De 16-jarige Abdel Qader werd in koelen bloede doodgeschoten door een Israëlische militair, met drie schoten in zijn borst van een paar meter afstand. ‘Onder het Israëlische apartheidsregime zijn Palestijnse levens niets waard.’
Rayyan Abdel Qader liep afgelopen zaterdagavond nietsvermoedend naar huis door de steegjes van de stad Qabatiya op de bezette Westelijke Jordaanoever. Tot plots een Israëlische militair van achter een muur vandaan kwam en hem direct, van nog geen twee meter afstand, met drie kogels door zijn borst schoot.
De militairen verhinderden ambulancepersoneel Abdel Qader te helpen en lieten hem gedurende een klein half uur doodbloeden op straat. Vervolgens namen ze zijn lichaam mee. Deze details zijn bekend omdat een bewakingscamera de hele executie heeft vastgelegd.
Nog altijd, inmiddels bijna een week later, is het lichaam van Abdel Qader niet aan zijn familie gegeven om hem te begraven. Op deze manier houdt Israël meer dan 770 Palestijnse lichamen gegijzeld, meldt nieuwszender Al Jazeera.
Volgens het Israëlische leger gooide Abdel Qader met stenen. Op de beelden is hier niets van te zien, en ook ooggetuigen spreken het tegen. Het is de zoveelste Israëlische leugen die zijn misdaden moet verhullen.
En zelfs áls Abdel Qader stenen had gegooid tegen Israëlische bezettingsmilitairen die zijn stad binnenstormden, stond hij daar binnen internationale wetgeving volledig mee in zijn recht. Het is namelijk binnen de regels van het oorlogsrecht legitiem je te verzetten tegen een bezetter.
Dat Israël Palestijnse stenengooiers tegen de bezetter als ‘terroristen’ bestempelt en daarmee hun moord wil rechtvaardigen, geeft nog maar weer eens aan hoe scheef de verhoudingen liggen. Het is een illustratie dat beschuldiging van terrorisme door Israël betekenisloos is en dient als rechtvaardiging voor de eigen misdaden tegen Palestijnen.
Abdel Qader’s executie staat verre van op zichzelf. Vorige week werden nóg twee Palestijnse tieners doodgeschoten. Een Israëlische kolonist schoot op dinsdag 16 december de zestienjarige Mohieb Jibril dood in het dorpje Tuqu’ nabij Bethlehem. De kolonist schoot Jibril van dichtbij door het hoofd.
Het gebeurde kort na de begrafenis van een andere tiener, Ammar Sabah, die de dag ervoor door het Israëlische leger was doodgeschoten. Het zijn tekenen dat de agressie tegen Palestijnen op de bezette Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem steeds verder gaat, zowel van kolonistenmilities als van het bezettingsleger.
‘Onder het Israëlische apartheidsregime, zijn Palestijnse levens niets waard’, schreef de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem in reactie op de executie van Abdel Qader. In 2025 doodden Israëli’s meer dan 230 Palestijnen op de Westoever, onder wie 56 kinderen.
‘Zelfs wanneer een moord op camera wordt gepleegd [..] wordt niemand ter verantwoording geroepen. De internationale gemeenschap heeft de plicht om alles in het werk te stellen om een einde te maken aan de misdaden van Israël,’ aldus B’Tselem.
Vorige maand kwam beeld naar buiten van een andere standrechtelijke executie. Te zien was hoe twee Palestijnen in Jenin zich overgaven aan Israëlische militairen, met hun handen achter hun hoofd op hun knieën gingen zitten, en vervolgens in koele bloeden werden geëxecuteerd.
Een duidelijkere oorlogsmisdaad is haast niet voor te stellen. De Israëlische minister van Veiligheid, Itamar Ben-Gvir, maakte al direct duidelijk dat er geen consequenties zullen volgen. De militairen deden wat van hen werd verwacht, schreef Ben-Gvir op X. Oftewel: ongewapende Palestijnen doodschieten is geen incident, het is beleid.
Het laat ook zien dat het geweld van kolonisten en van het leger niet los van elkaar kunnen worden gezien. Zij werken hand in hand in het terroriseren en verdrijven van de Palestijnse bevolking.
‘Een strategische, systematische en vooropgezette aanval op Palestijnen’, beschreef de Palestijnse journalist Mariam Barghouti de situatie op de Westoever tijdens een door The Rights Forum georganiseerde lezing eerder deze maand.
Maatregelen zoals sancties tegen een handjevol van de meest extreme kolonisten, die ook Nederland heeft ingesteld, vertekenen dan ook de werkelijkheid op de grond. Het probleem zijn niet primair de kolonisten, het is de bezetting, en het beleid van de bezettende macht om Palestijnen het leven onmogelijk te maken en steeds meer land af te pakken.
‘De kolonisten creëren een onveilige situatie voor Palestijnen om hun land te bereiken, het leger zorgt voor bescherming [van de kolonisten] en Israëlische rechtbanken bestempelen dat land vervolgens als staatseigendom,’ legde Barghouti uit.
Hoe onveilig die situatie is werd deze ook eens te meer duidelijk bij een pogrom van kolonisten in het platteland ten zuiden van Hebron (Al-Khalil in het Arabisch). Ze drongen een boerderij binnen, spoten pepperspray in de ogen van de Palestijnse bewoners, onder wie een baby van zes maanden, sloegen een auto aan diggelen en knuppelden schapen dood.
Dezelfde familie werd twee maanden geleden ook al aangevallen. Op beelden is te zien dat Israëlische militairen ter plekke patrouilleren. Geen enkele kolonist is gearresteerd.
‘Ze richten zich specifiek op de bestaansmiddelen van Palestijnen. Waterbronnen, landbouw’, zei Barghouti. ‘Daardoor kunnen we ons niet in ons levensonderhoud voorzien. Op deze manier proberen ze zoveel mogelijk Palestijnen te verjagen.’
Voorbeelden zijn naast het doden van vee het verhinderen van Palestijnse herders van het bereiken van hun weidegronden, het vergiftigen of met cement volstorten van waterputten, en het vernietigen van olijfbomen van Palestijnen.
Daarnaast werden deze week tientallen huizen van Palestijnen gesloopt in de wijk Silwan in bezet Oost-Jeruzalem en kondigde Israël aan negentien buitenposten als formele nederzettingen te erkennen, wat neer komt op de annexatie van meer gebied.
De intentie is glashelder: de Westoever en Oost-Jeruzalem zo veel mogelijk zuiveren van Palestijnen en daarmee de weg vrij maken voor de steeds verdere kolonisering.
