaan: in het plan dat is opgesteld – dat opzettelijk hulp aan Noord-Gaza uitsluit – wil Israël de Palestijnse bevolking naar de vier hulpposten in het zuiden drijven, dicht bij de grens met Egypte. Het doel is duidelijk en is openlijk verklaard door veel Israëlische politici en ideologen: de bewoners van Noord-Gaza onder druk zetten om hun huizen te verlaten en naar het zuiden te gaan of helemaal uit Gaza te vertrekken.
Laat het volkomen duidelijk zijn: Israël heeft niet de intentie om humanitaire hulp te bieden aan de burgerbevolking van Gaza. Preciezer: Israël heeft niet de intentie dat Gaza, zoals het was, blijft bestaan. Het ‘humanitaire hulpprogramma’ van de GHF is dan ook niets meer dan een dekmantel voor een project van gedwongen verplaatsing – de laatste fase in het proces van genocide.
Israël heeft slechts één intentie: het opleggen van een gedeeltelijk tijdelijk militair regime en het distribueren van humanitaire hulp onder IDF-controle via hulporganisaties en buitenlandse beveiligingsbedrijven – zodat het de rest van de Gazastrook van zijn bevolking kan ontdoen en het Israëlische leger daar vrijer kan opereren. De ‘humanitaire zone’ die Israël aan het bouwen en promoten is, is in feite een doorgangskamp, een mechanisme voor deportatie en ‘vrijwillige migratie’ van de Palestijnse bevolking naar andere landen.
Ik heb geen verwachtingen van de Israëlische regering of haar leiders. Ze doen niet eens moeite om de misdaden die ze hebben begaan te verbergen. Hetzelfde geldt voor wat ze in de nabije toekomst hebben gepland: de vernietiging van Gaza, de permanente bezetting ervan en de massadeportatie van de Palestijnse bevolking. Voor hen is de humanitaire catastrofe slechts een PR-probleem.
Maar wanneer Nederlandse partijen tegen het toestaan van humanitaire hulp aan Gaza stemmen, maken ze niet alleen de voortdurende uithongering en genocide van de Palestijnen in Gaza mogelijk. Ze geven groen licht voor massadeportatie. Ze legitimeren de uitvoering van een ‘definitieve oplossing’ voor het ‘Palestijnse probleem’ en normaliseren het concept van gedwongen verplaatsing.
De kinderen van Gaza die het Israëlische inferno misschien overleven, zullen zich voor altijd herinneren dat bepaalde Nederlandse politieke partijen tegen hun fundamentele recht om te leven hebben gestemd.