De onzichtbare strijd van Palestijnse christenen

The Rights Forum spreekt met Rifaat Kassis (Kairos Palestina) over de christelijke gemeenschap in Palestina. Die gaat gebukt onder de Israëlische bezetting en verdwijnt tussen de geopolitieke belangen.

Palestijnse christenen nemen deel aan de Heilige Vuurceremonie in Beit Sahour, bekend als de laatste stad in Palestina met een christelijke meerderheid. © Imago / Alamy Stock Photo

Wanneer The Rights Forum Rifaat Kassis spreekt – algemeen coördinator van Kairos Palestina en globaal coördinator van de Kairos for Justice Coalitie – komt een schrijnende realiteit naar boven die zelden de headlines haalt. De Palestijns-christelijke gemeenschap wordt onderdrukt en systematisch gemarginaliseerd door de Israëlische bezetting. Hun stem verdwijnt tussen de geopolitieke belangen en religieuze stereotypen die het narratief over de regio domineren.

‘Wij, Palestijnse christenen, worden al 76 jaar vervolgd door Joodse Israëli’s,’ zegt Kassis. ‘Maar omdat men ons liever in het frame van moslimvervolging plaatst, blijft ons lijden grotendeels onopgemerkt. Dat past nu eenmaal beter in het stereotype beeld van deze regio.’

Kairos Palestina is een christelijke Palestijnse organisatie die zich inzet om de Israëlische bezetting te beëindigen. Maar deze taak wordt voor Kassis en christenen in Palestina in het algemeen steeds uitzichtlozer.

‘Palestijnse christenen zijn vanaf het allereerste begin een van de meest ongewenste bevolkingsgroepen geweest in Israël. Dit druist in tegen wat veel westerse christenen geloven: dat Israël hen gunstig gezind is. Niet alleen zij, maar zelfs veel moslims denken dat christenen worden voorgetrokken door de Israëlische autoriteiten. Maar de realiteit is het tegenovergestelde’.

Volgens Kassis ziet Israël het wereldwijde communicatienetwerk van christenen via kerken als bedreiging. ‘Israël begreep vanaf dag één de kracht van de christelijke gemeenschap,’ zegt hij. ‘Palestijnse christenen hebben vrijwel altijd familie in het buitenland. Kijk naar mij: drie broers in Duitsland, een zoon in Nederland.’

Verdrijving van Palestijnse christenen

De verdrijving van Palestijnse christenen begon in 1948, tijdens de Nakba. Ongeveer driekwart van de christelijke bevolking – destijds zo’n 150.000 mensen – werd gedwongen hun huizen te verlaten. ‘Slechts een klein deel wist de Westelijke Jordaanoever te bereiken,’ vertelt Kassis. Vandaag de dag zijn er in de Westelijke Jordaanoever, Oost-Jeruzalem en Gaza nog zo’n 50.000 Palestijnse christenen over. Sommigen trokken naar Europa of de VS, anderen kwamen in Libanon terecht. En dat was niet altijd een vrijwillige keuze.

‘Ik zie het bij mijn eigen dochter,’ vertelt Kassis. ‘Zij is getrouwd met een Duitser die hier alleen kon verblijven met een speciale vergunning. Hij werkte voor een Duitse organisatie en was verplicht een document te ondertekenen dat hij geen ander soort visum kon aanvragen nadat zijn werk zou eindigen. Nu zijn ze vertrokken naar Macedonië. Voor mij is dat een gedwongen ontheemding. Het was niet hun wens’.

Gaza en Beit Sahour

In Gaza leven vandaag nog geen 600 christenen. De christelijke gemeenschap, ooit een integraal onderdeel van de Palestijnse samenleving, krimpt in rap tempo. Een paar jaar geleden waren het er nog 3.000. De uittocht is niet zomaar een demografische verandering; het is een symptoom van jarenlange onderdrukking en uitzichtloosheid. ‘Iedereen met enig gezond verstand zou een plek als Gaza verlaten’, zegt Kassis.

Tegelijkertijd blijft het Westen, vooral in Europa en de VS, vasthouden aan een hardnekkig misverstand: dat alles begon op 7 oktober, zegt Kassis. Terwijl Gaza daarvoor zeker geen plek van welvaart en rust was. Gaza zit sinds de Israëlische bezetting in 1967 in een wurggreep. Toen werd het vergunningensysteem dat de bewegingsvrijheid van Palestijnen aan banden legt ingevoerd. Gaza werd stelselmatig geïsoleerd van de Westelijke Jordaanoever. ‘Het was premier Rabin, van de Israëlische Arbeiderspartij, die deze praktijk invoerde’, zegt Kassis.

In Beit Sahour, bekend als de laatste stad in Palestina met een christelijke meerderheid, is de situatie al niet veel beter. ‘Als je het over aantallen hebt, zijn we met heel weinig. Ongeveer 10.000 christenen op een bevolking van 15.000. De meerderheid is Grieks-orthodox, gevolgd door katholieken, rooms-katholieken en Lutheranen’. Maar de denominaties doen er nauwelijks toe wanneer je onder dezelfde onderdrukking leeft. ‘Ons land wordt geconfisqueerd, onze kinderen worden gevangengezet en Israël maakt geen onderscheid: zowel moslims als christenen worden gedood.’

Westerse blinde vlek

Kassis vertelt dat de christenvervolging vaak in de blinde vlek van westerse journalisten zit. ‘Als westerse media hierheen komen, brengen ze hun eigen vooroordelen mee. Zodra ze over christenvervolging spreken, gaan ze er automatisch vanuit dat het moslims zijn die ons onderdrukken. ‘Maar als we hen vertellen dat ons land is afgepakt door Israël, niet door moslims, dat wij door Israël zijn vermoord, opgesloten, verdreven – dan zie je soms hun blik veranderen. Langzaam, aarzelend’.

‘Veel buitenlandse christenen denken verder dat christenen in deze regio zich in de afgelopen eeuw mogelijk hebben bekeerd vanwege hun zendingswerk. Zij beseffen vaak niet dat wij de eerste christenen waren, en alle christenen over de hele wereld een gevolg zijn van ons en onze missie’, vertelt Kassis verder.

Politiek conflict 

In westerse landen wordt het Israëlisch-Palestijns conflict vaak gezien en geduid in termen van een religieus conflict. Joden die vechten voor hun voortbestaan tegen moslims die dat willen verhinderen. Dat is ook sterk de lijn van de Israëlische propaganda, die daarmee elke kritiek op Israël afschildert als antisemitisme. De aanval van Hamas op 7 oktober wordt breed gekarakteriseerd als gericht tegen joden als religieuze groep, in plaats van als een aanval in reactie op een bezetting.

Kassis ziet dit anders. ‘Het conflict is in de eerste plaats politiek’, zegt hij. ‘Christelijke zionisten in het Westen hebben de Bijbel misbruikt om het ene volk in de gelegenheid te stellen een ander volk te overheersen.’ Hij wijst erop dat veel orthodoxen joden helemaal niet geloven in de oprichting van de staat Israël. ‘Zij geloven dat je op de Messias moet wachten.’ Israël is volgens Kassis dan ook geen joods-religieus project, maar eerder een westers-christelijk project. Dit is terug te zien in de sterke steun voor Israël van evangelisten in de VS, en van de organisatie Christenen voor Israël in Nederland.

Onder de Israëlische overheersing raken Palestijnen, ook de christenen, steeds meer land kwijt. ‘Vóór 1996, voor de komst van Netanyahu hadden de Palestijnen ongeveer 87% van hun land in de provincie, Bethlehem, in eigen bestuur. Vandaag valt de dag over nog minder dan 4% van ons land onder ons bestuur,’ zegt Kassis.

Palestijnen verliezen hun land op verschillende manieren. De belangrijkste is de bouw en uitbreiding van Israëlische nederzettingen, maar er zijn ook andere mechanismen. Zo heeft Israël een Palestijns dorp overgenomen door een natuurreservaat op te richten en heeft het veel Palestijnen verhinderd hun land te betreden door het als militaire gebied aan te wijzen, zegt Kassis.

Geen kant op

Daarnaast zijn er noodverordeningen van kracht, die Palestijnen in een wurggreep houden. Zo is er een wet die voorschrijft dat je je land niet mag irrigeren als er waterschaarste heerst, en een andere wet die stelt dat een Palestijn het recht op zijn land verliest als hij het niet irrigeert. En wanneer Israëliërs een muur bouwen, om een nieuwe nederzetting of weg bijvoorbeeld, nemen ze automatisch 50 meter aan beide zijden van de muur in beslag, zegt Kassis.

‘Hierdoor hebben ze enorme hoeveelheden land in de omgeving van Bethlehem in beslag genomen. Vandaag zijn er meer dan 22 nederzettingen die ons land omringen. Dit leidt ertoe dat de Palestijnen het platteland uit worden gedwongen’, zegt Kassis

In Jeruzalem is een wet van kracht die alleen voor Palestijnen geldt en ook Kassis’ eigen familie heeft geraakt. Als je niet kunt bewijzen dat je zowel in Jeruzalem woont én werkt, kan Israël je identiteitsbewijs intrekken. ‘Ongeveer 60.000 personen zijn sinds 1967 op deze manier Jeruzalem uitgezet,’ zegt Kassis.

Voor zijn nichtje werkte het de andere kant op. Ze komt uit Beit Sahour en is getrouwd met een Palestijn uit Jeruzalem. Om de toegang tot haar werk als advocaat in Jeruzalem te behouden, moesten ze haar huis in Beit Sahour verlaten en verhuizen naar een dorp dat binnen de grenzen van het door Israël geannexeerde Oost-Jeruzalem ligt.

Kassis wordt er – begrijpelijk – somber van. ‘Vandaag heb ik nog een huis, maar mijn kleinzoon zal hier absoluut niets kunnen bezitten,’ zegt hij.

© 2007 - 2025 The Rights Forum / Privacy Policy