Dries van Agt, oud-premier en oprichter en erevoorzitter van The Rights Forum, is drie weken geleden getroffen door een hersenbloeding. De artsen zijn voorzichtig optimistisch over herstel.
De 88-jarige Van Agt werd op 15 mei onwel tijdens een toespraak in het Nutshuis in Den Haag ter gelegenheid van Nakba-dag. Op 15 mei gedenken Palestijnen en sympathisanten wereldwijd de verdrijving van driekwart miljoen Palestijnen door joodse en Israëlische milities tussen eind 1947 en begin 1949, bekend als de Nakba of ‘Catastrofe’.
Van Agt werd per ambulance naar een Haags ziekenhuis gebracht, waar hij enkele dagen op de intensive care lag. Nadien is hij naar zijn woonplaats Nijmegen overgebracht. Als gevolg van de hersenbloeding kampt hij met uitvalsverschijnselen in de linkerhelft van zijn lichaam. Zijn geestelijke vermogens zijn niet aangetast. Momenteel doorloopt hij een intensief revalidatietraject. De behandelend artsen zijn voorzichtig optimistisch over herstel.
Het nieuws werd op verzoek van Van Agts naasten niet wereldkundig gemaakt. Maandagavond kwam het in de publiciteit door een artikel in het Algemeen Dagblad. Daarin gaat Van Agts dochter Eugenie in op de situatie van haar vader.
Dries van Agt, premier van Nederland in de jaren 1977-1982, is erevoorzitter van The Rights Forum. Hij stond in 2009 aan de wieg van de organisatie, die streeft naar een oplossing van de kwestie-Palestina/Israël langs de lijnen van het internationaal recht en de mensenrechten. In 2015 droeg hij de voorzittershamer over aan Jaap Doek, maar als voorvechter van de rechten van het Palestijnse volk bleef hij binnen en buiten de organisatie actief.
Half april presenteerde hij in Nieuwspoort zijn nieuwe boekje – zelf spreekt hij van een ‘pamflet’ – Palestina in doodsnood. Daarin verwijt hij de Nederlandse politiek en christelijke kerken en instellingen de Palestijnen aan hun lot over te laten. Zijn pamflet is een schreeuw om rechtvaardigheid voor het Palestijnse volk.
Bestuur en medewerkers van The Rights Forum wensen Dries alle sterkte. Wij hopen hem weer met de hem kenmerkende bevlogenheid in ons midden te kunnen begroeten.