Geen land investeert meer in Israël dan Nederland

In Nederland gevestigde bedrijven hebben in 2023 bijna 50 miljard euro in Israël geïnvesteerd. Daarmee is Nederland de grootste investeerder ter wereld in Israël, blijkt uit onderzoek van SOMO.

Rijen containers in de grootste Israëlische haven (Haifa). © Chris Pancewicz / Alamy

Vandaag vergaderen de ministers van Buitenlandse Zaken van EU-lidstaten in Brussel over het al dan niet nemen van Europese maatregelen tegen Israël. Aanleiding is het EU-onderzoek waaruit bleek dat Israël mensenrechten schendt en daarmee een verplichting onder het EU-Israël Associatieverdrag niet nakomt. 

In aanloop naar deze Raad Buitenlandse Zaken heeft onderzoeksbureau SOMO de economische relatie tussen EU-landen en Israël in kaart gebracht, op basis van data van het Internationaal Monetair Fonds. Daaruit blijkt dat de Europese Unie, als veruit de belangrijkste handelspartner van Israël, een grote invloed op het land kán uitoefenen – als ze dat wil. Met name Nederland heeft nauwe economische banden met Israël. 

‘Dit is een cruciaal moment voor de EU om een rode lijn te trekken tegen Israël en te stoppen […] met het aanwakkeren van genocide en bezetting’, aldus SOMO. ‘De EU moet haar associatieovereenkomst met Israël onmiddellijk opschorten en uitgebreide economische sancties opleggen.’ 

Europese export naar Israël stijgt

Een derde van de totale buitenlandse handel van Israël drijft het met de EU. Het gaat om 42,9 miljard euro in 2024, veel meer dan de handel tussen de VS en Israël (31,6 miljard euro). En, nog frappanter, 1 miljard euro meer dan de waarde van de handel tussen de EU en Israël in 2023. Sinds het begin van de genocide zijn de handelsrelaties aangehaald, zo blijkt. 

Deze stijging komt voornamelijk door de toegenomen export van producten uit de EU naar Israël. ‘De EU heeft de levering van goederen aan de Israëlische economie feitelijk vergroot, en het land voorzien van essentiële middelen om zijn economie van genocide en bezetting in stand te houden’, concludeert SOMO. 

De economische relatie werkt twee kanten op: de EU is ook de belangrijkste afzetmarkt voor Israëlische producten. ‘De vrijhandelsvoordelen onder het EU-Israël Associatieverdrag zijn cruciaal voor de Israëlische economie, en het opschorten van het verdrag zou een enorme impact hebben’, stelt SOMO. 

Nederland topinvesteerder in Israël

Naast handelspartner is de EU ook de belangrijkste investeerder in de Israëlische economie: het gaat om 72,1 miljard euro aan investeringen. Daarbij wordt gekeken naar de totale waarde van leningen en investeringen in aandelen van bedrijven uit EU-landen in Israël.  

Nederland is de absolute koploper. Het neemt twee derde van de totale EU-investeringen in Israël voor zijn rekening. In Nederland gevestigde bedrijven investeerden in 2023 bijna 50 miljard euro in Israël.  

Een deel daarvan heeft te maken met brievenbusfirma’s die in Nederland zijn gevestigd vanwege het gunstige belastingklimaat voor multinationals. Maar op basis van data van De Nederlandsche Bank gaat dit om slechts 12 procent van de investeringen. Kortom: ook zonder deze brievenbusfirma’s is Nederland de belangrijkste investeerder in Israël. 

Andersom is Nederland ook met afstand de grootste ontvanger van Israëlische investeringen. SOMO specifieert niet welke Nederlandse bedrijven grote investeringen in Israël hebben lopen, of welke Israëlische bedrijven in Nederland. 

Nederland kan wel degelijk invloed uitoefenen op Israël via de economische relaties, ook al doet het dat alleen

Onhoudbaar Associatieverdrag

De cijfers maken duidelijk dat de Europese Unie via het geheel of gedeeltelijk opschorten van het Associatieverdrag significante economische druk kan uitoefenen op Israël. Dat is invloed die de EU na 21 maanden genocide nog altijd niet heeft willen inzetten. 

De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp wimpelt suggesties van Nederlandse maatregelen tegen Israël doorgaans af met het argument dat hij samen met andere EU-landen op wil trekken, omdat de impact anders minimaal zou zijn. Gezien de belangrijke rol van Nederland als investeerder in Israël blijkt dat toch niet waar. Nederland kan wel degelijk invloed uitoefenen op Israël via de economische relaties, ook al doet het dat alleen. 

Daarmee komt ook de Genocide Conventie weer in beeld, dat staten verplicht maatregelen te nemen binnen hun mogelijkheden om een genocide te voorkomen. Die plicht hebben de EU en Nederland afzonderlijk tot op heden verzaakt.  

Economie van genocide

In zijn onderzoek verwijst SOMO naar het deze maand verschenen rapport van VN-rapporteur Francesca Albanese over de betrokkenheid van het internationale bedrijfsleven bij Israëls genocidale campagne in Gaza. Dit rapport beveelt landen aan om handelsverdragen met Israël op te schorten en bedrijven te vervolgen die betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen in Palestina.  

Albanese wijst erop dat sinds 7 oktober 2023 de effectenbeurs van Tel Aviv met maar liefst 213 procent in waarde is gestegen en stelt dat deze ‘economie van genocide’ Israël in staat heeft gesteld zijn vernietigingscampagne in Gaza voort te zetten. Handel met en investeringen uit de EU spelen een bepalende rol in het draaiende houden van deze economie van genocide, laat SOMO zien. 

De Europese ministers hebben vandaag de keuze hier de stekker uit te trekken, of willens en wetens de vernietiging van Gaza te blijven faciliteren, en daarmee de Genocide Conventie met voeten te treden.  

Een teken aan de wand is dat de Israëlische minister van Buitenlanden Zaken Gideon Sa’ar, een vertegenwoordiger van een door een gezochte oorlogsmisdadiger geleide regering, gisteren doodleuk in Brussel is aangekomen op uitnodiging van de EU-buitenlandchef Kaja Kallas. Hij heeft gesprekken gevoerd met meerdere Europese ministers van Buitenlandse Zaken, onder wie mogelijk Veldkamp, waarin hij ongetwijfeld van de gelegenheid gebruik heeft gemaakt diplomatieke druk uit te oefenen vooral géén maatregelen te nemen. 

© 2007 - 2025 The Rights Forum / Privacy Policy