Israël-Palestina in het kort – 7 februari 2022

Met onder andere: Israël ‘legaliseert’ buitenpost Evyatar, Israëlische geheime dienst bespioneerde en stuurde dreigberichten naar Palestijnen, en lastercampagne tegen Palestijnse academica in Verenigd Koninkrijk mislukt.

Protest tegen de nieuwe illegale Israëlische buitenpost Evyatar in Beita, op de Westelijke Jordaanoever, september 2021. Vorige week besloot de Israëlische procureur-generaal Evyatar te ‘legaliseren’. © Alon Marcus / Wikimedia Commons

Israël ‘legaliseert’ buitenpost Evyatar

Avichai Mandelblit, de Israëlische procureur-generaal, heeft vorige week bekend gemaakt dat de illegale buitenpost Evyatar zal worden ‘gelegaliseerd’. Evyatar werd in mei vorig jaar opgericht op land van de Palestijnse dorpen Beita, Qabalan en Yatma, in het noorden van de Westelijke Jordaanoever. In enkele dagen tijd plaatsten kolonisten een aantal woonwagens en legden zij wegen aan. Omdat dit gebeurde zonder toestemming van de Israëlische autoriteiten was Evyatar lange tijd ook onder het Israëlisch recht illegaal. Met het besluit van Mandelblit komt daar nu verandering in.

Geweld tegen demonstranten

Sinds de oprichting van Evyatar protesteren Palestijnen uit de omliggende dorpen wekelijks tegen de inbeslagname van hun land. Het Israëlische leger treedt regelmatig hard op tegen de demonstranten. Militairen doodden tenminste negen Palestijnen, en verwondden honderden anderen. Tijdens de meest recente demonstratie, op 5 december, raakten 159 Palestijnen gewond, onder wie een journalist. Twee jonge mannen werden met scherpe munitie neergeschoten en moesten in het ziekenhuis worden behandeld.

‘Legalisering’

In juli sloot de Israëlische regering een overeenkomst met de kolonistenleiders van Evyatar. De kolonie werd ontruimd, hangende Israëlisch onderzoek naar de landrechten, maar het grootste gedeelte van de gebouwen mocht blijven staan. Toen al spraken Palestijnen uit het gebied hun bezorgdheid uit dat de Israëlische autoriteiten alsnog hun goedkeuring zouden verlenen aan de kolonie. Die zorgen lijken nu te zijn uitgekomen.

De legalisering van Evyatar is onderdeel van een overeenkomst tussen de Israëlische regering en de Shomron Regional Council, een kolonistenorganisatie. Als onderdeel van de overeenkomst mogen de kolonisten vijftig woonwagens laten staan, en die betrekken als de regering het land officieel als ‘staatseigendom’ heeft bestempeld. Naar verluidt moet alleen minister van Defensie Benny Gantz nog zijn definitieve goedkeuring verlenen.

Israëlische kritiek

Het besluit van Mandelblit leidde tot kritiek van Israëlische politici, onder wie minister van Buitenlandse Zaken Yair Lapid en Merav Michaeli, de leider van de Israëlische Arbeidspartij. Beiden waarschuwden voor de mogelijke negatieve gevolgen voor de banden met de Amerikaanse president Joe Biden. Dat de Israëlische kolonies, of zij nu door de regering worden erkend of niet, onder het internationaal recht sowieso illegaal zijn, leek geen rol te spelen in hun bezwaren.

Israëlische geheime dienst bespioneerde en stuurde dreigberichten naar Palestijnen

De Israëlische veiligheidsdienst, de Shin Bet, heeft toegegeven dat het tijdens de grootschalige protesten in Oost-Jeruzalem in mei vorig jaar spionage-software heeft gebruikt om de telefoons van Palestijnen te volgen en hen dreigberichten te sturen.

Een groot aantal Palestijnen ontving in die periode het volgende bericht: ‘Hallo! Er is vastgesteld dat u hebt deelgenomen aan gewelddadige acties bij de al-Aqsa-moskee. We zullen u straffen – de Israëlische inlichtingendienst.’ In een verklaring zei de Shin Bet dat er ‘een duidelijke veiligheidsbehoefte was om een ​​dringende boodschap uit te brengen aan een zeer groot aantal mensen. Voor elk van hen bestaan er vermoedens dat ze betrokken waren bij het plegen van gewelddadige misdaden.’ Tegelijkertijd gaf de veiligheidsdienst toe dat het bericht ook was verstuurd naar Palestijnen die nergens van werden verdacht, en niet hadden deelgenomen aan de protesten. Naar aanleiding van de verklaring van de Shin Bet zei het Israëlische ministerie van Justitie dat, hoewel het doel van de berichten legitiem was, de bewoordingen en uitvoering ervan ‘ongepast’ waren.

Israëlische politie gebruikte Pegasus-spyware tegen journalisten, ambtenaren en activisten

Uit een vandaag gepubliceerd rapport van Calcalist blijkt dat de Israëlische politie de spionage-software Pegasus heeft gebruikt om de telefoons van Israëlische journalisten, burgemeesters, hooggeplaatste ambtenaren, activisten en andere publieke figuren te hacken. Onder hen zijn ook de zoon en medewerkers van de voormalige premier Benjamin Netanyahu. Volgens het rapport zou de software zijn ingezet zonder de benodigde gerechtelijke bevelen.

Spionage-software

Pegasus is spyware die ongemerkt en zonder handeling van het doelwit op iemands telefoon kan worden geïnstalleerd, waarna persoonlijke gegevens en communicatie kunnen worden onderschept. Ook kunnen de microfoon en camera op afstand worden bediend, waardoor toegang wordt verkregen tot de omgeving van het doelwit. De spyware is ontwikkeld door de Israëlische NSO Group, en mag volgens regelgeving van de Israëlische regering uitsluitend aan overheden worden geleverd. Daaraan zijn strenge voorwaarden verbonden, die in theorie door het Israëlische ministerie van Defensie moeten worden gecontroleerd.

In november vorig jaar werd echter bekend dat NSO de software verkocht aan repressieve regimes over de hele wereld, die Pegasus gebruiken om journalisten, mensenrechtenactivisten, ngo’s, vakbondsleiders, politieke dissidenten, advocaten, parlementariërs, ministers en zelfs staatshoofden te bespioneren. Bovendien kwam toen naar buiten dat Israël de software had gebruikt om hooggeplaatste officials van de Palestijnse Autoriteit af te luisteren.

Maatregelen nu Israëli’s zijn getroffen

Nu is gebleken dat ook Israëlische burgers met de Pegasus-software gehackt zijn lijken Israëlische politici de kwestie serieuzer te nemen. Premier Naftali Bennett zei dat het gebruik van de software ‘niet onbeantwoord zal blijven’. ‘Deze tool en soortgelijke tools zijn erg belangrijk in de oorlog tegen terreur en tegen zware misdaad, maar ze zijn niet bedoeld voor wijdverbreide ‘phishing’ van Israëlische burgers of publieke figuren in de staat Israël. Daarom moeten we er achter komen wat er precies is gebeurd.’ De Israëlische minister van Openbare Veiligheid heeft inmiddels aangekondigd een onderzoek te openen.

Lastercampagne tegen Palestijnse academica in Verenigd Koninkrijk mislukt

Shahd Abusalama, een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde Palestijnse academica uit Gaza, was de afgelopen weken het slachtoffer van een lastercampagne van pro-Israëlische organisaties. Nadat er een anonieme klacht wegens antisemitisme tegen haar was ingediend had de Sheffield Hallam University (SHU), de werkgever van Abusalama, besloten een onderzoek te openen en haar tijdelijk te verbieden om les te geven. Een week later kwam de universiteit, onder druk van studenten, medewerkers, de vakbond voor medewerkers van het hoger onderwijs in Sheffield, journalisten, kunstenaars, academici, politieke figuren en mensenrechtenorganisaties, terug op zijn beslissing. De universiteit maakte verder bekend dat het onderzoek inmiddels is gesloten.

IHRA-definitie

Abusalama woont sinds 2013 in het Verenigd Koninkrijk, en speelt een grote rol in de Palestijnse solidariteitsbeweging. UCU Hallam, de vakbond voor medewerkers van het hoger onderwijs in Sheffield, schrijft in een verklaring dat de lastercampagne ‘het resultaat is van haar uitgesproken en volledig legitieme kritiek op de staat Israël namens het Palestijnse volk. Zij is daarom volledig vrijgesproken van de valse beschuldigingen van antisemitisme’. Zowel UCU Hallam als Abusalama zelf benadrukt dat de lastercampagne deels mogelijk is gemaakt door het feit dat de SHU de beruchte IHRA-definitie van antisemitisme hanteert. Deze definitie wordt regelmatig gebruikt om pro-Palestijns activisme de kop in te drukken. Zij roepen de universiteit dan ook op de definitie niet langer als maatstaf voor beschuldigingen van antisemitisme te gebruiken.

Juridische steun ELSC

Abuslama werd juridisch bijgestaan door het European Legal Support Center (ELSC). Deze in Amsterdam gevestigde organisatie werd mede door The Rights Forum opgericht om activisten in de Palestijnse solidariteitsbeweging juridisch te ondersteunen. Op Twitter schrijft het ELSC dat ‘de zaak van Shahd een voorbeeld is van de manier waarop activisten worden onderdrukt.’ In oktober 2021 publiceerde het ELSC een rapport waarin het beschrijft hoe maatschappelijke organisaties en personen die zich inzetten voor de rechten van de Palestijnen in Nederland structureel worden tegengewerkt, belasterd en zelfs bedreigd.

Israëlische autoriteiten keuren bouw van 1.500 nieuwe kolonistenwoningen goed

De Israëlische autoriteiten in Jeruzalem hebben een plan goedgekeurd om 1500 nieuwe kolonistenwoningen te bouwen in bezet Oost-Jeruzalem. Dat maakte de lokale planningscommissie van de gemeente Jeruzalem op 3 februari bekend. De woningen worden gebouwd tussen French Hill, een illegale Israëlische kolonie, en de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem, op een steenworp afstand van de Palestijnse buurt Sheikh Jarrah. De planningscommissie claimt dat het gebied van de Israëlische staat is, en daarom geschikt voor de bouw van kolonistenwoningen. Het plan omvat onder andere de bouw van 500 appartementen voor Joodse studenten en enkele woontorens.

Palestijnen in Gaza voeren online protest tegen Hamas

Honderden Palestijnen uit Gaza hebben afgelopen week deelgenomen aan een reeks sociale media-evenementen waarin kritiek werd geleverd op het bewind van Hamas. Onder vermelding van de hashtag #TheyKidnappedGaza uitten zij tijdens nachtelijke Twitter-gesprekken hun frustraties over het lot en de leefomstandigheden van Palestijnse burgers in de kustenclave. Met name het slechte bestuur en de corruptie van Hamas waren onderwerp van gesprek, evenals de Israëlische blokkade van Gaza.

De vaak urenlange discussies trokken voornamelijk jonge Palestijnen aan van over de hele Westelijke Jordaanoever en Gaza. Zij hebben doorgaans weinig gelegenheid om dergelijke gesprekken te voeren. Openlijke kritiek op Hamas is riskant voor de Palestijnen die in Gaza wonen. De veiligheidstroepen van de organisatie arresteren regelmatig burgers die kritisch staan ​​tegenover hun heerschappij. ‘In Gaza wordt je verteld dat je je mond moet houden. Waag het niet een stem te geven aan je pijn. De schaduw van de interne veiligheidstroepen achtervolgt altijd je gedachten,’ zo vertelt Suleiman, een inwoner van Deir al-Balah in Gaza.

Rapportage B’Tselem over kolonistengeweld tijdens olijvenoogst 2021

De olijvenoogst in de bezette Palestijnse gebieden gaat elk jaar gepaard met een groot aantal gewelddadige aanvallen van illegale Israëlische kolonisten op Palestijnse boeren, hun gewassen en hun bezittingen. Ook afgelopen jaar was dat het geval. De vooraanstaande Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem registreerde tijdens de olijvenoogst in 2021, die liep van begin oktober tot eind november, 45 incidenten van kolonistengeweld.

B’Tselem wijst erop dat het kolonistengeweld volledig wordt gesteund door de Israëlische staat. In de praktijk bestaat deze steun dikwijls uit het uitblijven van hulp van het Israëlische leger voor de Palestijnse boeren. Bij 27 van de 45 incidenten was het leger überhaupt niet aanwezig om de boeren in bescherming te nemen. In de gevallen dat Israëlische militairen wel ter plekke waren, kozen zij bovendien de kant van de kolonisten door niet in te grijpen of zelf deel te nemen aan het geweld tegen de Palestijnen. Het is om die reden dat B’Tselem het kolonistengeweld beschrijft als een belangrijk wapen in het arsenaal van de Israëlische staat om de bezetting te bestendigen en Palestijns land over te nemen. ‘Kolonistengeweld is staatsgeweld’, aldus de mensenrechtenorganisatie.

Die conclusie wordt onder meer ondersteund door recent onderzoek van het Israëlische dagblad Haaretz. Uit gegevens van de Israëlische politie blijkt dat in slechts 3,8 procent van de strafzaken met betrekking tot geweld tegen Palestijnen daadwerkelijk een aanklacht werd ingediend. Eén van de redenen voor het lage aantal is de manier waarop Palestijnen door de Israëlische politie worden behandeld, zo schrijft Haaretz. Vaak moeten zij uren wachten, is er niemand aanwezig die Arabisch spreekt, of worden zij simpelweg weggestuurd. In andere gevallen beweert de politie dat het niet te achterhalen is wie de daders waren – ook als er videobeelden van het incident zijn.

Kolonisten voeren ook buiten de olijvenoogst om op grote schaal aanvallen uit op Palestijnen. Vorige week ontwortelden kolonisten tenminste zestig jonge olijfboompjes in Masafer Yatta, ten zuiden van Hebron. Een dag later belaagde een groep kolonisten een herder in Khirbet Zanuta, een dorp niet ver van Masafer Yatta. Zij sloegen de herder in elkaar en doodden twintig van zijn schapen. Khirbet Zanuta wordt omringd door illegale kolonies en de Israëlische afscheidingsmuur, en is regelmatig het doelwit van aanvallen van kolonisten en het leger. Zo werden eerder de dorpsschool en een aantal woningen vernietigd, en werd de constructie van waterputten geblokkeerd.

Dood Amerikaanse Palestijn leidt tot ongebruikelijk grondig Israëlisch onderzoek

De 78-jarige Omar Asaad overleed op 12 januari aan een hartaanval, kort nadat Israëlische soldaten hem tijdens een inval in het dorp Jaljulia op gewelddadige wijze hadden aangehouden. Toen bekend werd dat Asaad Amerikaans staatsburger was, en de Amerikaanse regering om opheldering vroeg, nam het Israëlische leger het incident zeer serieus. Intern onderzoek concludeerde dat de betrokken militairen een ernstige ‘morele fout’ hadden gemaakt. Eén commandant zal als gevolg van het incident worden ‘berispt’, twee aan hem ondergeschikte commandanten worden op staande voet ontslagen.

Sindsdien hebben Israëlische journalisten en activisten herhaaldelijk gewezen op de grote verschillen tussen de manier waarop het Israëlische leger omgaat met de dood van een Palestijns-Amerikaanse man, en met de dood van de talloze Palestijnen die niet over een dubbele nationaliteit beschikken. Interne onderzoeken naar incidenten waarbij Israëlische militairen Palestijnen doden zijn doorgaans op zijn zachtst gezegd gebrekkig, en leiden zelden tot nooit tot het verantwoordelijk houden van de daders.

Op 6 februari publiceerde Haaretz een artikel waarin deze praktijk goed wordt geïllustreerd. In het stuk wordt het legeronderzoek naar de dood van de Palestijn Ibrahim Abu Yaqoub op 9 juli 2020 vergeleken met de getuigenis van een voormalig lid van het bataljon dat destijds in het gebied diende. Daaruit blijkt onder meer dat het Israëlische leger bewust verkeerde informatie in het onderzoek naar de dood van Abu Yaqoub had opgenomen, en de dader vrijuit is gegaan. Het incident toont de mate van straffeloosheid waarmee Israëlische militairen hun gang kunnen gaan in de bezette Palestijnse gebieden.

Rapport Amnesty International: Israël schuldig aan apartheid

Het nieuws rondom Israël-Palestina stond vorige week uiteraard vooral ook in het teken van het uitstekende rapport van Amnesty International, waarin gedetailleerd is vastgelegd en onderbouwd dat Israël zich schuldig maakt aan apartheid. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar de analyse die wij over het rapport schreven.

© 2007 - 2024 The Rights Forum / Privacy Policy