Het Israëlische leger heeft getracht om een schietpartij met dodelijke gevolgen af te doen als noodweer. Een getuige heeft die verklaring onderuitgehaald. Er lijkt sprake van een buitengerechtelijke executie.
Gisteren werd op de door Israël bezette Palestijnse Westelijke Jordaanoever door Israëlische militairen het vuur geopend op een personenauto. Daarbij kwam de Palestijnse chauffeur om het leven; zijn zus raakte gewond. Het Israëlische leger verklaarde dat sprake was van noodweer angezien de auto ‘mogelijk’ op hen wilde inrijden. Die verklaring was onjuist, zo blijkt uit een getuigenverklaring, die door de Israëlische krant Haaretz is gepubliceerd (€).
Ook een tweede verklaring van het Israëlische leger blijkt gefabriceerd. Volgens Haaretz verklaarde het leger eerder dat de Israëlische militairen die het vuur openden even daarvoor het bericht hadden ontvangen dat een ‘verdachte auto’ hun kant op kwam en aangehouden moest worden. Pas toen de auto de stoptekens negeerde werd het vuur geopend, aldus het leger. Naar nu blijkt is van stoptekens nooit sprake geweest. De Palestijnse chauffeur heeft de schutters nooit gezien.
Dat was in zekere zin wederzijds, zo blijkt uit een verklaring van Atallah Tamimi, een 66-jarige Palestijn die achter de auto van de slachtoffers reed. Tamimi bevestigt in Haaretz dat er geen militairen langs de weg stonden en dat geen stopteken werd gegeven. Wat hij zag is dat twee Israëlische militairen uit een tent naast de weg tevoorschijn kwamen en het vuur openden op de gepasseerde auto. Via het achterraam werden de inzittenden in de rug geschoten, waarop de auto tot stilstand kwam en de militairen zich in hun tent terugtrokken.
De getroffen Palestijnen konden op eigen kracht uitstappen. Tamimi bracht de vrouwelijke passagier, Latifah Abdallah (33), naar het ziekenhuis in Ramallah. Zij blijkt Braziliaans staatsburger en moeder van vijf kinderen; haar gezin is in Brazilië. Latifahs broer Muhammad Abdallah Musa (26) was er ernstiger aan toe en stierf ter plaatse nadat professionele hulp uitbleef.
Het Palestijnse ministerie van Buitenlandse Zaken gaf een woedende verklaring uit waarin het incident een ‘buitengerechtelijke executie’ wordt genoemd. Ook worden de Israëlische militairen beschuldigd van ‘bewuste medische verwaarlozing’. Het ministerie beschrijft de bestaande praktijk in harde termen:
This reaffirms that Israeli soldiers have come to serve as machines for killing Palestinians following the Israeli government’s decisions and military instructions, turning the occupied Palestinian territories and checkpoints into a killing training field.
In de loop der tijd zijn talloze Palestijnen op de bezette Westelijke Jordaanoever door Israëlische militairen neergeschoten omdat zij van plan zouden zijn geweest om een ‘ram-aanval’ of een ‘mes-aanval’ uit te voeren. Mensenrechtenorganisaties hebben Israël meermalen beschuldigd van buitengerechtelijke executies en aangedrongen op onderzoek door de Israëlische autoriteiten naar het gedrag van hun militairen en politiediensten. Het incident van gisteren vormt daartoe een nieuwe aanleiding.
Ik koester een diepgewortelde hoop op vrede in het midden-oosten met gerechtigheid als basis.
Doekle Terpstra
Bestuurder