Een inval van Israëlische bezettingstroepen in de stad Tulkarm kostte de 22-jarige Muhammad Ihbali het leven. De verstandelijk beperkte man was op weg naar huis toen hij met twee kogels werd gedood.
Dinsdagochtend voor dag en dauw liep Muhammad Ihbali naar huis in de stad Tulkarm in het noordwesten van de bezette Westelijke Jordaanoever. De 22-jarige man kwam uit het koffiehuis waar hij zoals gewoonlijk tot diep in de nacht had gewerkt. Hij was op weg naar de woning in het grote vluchtelingenkamp bij de stad die hij deelde met zijn zeven broers en zussen.
Of hij merkte dat Israëlische bezettingstroepen de wijk waar hij woonde waren binnengevallen is onbekend. Ihbali had een verstandelijke beperking. Hij sprak moeilijk en was ‘simpel en stil’, vertelde een van zijn broers de nieuwswebsite Middle East Eye. Een fijne, zorgzame man, ‘altijd bezig anderen te helpen, niet iemand die problemen opzoekt’.
De Israëlische militairen waren op straat in gevecht met Palestijnse jongeren. Een ongelijk gevecht, zoals altijd. De jongeren gooiden met stenen, de militairen zetten alles in wat ze bij zich hadden, van traangas tot scherpe munitie. Ihbali kwam uit een zijstraat en kruiste het strijdtoneel. Hij wilde rechtdoor, maar zover kwam hij niet. Hij werd door twee kogels getroffen, eerst in de lies, daarna in het hoofd. Hij stierf ter plaatse.
Een legerwoordvoerder bevestigde tegenover Middle East Eye dat Israëlische troepen een ‘operatie’ hadden uitgevoerd in de wijk. Die had tot ‘gewelddadige rellen’ geleid en de militairen hadden het vuur geopend. Op vragen over de dood van Ihbali kwam geen antwoord.
De stad Tulkarm ligt in het A-gebied (Area A) van de Westelijke Jordaanoever en staat onder volledige controle van de Palestijnse Autoriteit. Niettemin voeren Israëlische troepen er naar believen operaties uit. Soms worden die afgestemd met de Palestijnse autoriteiten, soms niet.
What’s new?, verzucht een medewerker van Amnesty International tegenover Middle East Eye. Israëlische bezettingstroepen gebruiken al tientallen jaren excessief geweld op de Westoever en zijn door mensenrechtenorganisaties als Amnesty, Human Rights Watch en B’Tselem veelvuldigd beschuldigd van het doden van ongewapende demonstranten en een ‘shoot-to-kill-beleid’. Van hun verplichtingen onder internationaal recht trekken zij zich niets aan en als zij slachtoffers maken leidt dat nooit tot een eerlijk proces, zegt de Amnesty-medewerker. ‘En zolang de Israëlische autoriteiten dat niet veranderen zal er geen eind komen aan het willekeurig en zinloos doden van Palestijnen.’