De Israëlische campagne in Gaza treft Palestijnen op tal van manieren. Hun verhalen worden niet verteld. Eén ervan gaat over Samih al-Asali. The Rights Forum sprak met zijn vader en andere betrokkenen.
Op de avond van 1 oktober 2024 ging de 38-jarige Palestijn Samih al-Asali op weg naar de moskee in de Palestijnse stad Al-Ariha (Jericho), zich niet bewust van wat hem boven het hoofd hing. Een paar minuten later was hij dood, getroffen door een brokstuk van een uit Iran afgeschoten raket. Dit is Samih’s verhaal, verteld door zijn vader en anderen uit zijn omgeving.
Samih was een eenvoudige man, getrouwd met Abir en vader van drie kinderen. Zij hadden pech: hun huis stond in de Gazastrook, hermetisch afgegrendeld door Israël. De economische misère maakte het leven uitzichtloos, reden waarom Samih elke kans zou aangrijpen om voor zijn gezin een betere toekomst op te bouwen.
Die kans kwam in 2023 toen Samih, zijn vader Khader (63), neef Essam (35) en zwager Mustafa (49) een vergunning kregen om in Israël te werken aan bouwprojecten. Zo arriveerden de vier in september in Arraba, de ‘Arabische’ stad ten oosten van Haifa. Daar maakten ze lange dagen, levend op de bouwplaats.
Maar na 7 oktober 2023 veranderde alles. Een paar dagen na de aanslag van Hamas eiste Israël hun vertrek – en dat van duizenden andere in Israël werkzame Palestijnen – naar de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever. De mannen reisden naar Ramallah, waar de Palestijnse Autoriteit (PA) onderdak en verzorging voor hen organiseerde.
Na verloop van tijd werden de vier doorgestuurd naar een opvangkamp in Jericho, waar duizenden Palestijnen uit Gaza werden samengebracht die in dezelfde positie verkeerden. De PA onderhandelde met Israël over terugkeer naar hun families. Twee groepen van vijfhonderd Palestijnen kregen toestemming om tijdens het staakt-het-vuren in november naar Gaza te reizen.
Samih en zijn familieleden behoorden daar niet toe, en sindsdien heeft Israël geen enkele Palestijn meer laten terugkeren. Samen met duizenden anderen zaten zij klem in Jericho.
Een klein jaar later, op de avond van 1 oktober 2024, gebeurde het ondenkbare. Op weg naar de moskee werd Samih getroffen door een brokstuk van een Iraanse raket. Hij overleed ter plaatse en zou uiteindelijk het enige slachtoffer van de raketaanval blijken. Samih werd in Jericho begraven zonder zijn vrouw en kinderen te hebben gezien.
Deze onvoorstelbare opstapeling van gebeurtenissen bracht ons er toe om Samih’s familieleden te traceren en in Jericho op te zoeken. Daar vertellen vader Khader en zwager Mustafa over de impact van Samih’s dood, op henzelf en de familie in Gaza.
Zij vertellen ook over hun eigen positie. De mannen in het kamp zitten vast in een situatie waaruit geen ontsnapping mogelijk is, zonder werk of de kans daarop. De Israëlische bezetter verbiedt hen Jericho te verlaten. Wie bijvoorbeeld gaat werken in Ramallah riskeert te worden opgepakt bij een Israëlisch checkpoint en in militaire detentie te verdwijnen.
De mannen leven in voortdurende angst voor hun vrouwen en kinderen in Gaza, met wie zo goed mogelijk contact wordt onderhouden. In Gaza zijn de omstandigheden uitzichtloos. Complete families zijn door Israël al talloze keren verplaatst en schuilen in scholen, maar ook die worden beschoten. Voedsel wordt onbetaalbaar, en hulp bereikt hen al maanden niet of nauwelijks meer.
En zelfs als de strijd stopt, is er geen perspectief. ‘Onze toekomst is verwoest; alles wat we hadden is weg. Ik had een huis in Gaza, maar als ik al terug kan, ga ik naar een plastic tent’, zegt Samih’s zwager Mustafa.
Het beeld dat in de interviews van Samih naar voren komt, is dat van een man die verlangde naar vrede en een veilig leven voor zijn gezin. In september 2023 dacht hij te ontsnappen aan de dagelijkse strijd om te overleven, die zijn leven in Gaza kenmerkte. Maar het ‘conflict’ achterhaalde hem met ongekende wreedheid. Zijn verhaal is één van de talloze Palestijnse verhalen die verteld moeten worden.