Nu Israël harde maatregelen neemt om de hongerstaking van vijftienhonderd Palestijnse gedetineerden te breken, roepen vier mensenrechtenorganisaties de wereld op om zich over hun welzijn en eisen te ontfermen.
Nu Israël harde maatregelen neemt om de hongerstaking van vijftienhonderd Palestijnse gedetineerden te breken, roepen vier mensenrechtenorganisaties de wereld op om zich over hun welzijn en eisen te ontfermen.
De vier organisaties – Al-Haq, Al Mezan, Palestinian Center for Human Rights en de Internationale Federatie voor Mensenrechten (FIDH) – protesteren tegen de strafmaatregelen die Israël heeft ingesteld in een poging de Palestijnse hongerstaking te breken. Tot die maatregelen behoren eenzame opsluiting, het ontzeggen van toegang tot advocaten, invallen in cellen, confiscatie van persoonlijke eigendommen, en het overplaatsen van gevangenen naar andere gevangenissen.
‘Wij uiten onze zorgen over het welzijn van de gevangenen en houden Israël, de bezettende macht, verantwoordelijk voor iedere schade aan hun leven’, aldus de vier organisaties in een communiqué. Zij benadrukken dat het recht van gevangenen om deel te nemen aan vreedzaam verzet, waaronder hongerstakingen, een fundamenteel mensenrecht is.
Marwan Barghouti, Palestijns stakingsleider en zelf veroordeeld tot een meervoudige levenslange gevangenisstraf, verwoordde het in de New York Times als volgt:
Hongerstaken is de meest vreedzame manier van verzet. Het treft slechts hen die eraan meedoen en hun naasten – in de hoop dat hun lege magen en hun opofferingsgezindheid zullen helpen hun boodschap buiten hun donkere cel te verspreiden.
Zo’n vijftienhonderd Palestijnse gevangenen gingen op 17 april, de Dag van de Palestijnse Gevangenen, in hongerstaking als ultiem protest tegen structurele rechtenschendingen door Israël, waaronder arbitraire arrestatie, administratieve detentie, marteling, eenzame opsluiting, inzet van militaire rechtbanken, en overbrenging van gevangenen buiten de bezette Palestijnse gebieden.
De onrechtmatige overbrenging van gevangenen wordt door Israël ingezet om het recht op bezoek in te perken en contact met familie te minimaliseren. De maatregel is in strijd met het internationaal recht en met minimumstandaarden voor de behandeling van gevangenen.
De hongerstaking begon nadat maandenlange onderhandelingen met de Israëlische autoriteiten op niets waren uitgelopen. De Palestijnen verwijten Israël hun grieven te bagatelliseren. Zo spiegelde de Israëlische minister van Defensie Lieberman zich aan de houding van de Britse premier Margaret Thatcher tijdens de hongerstakingen door Ierse gevangenen in 1981. Tien gevangenen moesten haar bravoure met de dood bekopen.
De houding van Lieberman is geen uitzondering. Al in 2004 stelde toenmalig minister van Binnenlandse Veiligheid Tzachi Hanegbi dat Palestijnse gevangenen kunnen ‘staken voor een dag, een maand en zelfs tot de dood erop volgt.’ Die uitspraak zegt veel over de Israëlische strategie.
Daar staat de visie van de internationale gemeenschap tegenover, zoals onder woorden gebracht door de Speciale Rapporteur van de Verenigde Naties. Die benadrukte dat een hongerstaking dient te worden beëindigd door het aanpakken van de onderliggende mensenrechtenschendingen waartegen de stakers zich verzetten.
Zonder rechtvaardigheid is er in het vredesproces geen vooruitgang mogelijk.
Tineke Lodders Politica