De moord op de Palestijnse journalist Anas al-Sharif staat niet op zichzelf. Een voor een vermoordt Israël alle journalisten in Gaza, zodat er niemand meer is die de gruwelijke misdaden die het pleegt op de Palestijnen kan vastleggen en verslaan.
Israël heeft gisteren het gehele team van Al-Jazeera in Gaza-stad vermoord: correspondenten Anas al-Sharif en Mohamed Qreiqei, cameramannen Ibrahim Dhaher en Mo’men Aleiwa, en chauffeur Mohammad Nofal. Zij hoorden bij de laatste journalisten die nog verslag deden vanuit de stad. Israël bombardeerde zondagavond hun perstent op de binnenplaats van het al-Shifa-ziekenhuis.
Israël kondigde vrijdag aan Gaza-stad volledig te willen bezetten en ontvolken. Met het vermoorden van journalisten lijkt Israël de weg vrij te maken voor deze finale vernietiging van de stad en haar bevolking. ‘De enige reden om alle journalisten te vermoorden is dat je verschrikkelijke misdaden te verbergen hebt’, schreef journalist Ricky Hale op BlueSky.
Sinds 7 oktober 2023 doodde Israël zeker 183 journalisten en ander mediapersoneel in Gaza, volgens het Comité ter Bescherming van Journalisten (CPJ). In geen enkele oorlog in de moderne geschiedenis werden er zoveel journalisten vermoord.
De bekendste van de gisteren vermoorde journalisten, Anas al-Sharif, bleef letterlijk tot aan zijn dood verslag doen. ‘Intens, geconcentreerd Israëlisch bombardement treft de oostelijke en zuidelijke delen van Gaza-stad’, schreef Anas al-Sharif in zijn laatste uur op X. ‘Genadeloze bombardementen… Sinds twee uur is de Israëlische agressie tegen Gaza-stad verhevigd.’
Even daarvoor deelde hij:
‘De bezetting dreigt nu openlijk met een grootschalige invasie van Gaza. Al 22 maanden bloedt de stad onder meedogenloze bombardementen vanaf land, zee en lucht. Tienduizenden mensen zijn gedood en honderdduizenden gewond geraakt.
Als deze waanzin niet stopt, zal Gaza in puin worden gelegd, zullen de stemmen van de bevolking tot zwijgen worden gebracht en hun gezichten worden uitgewist – en de geschiedenis zal jullie herinneren als stille getuigen van een genocide die jullie niet hebben willen stoppen.
Deel dit bericht en tag iedereen die de macht heeft om een einde te maken aan dit bloedbad. Stilte is medeplichtigheid.’
Al-Sharif genoot diep respect binnen zijn vakgebied en daarbuiten. Gedurende de genocide deed hij onvermoeid verslag van de meest gruwelijke Israëlische misdaden.
Elke dag stond hij naast gebombardeerde huizen, tenten, ziekenhuizen en scholen, terwijl de lijken onder het puin vandaan werden gehaald. Hij was extreem toegewijd om aan de wereld te laten zien wat Israël in Gaza aanricht. ‘Anas had te veel moed en te veel toewijding aan waarheid en rechtvaardigheid voor deze wereld. [De wereld] verdient hem niet’, schreef onderzoeker Harry Petit.
Een maand geleden werd Al-Sharifs verslag van Israëls uithongering van Gaza massaal gedeeld. Hij stond voor de camera terwijl achter hem een vrouw van de honger omviel, en kon zijn emoties niet meer bedwingen. Hij was zelf ook totaal uitgeput door een gebrek aan eten.
Na dit verslag bedreigde Israël hem openlijk, met de gebruikelijke leugen dat hij ‘Hamas was’. Al-Sharif stond op de hitlijst van het Israëlische leger. Eerder vermoordde Israël zijn collega’s Ismail al-Ghoul, Hossam Shabat, Rami Al-Rifae en Hamza Al-Dahdouh van Al-Jazeera, vaak ook na ze eerst bedreigd te hebben.
Al-Sharifs laatste boodschap werd direct na zijn dood op sociale media gedeeld. Hij had het al geschreven op 6 april dit jaar, met de kennis dat Israël stelselmatig alle journalisten in Gaza aan het vermoorden is. ‘Ik heb pijn in al zijn details meegemaakt, heb vele malen lijden en verlies geproefd, maar ik heb nooit geaarzeld om de waarheid te vertellen zoals die is’, schrijft Al-Sharif.
Het Comité ter Bescherming van Journalisten (CJP) deed twee weken geleden een dringende oproep aan de internationale gemeenschap om Al-Sharif te beschermen. ‘Met ongegronde beschuldigingen probeert men de moord op Al-Sharif goed te praten’, schreef het CPJ.
Kortom, niemand kan beweren dat ‘ie niet wist dat Al-Sharif in levensgevaar verkeerde. Acties om Israël te stoppen de aankondigde moord te begaan bleven uit. Hoe duidelijk de escalatie van Israëls vernietigingscampagne ook is, westerse landen blijven in meerderheid de genocide steunen. Zo ook Nederland.
De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) stuurde op 30 juli een brandbrief naar demissionair minister van Buitenlandse Zaken Caspar Veldkamp om actie te ondernemen ter bescherming van journalisten in Gaza. ‘De situatie is dusdanig, dat directe interventie geboden is’, aldus de NVJ. Een maand eerder hadden 49 redacties van toonaangevende Nederlandse media al een vergelijkbare brief gestuurd naar Veldkamp.
Veldkamp wilde er niet aan. Er lijkt voor hem geen misdaad groot genoeg om Israël af te vallen. Veldkamp en een kamermeerderheid (VVD, BBB, NSC, PVV, CU en SGP) lieten in het debat afgelopen donderdag zien dat ze nog altijd niet bereid waren serieuze maatregelen te nemen om Israëls moordpartijen te stoppen.
‘Ik kan niet bij ieder schot dat wordt gelost meteen nieuwe maatregelen treffen’, durfde Veldkamp te zeggen in een interview met Het Nederlands Dagblad na het debat. Misdadige woorden. Wat in Veldkamps hallucinaties ‘een schot’ is, komt in werkelijkheid neer op massamoord.
Israël doodt meer dan honderd Palestijnen per dag. Het kondigt de vernietiging van Gaza-stad en etnische zuivering van een kleine miljoen inwoners publiekelijk aan. Het werpt een bom op een perstent waarmee bijna alle journalisten in de stad in een keer worden vermoord.
Veldkamp wordt er niet koud of warm van. ‘Stilte is medeplichtigheid’, schreef Al-Sharif voor zijn dood. Dat bericht is aan Veldkamp en de meerderheid van de Tweede Kamer gericht. Laat deze laatste boodschap van Al-Sharif er een zijn om nooit te vergeten.