Israëlische militairen blijven in Gaza het vuur openen op ongewapende Palestijnse burgers. Opnieuw zijn twee doden te betreuren, een kind van 15 en een bejaarde van 78.
Israëlische militairen blijven in Gaza het vuur openen op ongewapende Palestijnse burgers. Opnieuw zijn twee doden te betreuren, een kind van 15 en een bejaarde van 78.
Kan er sprake zijn geweest van een levensbedreigende situatie voor de Israëlische militair die dinsdag in de Gazastrook de 78-jarige Ibrahim al-Aruqi van het leven beroofde? En hoe lag dat woensdag, toen een Israëlische militair de 15-jarige Ahmad Abu Habil door het hoofd schoot?
De 15-jarige jongen werd woensdag gedood bij Bayt Hanun (Erez) in het noorden van de Gazastrook. Hij was aanwezig bij een Palestijnse demonstratie bij het zogenoemde ‘grenshek’ dat Gaza van Israël scheidt. Volgens Al-Jazeera werd de jongen met een traangasgranaat tegen zijn hoofd geschoten.
Dinsdag werd de 78-jarige Ibrahim al-Aruqi onder nog onduidelijke omstandigheden door een Israëlische militair gedood. Vast staat dat de oude man met één of twee kogels in de rug werd geschoten, en dat zich dit afspeelde bij het vluchtelingenkamp Al-Maghazi in de centrale Gazastrook. Onduidelijk is of het slachtoffer werd neergeschoten tijdens het bewerken van zijn land of dat het vuur werd geopend op zijn woning (€).
Van een levensbedreigende situatie voor de Israëlische schutters die de twee Palestijnen van het leven beroofden lijkt geen enkele sprake te zijn geweest. Die conclusie is relevant. De inzet van dodelijk geweld tegen burgers is onder internationaal recht namelijk gebonden aan strikte voorwaarden. Zo moet sprake zijn van een acute dreiging: de schutters moeten geen andere optie meer hebben dan het neerschieten van – in dit geval – een bejaarde en een kind.
Sinds 30 maart werden in de Gazastrook 194 Palestijnen gedood, onder wie 35 kinderen. Onderzoek door de mensenrechtenorganisaties Human Rights Watch, Amnesty International en Al-Mezan heeft uitgewezen dat in geen van de gedocumenteerde gevallen sprake was van een dreiging voor de Israëlische scherpschutters, die hun slachtoffers soms van honderden meters afstand doodschoten.
De meeste doden vielen tijdens massale Palestijnse demonstraties die sinds 30 maart onder de noemer ‘Grote Mars van Terugkeer’ worden gehouden. De Palestijnen eisen dat de Israëlische blokkade van de Gazastrook wordt opgeheven en dat hun erkende recht van terugkeer wordt gehonoreerd. Tot voor kort vonden de demonstraties wekelijks plaats. Sinds kort wordt bijna dagelijks gedemonstreerd.
In 2018 kwamen tot dusver 255 Palestijnen door Israëlisch geweld om het leven: 231 in Gaza en 24 op de Westelijke Jordaanoever, inclusief Jeruzalem. In 2017 kwamen 93 Palestijnen om door Israëlisch geweld.