Het Australische leger haalde zijn ‘battlefield management system’ offline na te zijn gewaarschuwd voor spionage door de Israëlische leverancier Elbit. Anderhalf jaar later is noch het systeem, noch de relatie met Elbit hersteld. De zaak vertoont parallellen met de Nederlandse praktijk.
In mei 2021 gebeurde aan de andere kant van de wereld iets bijzonders. Toen nam het Australische leger zijn toevlucht tot een paardenmiddel door zijn in ontwikkeling zijnde battlefield management system (BMS), de digitale ruggengraat van militaire operaties, uit de lucht te halen. Aanleiding was een waarschuwing uit Australische veiligheidskringen dat het door Elbit gebouwde systeem een ‘achterdeurtje’ zou bevatten waardoor informatie in Israëlische of andere handen kon vallen.
Het feit dat het leger bij zijn radicale ingreep niet over een alternatief beschikte, zegt veel over de zwaarte van de verdenking. Al in 2020 rezen als gevolg van Elbits herhaalde tekortkomingen grote zorgen en werden betalingen aan het bedrijf bevroren. Eind 2021 koos het Australische leger het Deense bedrijf Systematic om een tijdelijk alternatief voor delen van Elbits systeem te leveren.
Een definitieve oplossing is er nog niet. Kritiek op het radicale besluit is onbeantwoord gebleven en de resultaten van een onderzoek naar de juistheid ervan zijn geheim. Intussen werkt het leger met een gemankeerde noodoplossing. Elbit zweert bij zijn onschuld, heeft aanpassingen doorgevoerd en wil de samenwerking voortzetten.
Dat lijkt niet te gaan gebeuren. De verdenking van spionage in mei 2021 was kennelijk niet alleen serieus, maar kwam ook bovenop eerdere vertrouwensbreuken. Gespeculeerd wordt dat Defensie het contract met Elbit in de eerste helft van 2023 wil laten verlopen. Aansluitend wordt dan een nieuwe fase opgestart in de ontwikkeling van het BMS, waarbij eerder aangeschafte technologie niet langer wordt gebruikt.
Gek genoeg was de oplossing voor de problemen al voorhanden. Maar een Australisch collectief van gespecialiseerde producenten dat een – mede door het ministerie van Defensie gesubsidieerde – ‘eigen’ BMS opleverde, werd genegeerd. Het Australische inkoopbeleid is gepreoccupeerd met een ‘bewezen’ buitenlands product boven een lokaal product-in-ontwikkeling – ook al heeft dat streven in het geval van Elbit juist tot de problemen geleid. Die reflex gaat zo ver dat niemand moet opkijken als Elbit opnieuw kan meedingen naar de ontwikkeling van het BMS. En nog gekozen wordt ook.
Ook in Nederland bestaat de reflex om ondanks slechte ervaringen, tastbare risico’s en harde waarschuwingen toch weer te kiezen voor Israëlische leveranciers. De keuze voor Elbit als leverancier van het tapsysteem van de Nederlandse politie is een pregnant voorbeeld. Waar Elbit in Australië afgelopen jaren naar verluidt slecht heeft gepresteerd, lijkt het ook te falen met het tapsysteem van de politie, blijkt uit onderzoek van NRC. Als gevolg werkt de Nederlandse politie – net als het Australische leger – met een gemankeerde noodoplossing.
En zo bestaan meer parallellen met de situatie in Nederland. Ook hier staat vitale infrastructuur op het spel, met ingrijpende gevolgen voor het functioneren van, in dit geval, de Nederlandse politie. Een andere parallel is de verdenking van het wegsluizen van informatie door de Israëlische leverancier(s) – in Nederland al twintig jaar een issue.
De laatste parallel betreft de behoefte om de bouw van vitale cybersystemen uit veiligheidsoverwegingen in eigen hand en land te houden. In Australië werd een Australische oplossing genegeerd. In Nederland is amper omgekeken naar aanwezige Nederlandse kennis en technologie, ook al werd die succesvol aan andere landen verkocht.
Nooit heeft de regering het initiatief genomen om nationale bedrijven en instellingen samen te brengen om een eigen infrastructuur te bouwen. En nooit heeft de Tweede Kamer daarop aangedrongen. Sterker, in juni 2020 werd een SP-motie die het kabinet opriep om in elk geval voor een Europese leverancier te kiezen door een Kamermeerderheid weggestemd. Alleen de SP, GroenLinks, PdvA, PvdD, 50Plus, DENK en de Groep Krol stemden voor.
Of een Nederlandse leverancier heeft deelgenomen aan de aanbesteding van het politie-tapsysteem is officieel niet bekend. Minister Yesilgöz weigert die vraag te beantwoorden. Dus deed NRC dat voor haar. Volgens de goed ingevoerde krant heeft minstens één Nederlands bedrijf meegedongen naar het tapsysteem. Sterker, het spande na de door Elbit gewonnen aanbesteding een proces aan tegen de Staat over ‘de gang van zaken rond die aanbesteding’, die het achter gesloten deuren verloor. Die ‘gang van zaken’ wordt door het kabinet angstvallig geheim gehouden.