Marianne Dagevos is initiatiefneemster van Podium voor Palestina, een podium voor Palestijnse literatuur, film en poëzie.
24 juni 2022 Lees meer overGeïnspireerd door Palestijnse literatuur reist Marianne Dagevos door een deel van de bezette Westelijke Jordaanoever waar Palestijnse bedoeïenen gedwongen moeten plaatsmaken voor Israëlische kolonisten. Hoe reizen en lezen elkaar aanvullen.
We rijden in een four wheel drive door de heuvels bij Hebron (Al-Khalil) en komen stapvoets vooruit. Het land is leeg, hier en daar wat lage struikjes en in de verte wat hutten en stalletjes van zinkplaat met houten hekken. Onze gids en chauffeur Sami legt uit dat de weg die met veel moeite was aangelegd door de dorpsbewoners, onlangs is kapotgemaakt door een Israëlische bulldozer. De stukken betonijzer met cement liggen nog langs de kant. Nu kan er geen personenwagen meer overheen, heel voorzichtig manoeuvreert onze chauffeur om de kuilen.
Sami woont in Al-Tuvani, een dorp van ongeveer 350 mensen in het uitgestrekte heuvelgebied tussen Hebron, op de bezette Westelijke Jordaanoever, en de Naqab-woestijn (Negev), in het zuiden van Israël. De mensen hier zijn simple people, zegt hij, fellahien, boeren die leven van akkerbouw en veeteelt. In de dalen zien we de gerst op de kleine akkers staan. Het ziet er mooi blond en zacht uit, rijp om te oogsten. Tegen de heuvels staan de kudden, een mix van geiten en schapen die op zoek zijn naar wat kruiden en planten om te eten. We zien een gazelle, een ooievaar, een uil en allerlei andere vogels.
Onderweg ontmoeten we een vriend en oud-klasgenoot van Sami. ‘Sami was de slimmerik’, zegt hij, ‘Ik hield niet van school.’ Hij nodigt ons uit voor thee. Samen met zijn jonge vrouw en zoon van acht maanden woont hij in een grot. In deze heuvels zijn veel grotten te vinden en ze zijn vaak gebruikt door herders voor tijdelijke bewoning. De laatste jaren zijn ze weer vaker in gebruik omdat huizen op last van de Israëlische bezettingsautoriteiten worden verwoest en dorpen worden ontvolkt. Ook dit jonge gezin is een paar keer hun huis kwijtgeraakt, waarop ze hebben besloten zich te verschansen in deze oerwoning. Sami zoekt het verzet in mobilisatie, actie en beïnvloeding van de publieke opinie, zijn vriend verzet zich door zijn manier van leven.
Al jarenlang reis ik met regelmaat naar Palestina en in de tussentijd in Nederland lees ik Palestijnse literatuur in Nederlandse en Engelse vertaling. Veel liefhebbers van lezen zeggen dat ze aan de hand van boeken kunnen reizen vanuit hun luie stoel, veel liefhebbers van reizen zijn vaak te druk en te energiek om eens rustig te gaan zitten met een boek. Ik geloof in de synergie tussen lezen en reizen. Door te lezen verdiep ik mijn reis, door te reizen verdiep ik mijn leeservaring. Al lezend krijg ik ideeën wat ik wil bezoeken en wie ik wil ontmoeten, al reizend krijg ik indrukken die ik door het lezen van boeken kan verdiepen. Dat wat ik lees, wil ik later ook zien en dat wat ik zie, wil ik beter leren kennen door verhalen.
Mijn belangstelling voor de heuvels ten zuiden van Hebron werd aanvankelijk gewekt door het laatste boek van Susan Abulhawa, Against the Loveless World. Als de hoofdpersoon Nahr vanuit Koeweit en Jordanië eindelijk in Palestina terechtkomt, verblijft ze in een dorp ten zuiden van Hebron. Ze beschrijft het mooie landschap, de eenvoudige leefwijze van de bewoners en het contact met de kuddes. Een fragment:
I was content to just sit there in the splendid silence of the hills, where the quiet amplified small sounds – the wind rustling trees, sheep chewing, roaming, bleating, breathing. I realized how much I had come to love these hills; how profound was my link to this soil.
In het boek komt ook aan de orde dat dit landschap wordt bedreigd door de bouw van Israëlische nederzettingen, de aanvallen van kolonisten en de oneerlijke verdeling van het schaarse water. Ook lezen we hoe de bewoners zich verenigen in verzet.
Tijdens onze excursie met Sami komen we langs zo’n grote nederzetting, Maon, met daarnaast de stallen, bekend uit Nederland, waar vee op intensieve en efficiënte manier wordt gehouden. We zien hoe twee leefwijzen met elkaar botsen. Aan één kant de extensieve veehouderij van de bedoeïenen zoals die al eeuwen bestaat – gemengde kuddes van schapen en geiten in het veld, levend van het voedsel en het water wat voorhanden is. Aan de andere kant de intensieve veehouderij waarvoor voortdurend water en voedsel moeten worden aangevoerd. Die extensieve veeteelt verhoudt zich slecht tot het Israëlische koloniale project. De bedoeïenen en kleine boeren, zo kenmerkend voor de Palestijnse samenleving, zijn verdwenen of moeten zo snel mogelijk verdwijnen.
De bedoeïenen in de Naqab-woestijn hebben dat al gemerkt vanaf 1948, de herders in de heuvels bij Hebron ervaren dat nu. Na 22 jaar procederen heeft het Israëlisch Hooggerechtshof onlangs een uitspraak gedaan dat meer dan duizend bewoners in de regio Masafir Yatta, een verzameling kleine dorpen en gehuchten, daar moeten verdwijnen. Hun leefgebied is aangemerkt als militair oefenterrein voor het Israëlische leger. De eenvoudige leefwijze van rondtrekken met kuddes is een bedreiging voor de bezetter. Te veel ruimtebeslag, te moeilijk te controleren. De bewoners worden gedwongen te verhuizen naar een appartement elders op de Westoever, waar ze misschien nog een paar schapen kunnen houden als hobby. Net zoals veel boeren op de Westoever nog een paar olijfbomen hebben als herinnering aan vroeger tijden.
Later lees ik in het boek Companions in Conflict. Animals in Occupied Palestine van Penny Johnson dat de kudden in Palestina bedreigd worden doordat steeds minder land toegankelijk is voor begrazing, maar ook door droogte. Die droogte heeft te maken met klimaatverandering (minder regen) maar ook omdat bronnen afgesloten worden voor herders en hun kudden, of onbruikbaar worden gemaakt. De kolonisatie van grond en water heeft grote gevolgen juist voor diegenen die in balans leven met wat het land en de bronnen te bieden hebben.
In Against the Loveless World komen de jongeren uit het dorp in verzet tegen de nederzetting in hun buurt en het intensieve watergebruik daar. Net zo goed als de bewoners van At-Tuvani en andere dorpen in verzet blijven komen tegen de dreigende ontruiming, daarbij geholpen door vrijwilligers uit de hele wereld. Zo brengen een door Sami gemaakte video en het boek van Susan Abulhawa dezelfde boodschap. In het boek zegt hoofdpersoon Nahr over verzet:
‘We need chaos, not organization,’ I said. ‘No one is more organized than Palestinians. Look how we all stand so orderly at checkpoints, obediently producing our little green passes for our masters. […] We don’t surprise them. We are organized into color-coded spaces, color-coded car plates. Just think of dancing.
Zoals body work een thema is in het boek, zo is het dat ook in de acties van de omwonenden in Masafir Yatta in de heuvels bij Hebron. Door te lezen kan ik de gebeurtenissen die ik onderweg zie, beter plaatsen en door goed op te letten onderweg, gaan de boeken nog meer voor me spreken. De synergie tussen lezen en reizen, ik kan het iedereen aanbevelen.
Marianne Dagevos is initiatiefneemster van Podium voor Palestina, een podium voor Palestijnse literatuur, film en poëzie. Podium voor Palestina organiseert boek- en filmbesprekingen, podcasts en poëziebijeenkomsten.