Een Noorse parlementariër heeft de BDS-beweging genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede 2018. Veel Noren zijn betrokken bij de Palestijnse strijd voor rechtvaardigheid.
Het Noorse parlementslid Bjørnar Moxnes heeft de BDS-beweging voorgedragen als kandidaat voor de Nobelprijs voor de Vrede. Op de website van zijn partij, het progressieve Rødt (Rood), licht Moxnes de nominatie toe:
Toekenning van de prijs aan de BDS-beweging zou een krachtige demonstratie zijn van de wil van de internationale gemeenschap om op een vreedzame manier tot een rechtvaardige vrede in het Midden-Oosten te komen.
Het is volgens de 37-jarige Moxnes de hoogste tijd dat de wereldgemeenschap optreedt tegen de dagelijkse schendingen van het internationaal recht door Israël. De internationale BDS-beweging geeft volgens hem het goede voorbeeld. Zij wil Israël door middel van boycots, desinvesteringen en sancties (BDS) dwingen de rechten van de Palestijnen en het internationaal recht te respecteren. Dat zijn democratische en vreedzame middelen die ertoe kunnen bijdragen dat Israël de illegale bezetting van Palestina beëindigt, aldus Moxnes, die ook partijleider is van Rødt.
Nominaties voor de Nobelprijs voor de Vrede kunnen door onder meer leden van parlementen uit de hele wereld worden ingediend bij het Nobelcomité. Het is geen toeval dat de nominatie van de BDS-beweging uit Noorwegen komt. Veel Noren voelen zich verbonden met de situatie in Israël en de bezette gebieden en willen graag bijdragen aan een rechtvaardige oplossing. Dat heeft te maken met de Noorse betrokkenheid bij de Oslo-akkoorden (1993-1995) tussen Israël, de Palestijnen en de internationale gemeenschap. In de ogen van veel mensen gaven die akkoorden en het daarmee in gang gezette ‘vredesproces’ uitzicht op vrede en een tweestatenoplossing. In de praktijk heeft Israël zich echter weinig van de akkoorden aangetrokken en het ‘vredesproces’ vooral gebruikt als dekmantel voor verdere kolonisering van Palestina.
Omdat het Oslo-proces niets positiefs heeft opgeleverd, zijn veel Noren zich ervan bewust dat er meer nodig is dan onderhandelingen. Zonder druk van buitenaf zal Israël zijn internationaalrechtelijke verplichtingen niet nakomen, is hun conclusie. BDS is dan ook al langere tijd populair onder de Noorse bevolking. Uit onderzoek bleek dat in 2010 liefst 40 procent van de Noren ofwel producten uit Israël boycotte, ofwel dat overwoog. Minder dan 30 procent was uitgesproken tegenstander van een boycot.
Noorwegen is ook een van de landen waar de vakbeweging zich achter de BDS-beweging heeft geschaard. De Noorse Federatie van Vakbonden (LO), de grootste vakbondskoepel van het land, steunt een algehele economische, culturele en academische boycot van Israël. Deze federatie vertegenwoordigt 24 bonden en 900 duizend werknemers, op een totale bevolking van rond de vijf miljoen.
Het beleid van de Noorse regering staat hier haaks op. Sinds 2013 wordt Noorwegen geregeerd door een rechtse minderheidscoalitie onder leiding van de conservatief Erna Solberg. Deze coalitie voert steeds sterker een ‘pro-Israël’-beleid, of beter gezegd: pro-bezettingsbeleid. Zo heeft ze in de begroting voor 2018 laten opnemen dat organisaties die bij BDS betrokken zijn niet meer in aanmerking komen voor subsidie – een regelrechte aanval op het recht op vrije meningsuiting, vergelijkbaar met anti-BDS-maatregelen in verschillende Duitse steden en Amerikaanse staten.
In een interview met Middle East Monitor maakt Bjørnar Moxnes duidelijk dat de nominatie van de BDS-beweging voor de Nobelprijs vooral bedoeld is om terug te vechten tegen de aanvallen op de BDS-beweging en om de Palestijnse strijd voor zelfbeschikking op de internationale agenda te krijgen. Wat hem vooral stoort is de dubbele moraal ten opzichte van Israël, zoals die onder andere bij de Noorse regering heerst. Vorige maand maakte de regering-Solberg een lijst bekend van 26 landen en regio’s die met Noorse sancties te maken krijgen omdat ze het internationaal recht en de mensenrechten schenden. Israël komt op die lijst niet voor, ondanks de illegale bezetting, kolonisering en annexaties, en de collectieve straffen die het uitdeelt aan het Palestijnse volk.
Moxnes is optimistisch over de nominatie. Volgens hem bestaat er een goede kans dat de BDS-beweging de shortlist met kandidaten voor de Nobelprijs haalt. Die lijst wordt in februari/maart samengesteld. Moxnes hoopt dat mensen die de Palestijnse zaak een warm hart toedragen de krachten bundelen en campagne voeren voor toekenning van de prijs aan de BDS-beweging. Hij hoopt op steun van activistische groeperingen, media-organisaties, politieke partijen, vakbonden, studenten, artiesten, intellectuelen en sportlieden.
Maar ook als de shortlist niet wordt gehaald kan de campagne helpen om meer mensen te betrekken bij de vreedzame strijd voor rechtvaardigheid voor de Palestijnen, meent Moxnes:
If everyone participates this is the kind of positive campaign that we think can change the political environment and bring us closer to the objective of justice for the Palestinians.