Israël wordt gekenmerkt door wettelijke ongelijkheid tussen joden en niet-joden. Evenementen als het Songfestival worden gebruikt om die racistische realiteit te normaliseren en promoten. Duncan Laurence en AvroTros zijn Israël daarbij behulpzaam.
In Nederland overheerst de beeldvorming dat Israël weliswaar een brute bezetter en kolonisator is, maar dat we desondanks ‘gewoon’ met het land kunnen omgaan, zolang dat maar binnen de ‘grenzen van voor 1967’ gebeurt. Daar heersen recht en democratie, en worden burgers gelijk behandeld, is de suggestie.
Die rechtsgelijkheid heeft echter nooit bestaan; Israël is gefundeerd op structurele discriminatie. Maar niet eerder werd door Israël zo openlijk de bijl aan de wortels van de democratische rechtsstaat gezet als in 2018, het jaar waarin niet-joden grondwettelijk tot tweederangsburgers werden bestempeld.
In juni 2018 weigerde het Israëlische parlement een wetsvoorstel in behandeling te nemen waarin Israël als ‘Staat voor al zijn burgers’ werd gedefinieerd. Het presidium beoordeelde het wetsvoorstel als een ‘aanval op de fundamenten van de staat’, aangezien het joden en niet-joden dezelfde rechten zou verlenen. Daartoe is Israël niet bereid.
Een maand later werd die notie in beton gegoten. Op 18 juli nam het parlement de wet op de joodse natiestaat aan, die niet-joden als tweederangsburgers definieert in de marge van een exclusieve ‘joodse staat’. In reactie op de wet, die als ‘basiswet’ grondwettelijke status geniet, stelde de beroemde Israëlische pianist en dirigent Daniel Barenboim dat zijn land was afgegleden naar ‘een duidelijke vorm van apartheid’.
In december 2018 stemde het Israëlische parlement in grote meerderheid tegen een wetsvoorstel dat gelijke rechten inhield voor alle burgers, ongeacht hun geloof, etniciteit en sekse. Het voorstel was een vrijwel letterlijke weergave van een paragraaf uit Israëls Onafhankelijkheidsverklaring, maar werd desondanks met 71 tegen 38 stemmen verworpen.
Israël krijgt de zware beschuldiging van apartheid niet door de buitenwereld opgeprikt, maar heeft zich er zelf mee getooid. De joodse meerderheid misbruikt haar macht om de niet-joodse minderheid – de oorspronkelijke bevolking – gelijke rechten te ontzeggen. De realiteit is dat één op de vier Israëli’s op grond van hun niet-joods-zijn wettelijk tot tweederangsburger zijn verklaard.
De op zichzelf al merkwaardige redenering dat je best met Israël kunt omgaan omdat structurele ongelijkheid zich tot bezet Palestijns gebied beperkt, gaat zeker na 18 juli 2018 niet meer op. Die ongelijkheid geldt ook in Tel Aviv, de stad waar van 14 tot 18 mei het Eurovisie Songfestival plaatsvindt. Nederland wordt daar vertegenwoordigd door Duncan Laurence. AvroTros organiseert de Nederlandse inbreng en verzorgt de live-uitzendingen.
Dat roept de vraag op of het moreel verantwoord is deel te nemen aan het Songfestival in een land dat niet alleen al 52 jaar bezetter en kolonisator is, maar ook zijn eigen niet-joodse burgers discrimineert. Duncan Laurence vindt van wel. AvroTros vindt van wel. The Rights Forum vindt van niet. Sterker, deelname zal, in de eerste plaats door Israël zelf, worden uitgelegd als steun aan het Israëlische regime en goedkeuring van het onrecht.
The Rights Forum doet een klemmend beroep op Laurence en AvroTros om af te zien van deelname. Burgers en organisaties die dit met ons eens zijn, roepen wij op om hun stem te verheffen. Sluit je aan bij de actie van DocP, of neem zelf contact op met AvroTros.
Zonder rechtvaardigheid is er in het vredesproces geen vooruitgang mogelijk.
Tineke Lodders Politica