Bericht uit Gaza – ‘Zo overleven we’

Tussen het puin van de Gazastrook moeten ruim twee miljoen Palestijnen zien te overleven. Onze correspondent beschrijft de situatie in Khan Yunis.

Palestijnen in Khan Yunis wachten op hun beurt bij de verdeling van schaars drinkwater. © dpa / Alamy / Ahmed Zakot

Gazastrook, mei 2025. In een kleine schemerige kamer in Khan Yunis wiegt een moeder haar babydochter in slaap. Buiten is het het gezoem van drones boven de verwoeste skyline hoorbaar – een constante herinnering dat vrede nog altijd ver weg is. Dit is het leven in Gaza: gefragmenteerd, gespannen en getekend door overlevingsdrang.

Sinds oktober 2023, toen de meest recente oorlog tussen Israël en Hamas uitbrak, is de Gazastrook veranderd in een zone van onophoudelijke verwoesting. Meer dan 50 duizend Palestijnen zijn gedood, onder wie duizenden kinderen, en meer dan een miljoen mensen zijn op de vlucht. Elke hoek van dit smalle, 365 vierkante kilometer kleine gebied draagt de littekens van meedogenloze bombardementen en blokkades.

Een landschap van verlies

De infrastructuur in Gaza is grotendeels vernietigd. Ziekenhuizen zijn ofwel verwoest of functioneren nauwelijks nog onder de druk van de voortdurende stroom aan gewonden en extreme tekorten aan medicijnen, elektriciteit en medische voorraden. Artsen voeren operaties uit zonder verdoving; brandstof om generatoren te voeden is vrijwel op. Het toch al kwetsbare gezondheidssysteem staat op instorten.

‘Elke dag maken we onmogelijke keuzes’, zegt de 34-jarige chirurg Reem Saqallah in wat er nog over is van het Al-Shifa ziekenhuis. ‘Wie krijgt de laatste dosis antibiotica? Welk kind redden we als we er maar één kunnen redden?’

Haar stem breekt als ze vertelt over het behandelen van kinderen die onder het puin vandaan worden gehaald – sommigen met speelgoed in hun hand, anderen al koud.

Wie krijgt de laatste dosis antibiotica? Welk kind redden we als we er maar één kunnen redden?

Belegering binnen de belegering

Zelfs op de zeldzame momenten van relatieve rust is er geen echte kalmte. De Israëlische blokkade, die al sinds 2007 van kracht is, is verder aangescherpt. Voedsel, water, brandstof en andere basisbehoeften komen nog maar mondjesmaat binnen via humanitaire konvooien, die de noordelijke gebieden echter niet kunnen bereiken vanwege militaire beperkingen. De toch al arme bevolking van Gaza lijdt nu honger.

‘We eten één keer per dag – rijst en misschien linzen, als we geluk hebben’, zegt Mohammad Abu Jame, een 42-jarige vader van vijf, die spreekt vanuit een tijdelijk onderkomen in een schoolgebouw in Rafah. ‘Mijn kinderen vragen waarom we geen brood hebben. Ik weet niet wat ik moet antwoorden.’

De economische levensaders van Gaza zijn vernietigd. Vissersboten liggen ongebruikt op de kust, akkers zijn veranderd in puinvelden en markten zijn leeg. Werkgelegenheid is er nog nauwelijks. Mensen ruilen spullen – een jas voor wat meel, een matras voor een paar flessen water.

We eten één keer per dag – rijst en misschien linzen, als we geluk hebben.

Kinderen zonder jeugd

De kinderen van Gaza dragen een disproportionele last. Meer dan de helft van de bevolking is jonger dan achttien. Velen zijn wees geworden, getraumatiseerd door luchtaanvallen en het verlies van hun families. Scholen zijn gebombardeerd of dienen nu als opvangcentra. Onderwijs is gestopt; spelen is gevaarlijk geworden.

‘Ik wil dokter worden’, zegt de tienjarige Lina, die nu met haar moeder en drie broertjes in een UNRWA-school woont. ‘Maar we hebben geen boeken meer. Geen klaslokalen. Geen juf.’

Psychologen waarschuwen voor een generatie die opgroeit met chronische angst, woede en verdriet. ‘Kinderen tekenen geen bloemen of zonnetjes meer, maar tanks en helikopters’, zegt Ahlam Madi, een kinderpsycholoog. ‘Hun spelletjes gaan over schuilen, vechten of verliezen.’

De roep om actie

Internationale hulporganisaties spreken van een humanitaire catastrofe. Toch blijft grootschalige hulp uit – vanwege logistieke belemmeringen, politieke blokkades en gebrek aan politieke wil. De Verenigde Naties hebben meerdere keren opgeroepen tot een staakt-het-vuren en onbelemmerde toegang voor hulp, maar zonder resultaat.

We willen niet sterven onder het puin of vergeten worden in de schaduw van diplomatie. Wij willen leven, liefhebben, opgroeien.

‘Wij zijn geen nummers. Wij zijn mensen’, zegt dokter Saqallah. ‘We willen niet sterven onder het puin of vergeten worden in de schaduw van diplomatie. Wij willen leven, liefhebben, opgroeien.’

In een verwoeste wijk van Gaza-stad zet een vader een vlieger in elkaar, gemaakt van plastic zakken en touw. Zijn zoontje kijkt toe in een zeldzaam moment van afleiding. Even stijgt de vlieger op boven het puin – fragiel, maar vastberaden.

Net als Gaza zelf.

© 2007 - 2025 The Rights Forum / Privacy Policy