Algemene Vergadering 20 september 2024 Lees meer over

Bizarre stemverklaring Nederland tijdens VN-vergadering

Deze week nam de Algemene Vergadering van de VN een belangrijke resolutie aan. De resolutie eist dat Israël zijn ‘illegale aanwezigheid’ in de bezette Palestijnse gebieden binnen twaalf maanden beëindigt. Nederland onthield zich van stemming. Daarmee gooit het eens te meer zijn reputatie als beschermer van de internationale rechtsorde te grabbel.

18 september 2024. De Algemene Vergadering van de VN stemt over een resolutie die een einde eist aan de Israëlische bezetting van Gaza en de bezette Westelijke Jordaanoever. 124 landen stemden vóór, 43 landen onthielden zich van stemming en 12 landen stemden tegen. (c) Sipa USA/Alamy Live News

Op woensdag 18 september nam de Algemene Vergadering van de VN in grote meerderheid een resolutie aan die Israël opdraagt zich binnen een jaar terug te trekken uit de bezette Palestijnse gebieden. De resolutie werd aangenomen met 124 tegen 14 stemmen; 43 landen, waaronder Nederland, onthielden zich van stemming.

Internationaal Gerechtshof

De resolutie is het vervolg op de adviesopinie die het Internationaal Gerechtshof op 19 juli op verzoek van de Algemene Vergadering uitbracht over de juridische consequenties van de Israëlische bezetting van Palestijns Oost-Jeruzalem, de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook. Het Gerechtshof riep de VN op om zijn advies te implementeren. De aangenomen VN-resolutie is de eerste stap in dat proces.

Het Gerechtshof oordeelde in juli dat Israëls aanwezigheid in bezet gebied inbreuk maakt op het Palestijnse recht van zelfbeschikking, en op het verbod tot toe-eigening van land met geweld (annexatie). Het hof zette nauwgezet uiteen dat Israëls aanwezigheid in al zijn facetten strijdig is met de volkenrechtelijke verdragen die samen de internationale rechtsorde vormen. Israël dient zich daarom volledig terug te trekken uit bezet gebied, dat te herstellen naar de situatie van voor de bezetting, en de Palestijnse bevolking schadeloos te stellen.

Hoofdpunten van de resolutie

Die kernpunten komen terug in de nu aangenomen VN-resolutie. De Algemene Vergadering eist dat Israël per direct voldoet aan zijn verplichtingen onder internationaal recht, en zich voor 18 september 2025 volledig terugtrekt uit bezet gebied. Ook dient het de bouw van nederzettingen te staken, zijn kolonisten uit Palestijns gebied te evacueren, en de zogenoemde Afscheidingsmuur af te breken voor zover die op Palestijns land is gebouwd.

Daarnaast dient Israël in beslag genomen land en ander onroerend goed aan de rechtmatige Palestijnse eigenaren terug te geven, alsmede alle – ook culturele –eigendommen die het zich sinds het begin van de bezetting in 1967 heeft toegeëigend. Verdreven Palestijnen moeten kunnen terugkeren en dienen door Israël schadeloos te worden gesteld.

Tot slot dient Israël zijn discriminerende wet- en regelgeving in te trekken. Het Gerechtshof oordeelde dat die in strijd is met het Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie – te weten segregatie en apartheid. In de resolutie wordt de secretaris-generaal van de VN, Antonio Guterres, opgeroepen tot concrete stappen om de discriminatie van de Palestijnen te beëindigen.

Nederland negeert verplichtingen

Tegen de resolutie stemden Israël, de VS, Tsjechië, Hongarije, Argentinië, Paraguay, Malawi, Fiji, Micronesië, Palau, Papoea Nieuw-Guinea, Tonga en Tuvalu. Daarmee keren zij zich feitelijk tegen het universele recht op zelfbeschikking dat elk volk ter wereld toekomt.

Zo stemden de VN-lidstaten over de VN-resolutie.

Hoe stemden de EU-landen?

VOOR ONTHOUDING TEGEN
België Bulgarije Hongarije
Cyprus Denemarken Tsjechië
Estland Duitland
Finland Italië
Frankrijk Kroatië
Griekenland Litouwen
Ierland Nederland
Letland Oostenrijk
Luxemburg Polen
Malta Roemenië
Portugal Slovakije
Slovenië Zweden
Spanje

Dat geldt ook voor Nederland, dat zich onthield van stemming. Eerder beschreven we dat het oordeel van het Internationaal Gerechtshof voor Nederland bindende verplichtingen inhoudt, en de laatste kans biedt om alsnog te komen tot de door Nederland gewenste tweestatenoplossing. Hoewel dat – nog los van de catastrofale situatie ‘op de grond’ en het risico op escalatie in de regio – noopt tot directe actie, stelde minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp (NSC) afgelopen week dat het kabinet ‘meer tijd’ nodig heeft om het twee maanden oude oordeel van het Gerechtshof te bestuderen.

Dat argument is volstrekt ongeloofwaardig. Het dient slechts om de onwil van het kabinet te verbloemen om de Palestijnen te beschermen tegen het decennialange Israëlische geweld. Dat die onwil kan rekenen op een meerderheid van de Tweede Kamer bleek op 12 september. Toen werd een motie van PvdA/GroenLinks, D66, SP en DENK verworpen, waarin het kabinet wordt gevraagd de Kamer vóór de begrotingsbehandeling in november ‘te informeren over de consequenties van de uitspraken van (inter)nationale rechtshoven voor het kabinetsbeleid ten aanzien van Israël/Palestina’. Tegen stemden de PVV, VVD, NSC (!), BBB, ChristenUnie, FvD, SGP en JA21.

Bizarre stemverklaring

Ook de verklaring die Nederland afgaf voor zijn onthouding van steun aan de VN-resolutie staat bol van dergelijke oneigenlijke argumenten. Zo stelde de Nederlandse vertegenwoordiger bij de VN Bahia Tahzib-Lie dat ‘een duurzame tweestatenoplossing meer dan ooit nodig is’, maar dat ‘unilaterale oproepen voor een internationaal opgelegde oplossing of een tijdspecifieke terugtrekking niet behulpzaam zijn’.

De toch al zwaar beschadigde status van Nederland werd door de VN-ambassadeur verder om zeep geholpen.

Tahzib-Lie stelde verder dat Nederland weliswaar het Palestijnse recht op zelfbeschikking erkent, waaronder het ‘recht op een onafhankelijke, democratische, aaneengesloten, soevereine en levensvatbare staat’, maar dat dit slechts verwezenlijkt kan worden middels ‘gesprekken’ met Israël.

Onzinnig en vilein

Na 57 jaar bezetting, en gezien de rampzalige situatie in de Palestijnse gebieden, is een dergelijke verklaring zowel onzinnig als vilein. Het recht op zelfbeschikking van de Palestijnen staat vast, en is per se niet afhankelijk van goedkeuring door de staat die het hen ontzegt. Bovendien weet Tahzib-Lie heel goed dat Israël al decennia niet bereid is tot enige vorm van ‘gesprekken’ over het opgeven van zijn koloniale aspiraties en politiek.

Niet voor niets wees het Internationaal Gerechtshof nadrukkelijk op de verantwoordelijkheid van derde staten om zijn oordeel te helpen realiseren. Als gastheer van het hof, en zelfverklaard centrum van de internationale rechtsorde, komt Nederland deze verantwoordelijkheid als geen ander toe. Die toch al zwaar beschadigde status werd door de VN-ambassadeur verder om zeep geholpen.

Opmerkelijk genoeg pleitte Tahzib-Lie voor een wapenembargo tegen Israël met haar stelling dat ‘elke levering van wapens, munitie en aanverwante goederen aan alle bij het conflict betrokken partijen moet worden voorkomen als vaststaat dat die in strijd is met de normen en standaarden voor internationale export’. Over die strijdigheid bestaat geen verschil van inzicht. In feite stelt Tahzib-Lie zodoende dat Nederland zijn levering van onderdelen voor Israëlische F-35-gevechtsvliegtuigen dient te staken. Dit terwijl de staat juist bij de Hoge Raad in cassatie is gegaan om die levering te kunnen voortzetten.

© 2007 - 2024 The Rights Forum / Privacy Policy