Trumps plan is geen vredesvoorstel, maar een poging het conflict op Israëlische voorwaarden te beslechten. Is Europa werkelijk begaan met Israëli’s en Palestijnen, dan dient het nu de regie te nemen en de voorwaarden te scheppen voor een rechtvaardige vrede.
Het voornaamste kenmerk van Donald Trumps deze week gepresenteerde ‘Deal of the Century’ is dat het geen vredesvoorstel is. Een vredesovereenkomst, of welke ‘deal’ dan ook, veronderstelt instemming van beide partijen. Voor Trumps deal is geen overeenstemming nodig: ongeacht de Palestijnse afwijzing van het plan mag Israël oogsten, en daar is het direct mee begonnen. Koortsachtig bereidt het zich voor op inlijving van de Jordaanvallei en de illegale ‘nederzettingen’.
Het plan is een blauwdruk om het Israëlisch-Palestijnse conflict te beslechten op basis van Israëlische wensen. Weliswaar stelt Trump dat van beide partijen ‘zware concessies’ worden verlangd, maar de Israëlische ‘concessies’ bestaan uit het genoegen nemen met negentig procent van de buit in plaats van de volle honderd procent.
De klappen vallen aan Palestijnse kant en zijn meedogenloos. De Palestijnen verliezen hun voornaamste rechten: hun recht op Jeruzalem en op zelfbeschikking in een soevereine staat, alsmede het recht van de Palestijnse vluchtelingen op terugkeer naar de plaatsen waaruit zij zijn verdreven.
De ‘Palestijnse staat’ die hen onder allerlei voorwaarden in het vooruitzicht wordt gesteld is die naam niet waard. Het is een lappendeken van enclaves, omgeven door Israëlisch grondgebied, waarin de Palestijnen een vorm van autonomie krijgen. In zekere zin is het een voortzetting van de bezetting, gezien de vérgaande controle die Israël behoudt over het Palestijnse wel en wee.
De Amerikaanse ‘geste’ dat de Palestijnen hun hoofdstad mogen vestigen in de oostelijke buitenwijken van Jeruzalem, die door de Israëlische ‘Muur’ zijn afgescheiden van de eigenlijke stad, is tekenend voor de extreme ongelijkwaardigheid van beide partijen in Trumps plan. Ook uit de allesoverheersende noodzaak tot ‘veiligheid’ die als een deken over het plan hangt spreekt de Amerikaanse vooringenomenheid: aan de Palestijnse behoefte aan veiligheid wordt geen woord vuil gemaakt. Hun ‘staat’ krijgt niet de beschikking over een leger, terwijl Israël het recht krijgt er binnen te vallen als het onraad vermoedt.
Kenmerkend is ook dat de ‘staat’ alleen verdragen met andere staten en internationale instellingen mag sluiten met goedkeuring van Israël. Het aankaarten van zaken bij internationale gerechtshoven is niet toegestaan. Alle lopende Palestijnse klachten tegen Israël of zijn onderdanen bij het Internationaal Strafhof, het Internationaal Gerechtshof en andere tribunalen moeten worden ingetrokken. Het is moeilijk voor te stellen dat de VS en Israël zich zulke beperkingen zouden laten opleggen.
De deal die de Palestijnen wordt aangeboden is een keuze uit twee kwaden: wijzen zij het plan af, dan resteert voortzetting van de huidige Israëlische overheersing. In beide gevallen kan Israël om te beginnen de Jordaanvallei en de nederzettingen inlijven.
De economische voorspoed waarop de Palestijnen zich mogen verheugen als zij met het plan instemmen heeft veel weg van chantage. Welvaart als substituut voor rechten. De realiteit laat bovendien zien dat diezelfde welvaart in het verschiet ligt als de Israëlische bezetting wordt opgeheven, zelfs zonder dat daarvoor een pakket van 44 miljard euro aan buitenlandse investeringen nodig is. Alleen al door derving van belastinginkomsten als gevolg van de bezetting liep de Palestijnse schatkist in de periode 2000-2017 43 miljard euro mis, berekende UNCTAD onlangs. Daarmee had de Palestijnse Autoriteit twee miljoen banen kunnen scheppen.
Het plan-Trump zal niet tot een rechtvaardige en duurzame vrede leiden, maar is een recept voor het ‘vereeuwigen’ van onderdrukking en onrecht, met alle gevaren van dien. Het betekent ook de definitieve ondergang van de door de internationale gemeenschap als ‘enig mogelijke oplossing’ gekoesterde tweestatenoplossing, en brengt Israëli’s en Palestijnen naar een éénstaat-realiteit die alle trekken heeft van apartheid. Daarin is Israël geen joodse en democratische staat, maar een joodse apartheidsstaat.
Het plan is een frontale aanval op de internationale rechtsorde, waarvan de consequenties de grenzen van Israël en Palestina ver overstijgen. Trump trekt zich niets aan van internationaal recht en bindende VN-resoluties, en schept daarmee een gevaarlijk precedent. Waarom zouden andere staten zich nog wel iets van het recht en VN-resoluties aantrekken?
Het enige positieve aan het plan is dat het een oorverdovende wake-up call is voor de internationale gemeenschap, de Europese Unie voorop. Die wordt nu hard geconfronteerd met de gevolgen van haar tandeloze beleid, waarin woorden nooit gepaard gingen met daden, waarin maatregelen om de gewenste vrede dichterbij te brengen zelfs opzichtig uit de weg werden gegaan.
Heeft de EU werkelijk het beste voor met Israëli’s en Palestijnen dan is initiatief geboden. Dan dient zij (of een ‘coalition of the willing’ binnen de EU) de regie in handen te nemen en de Palestijnen en Israëli’s actief en concreet bij te staan in het bereiken van een werkelijk rechtvaardige en duurzame vrede. Een vrede die is gebaseerd op internationaal recht in plaats van op machtspolitiek en het recht van de sterkste.