Nederland en de EU dringen er ‘op alle niveaus’ bij Israël op aan het bedoeïenendorp Khan al-Ahmar niet te slopen. Maar eventuele sancties tegen Israël of het ontbieden van de Israëlische ambassadeur zijn pas aan de orde als Israël daadwerkelijk tot sloop overgaat.
De Nederlandse regering wil niet vooruitlopen op eventuele maatregelen tegen Israël, als dat daadwerkelijk overgaat tot het slopen van het dorp Khan al-Ahmar. Mocht het zover komen, dan zal de Europese Unie (EU) zich ‘in versneld tempo’ op de situatie beraden, aldus minister Sigrid Kaag voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gisteren tijdens het wekelijkse vragenuurtje in de Tweede Kamer.
Kaag, die haar collega Stef Blok van Buitenlandse Zaken verving, werd door SP-Kamerlid Sadet Karabulut gevraagd naar de Nederlandse opstelling met betrekking tot Khan al-Ahmar. Israël staat op het punt het op de bezette Westelijke Jordaanoever gelegen bedoeïenendorp van de kaart te vegen en zijn inwoners te deporteren, om plaats te maken voor illegale Israëlische ‘nederzettingen’ en kolonisten. Karabulut wees erop dat Israël daarmee volgens de EU, de Verenigde Staten en ook een aantal partijen in de Kamer een ‘rode lijn’ overschrijdt. Volgens haar is er alle reden voor minister Blok de Israëlische ambassadeur te ontbieden. Ook wilde zij weten of Nederland in EU-verband voor sancties zal pleiten, mocht Israël de sloop doorzetten.
Kaag stelde dat zowel Nederland als de EU ‘op alle niveaus’ bij Israël hebben aangedrongen Khan al-Ahmar niet te slopen, en dat ook nu nog doen. Daarbij wordt benadrukt dat sloop het vertrouwen ondermijnt dat nodig is om tot vrede te komen. ‘Sloop zou haaks staan op steun voor vrede’, aldus de minister.
Concrete maatregelen – ontbieden van de ambassadeur, sancties – zijn voor Nederland echter pas aan de orde wanneer Israël daadwerkelijk tot sloop en deportatie overgaat, stelde Kaag. Daarvoor zal in eerste instantie ‘in versneld tempo overleg plaatsvinden binnen de EU om idealiter tot een gezamenlijke positiebepaling te komen’.
Verrassend was de opmerking van Kaag dat met Israël ook wordt gesproken over een alternatieve locatie voor Khan al-Ahmar. Israël wil de bewoners overbrengen naar een locatie aan de rand van het stadje Abu Dis. Gedwongen door het Israëlische Hooggerechtshof stelde het in augustus een alternatieve locatie voor, gelegen bij de illegale Israëlische kolonie Mitzpeh Yeriho. Tegen beide locaties bestaan ernstige bezwaren, en hoe dan ook willen de bewoners van Khan al-Ahmar maar één alternatief overwegen: terugkeer naar de Naqab-woestijn (Negev) in Israël, waaruit zij zeventig jaar geleden door Israël zijn verdreven. Internationaal overleg met Israël over een alternatieve locatie staat daar haaks op, en ook op het feit dat het gedwongen ‘verhuizen’ van een bevolking een oorlogsmisdaad is.
D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma stelde vast dat de sloop en ontruiming van Khan al-Ahmar in de Kamer op breed verzet stuit: ‘Dat is natuurlijk een rode lijn die ook in de Kamer tot en met de VVD feitelijk is bevestigd.’ Naar aanleiding van de internationale druk die op Israël wordt uitgeoefend vroeg hij de minister of Israël ooit naar bondgenoten heeft geluisterd als het om de vernietiging van Palestijnse eigendommen en de bouw van nederzettingen ging. Hij kon zich geen enkel voorbeeld voor de geest halen. Kaag moest hem het antwoord schuldig blijven en zegde toe de Kamer hierover schriftelijk te zullen informeren.
Mede aanleiding voor de vragen aan Kaag was de arrestatie door de Israëlische autoriteiten van een Nederlander, die in Khan al-Ahmar had geprobeerd de oprukkende Israëlische bulldozers tegen te houden. In de Kamer bestond gisteren de indruk dat het om een Britse demonstrant ging, maar uit een interview dat het Algemeen Dagblad vandaag met de man hield blijkt het wel degelijk om een Nederlander te gaan.
De 39-jarige Robin, die in Londen woont, bivakkeerde al zes weken in Khan al-Ahmar. Hij filmde zijn arrestatie met een cameraatje dat hij op zijn lichaam had bevestigd. De beelden zijn op de AD-website te zien. Hij werd enkele uren vastgehouden en toen zonder aanklacht op vrije voeten gesteld. Inmiddels is hij weer in Londen, maar hij kondigt aan terug te zullen gaan:
Ik ben hier heel gepassioneerd over. Het is toch niet te geloven dat dit hier al zeventig jaar zo doorgaat? Het Westen zegt er wel wat van, maar doet verder niets. Daar kan ik niet tegen. Ik voel me verplicht iets te doen.