Door de assimilatie van joden in de VS en elders in de wereld ‘heeft het joodse volk zes miljoen mensen verloren’, meent Israëls minister van Onderwijs Rafi Peretz. De ontwikkeling staat volgens hem gelijk aan een ‘tweede Holocaust’.
Peretz deed zijn uitspraak tijdens een kabinetszitting op 1 juli, schrijft de Israëlische journalist Barak Ravid. De afgelopen zeventig jaar ‘heeft het joodse volk zes miljoen mensen verloren’, stelde hij. Oorzaak daarvan is volgens hem het groeiende percentage joden in de Verenigde Staten en elders dat met niet-joden huwt. Het ‘verlies’ van de zes miljoen joden betekent zoveel als ‘een tweede Holocaust’, aldus de minister.
Peretz, voormalig opperrabijn van het leger, is leider van de Unie van Rechtse Partijen, een alliantie van drie ultrarechtse religieuze partijen die in sterke mate steunen op de extremistische kolonistenbeweging: Habayit Hayehudi (Het Joodse Huis), Ichud Leumi (Nationale Unie) en Otzma Yehudit (Joodse Kracht). De partijen bundelden eerder dit jaar de krachten, omdat zij vreesden bij de verkiezingen van 9 april jl. de kiesdrempel niet te zullen halen. Bij die verkiezingen behaalde de alliantie vijf zetels.
Joodse Kracht wordt gezien als de erfgenaam van de beruchte Kach-partij van de racistische rabbijn Meir Kahane, die in 1990 in New York werd vermoord. De partij werd in 1988 vanwege haar openlijke racisme uitgesloten van de verkiezingen. Maar dertig jaar later zijn de mores veranderd. De kopstukken van Joodse Kracht zijn voormalige volgelingen en politieke erfgenamen van Kahane.
De fusie tussen de partijen kwam tot stand op initiatief van premier Benjamin Netanyahu, die vreesde dat verdeeldheid op rechts hem een nieuw premierschap zou kosten. Netanyahu stelde de alliantie twee ministersposten in het vooruitzicht in een nieuw kabinet. Zijn poging een kabinet te vormen mislukte echter, maar afgelopen maand werd Rafi Peretz (Het Joodse Huis) benoemd tot interim-minister van Onderwijs, en Bezalel Smotrich (Nationale Unie) tot interim-minister van Transport. Mocht Netanyahu de verkiezingen van 17 september winnen, dan is de kans groot dat zij hun ministersposten behouden.
De uitspraak van Peretz is tekenend voor het toenemende rechts-orthodoxe klimaat in Israël en de groeiende kloof met grote delen van de joodse gemeenschap buiten het land. De afgelopen jaren is die kloof met name in de Verenigde Staten duidelijk zichtbaar geworden. Niet alleen op religieus, maar ook op politiek gebied is een groot deel van de joodse gemeenschap vervreemd geraakt van Israël.
Joden uit de diaspora die zich openlijk afzetten tegen de politiek van de Israëlische regering, en met name zij die sympathiseren met de BDS-beweging, komen Israël niet meer in of worden na aankomst onderworpen aan langdurige en vernederende ondervragingen. Een organisatie als het Amerikaanse Jewish Voice for Peace wordt in Israël in brede kring afgeschilderd als antisemitisch en anti-Israëlisch.
Kritische joodse organisaties in Europa is hetzelfde lot beschoren. Wij besteedden eerder veel aandacht aan de situatie in Duitsland, waar kritische joodse organisaties onder druk van de Israëlische regering en de zogenoemde internationale Israël-lobby zijn uitgesloten van subsidies, vergunningen voor demonstraties en het huren van accommodaties, en zelfs hun bankrekening zien opgeheven. Op grond van de destructieve IHRA-definitie van antisemitisme, die door diezelfde Israël-lobby op alle politieke niveaus wordt doorgedrukt, worden de denkbeelden en activiteiten van de organisaties als antisemitisch bestempeld.
Ironisch genoeg is juist de uitspraak van Peretz volgens de IHRA-definitie antisemitisch. Het bagatelliseren van de Holocaust geldt daarin als een duidelijke indicatie voor antisemitisme. Maar uit de hoek van de Israël-lobby klinken ditmaal geen luidkeelse beschuldigingen.
Israëlische bewindslieden, premier Netanyahu niet uitgesloten, doen herhaaldelijk uitspraken die volgens de definitie antisemitisch zijn. Datzelfde geldt voor organisaties die deel uitmaken van de Israël-lobby. Een van hun stokpaardjes is de claim dat de illegale bezetting en kolonisering van Palestijns gebied niet een Israëlisch, maar een joods project is, gebaseerd op joodse rechten en belangen. Daarmee leggen zij de verantwoordelijkheid voor het illegale project, dat gepaard gaat met tal van mensenrechtenschendingen, bij de internationale joodse gemeenschap – een klassieke vorm van antisemitisme.
Het is illustratief voor het gooi- en smijtwerk waarmee Israëls politieke establishment en de Israël-lobby andersdenken te lijf gaan. In hun strijd tegen onwelgevallige opvattingen is niets heilig, en wordt het antisemitisme even gemakkelijk geëxploiteerd als de Holocaust.