Negen doden bij twee terroristische aanslagen in Israël – ‘Verjoodsing’ van de Naqab/Negev: vijf nieuwe stadjes, waarvan vier Joods – Hoge VN-Commissaris: Israël schendt humanitair recht in bezette Palestijnse gebieden – en meer
Bij twee terroristische aanslagen in Israël zijn afgelopen week negen mensen om het leven gekomen, onder wie de drie Palestijns-Israëlische daders. Zij worden verdacht van sympathie voor Islamitische Staat (IS). Het is niet duidelijk of de twee aanvallen verband met elkaar houden.
De eerste aanval vond plaats op 22 maart in Be’er Sheva, in het zuiden van Israël. Een Palestijns-Israëlische man reed met zijn auto een fietser aan en ramde enkele auto’s, waarna hij uitstapte en omstanders met een mes aanviel. Vier Israëlische burgers kwamen kwamen daarbij om het leven. De dader werd door een buschauffeur doodgeschoten en door de politie geïdentificeerd als de 34-jarige Mohammad Abu al-Qi’an uit Hura, een bedoeïenengemeenschap in de Naqab-woestijn (Negev). In 2015 werd hij tot vier jaar gevangenschap veroordeeld vanwege zijn intentie zich in Syrië bij IS aan te sluiten.
Op 27 maart openden twee Palestijns-Israëlische burgers het vuur op Israëlische politieagenten in de stad Hadera, zo’n vijftig kilometer ten noorden van Tel Aviv. Bij de aanval kwamen twee leden van de Israëlische grenspolitie, beiden 19 jaar oud, om het leven. Tenminste drie anderen raakten gewond. De twee aanvallers werden na een hevig vuurgevecht door Israëlische undercoveragenten doodgeschoten.
Eén van de twee daders was in 2016 tot anderhalf jaar gevangenschap veroordeeld nadat hij had geprobeerd zich bij IS in Syrië aan te sluiten, maar in Turkije was gearresteerd. Ook de tweede aanvaller zou een IS-sympathisant zijn geweest. Op de berichten-app Telegram claimde IS de aanval, maar zonder daar bewijs voor te leveren. Israëlische veiligheidsdiensten onderzoeken of de aanvallen in Hadera en Be’er Sheva verband met elkaar houden.
Na de aanslag in Hadera deden Israëlische troepen een inval in Umm al-Fahm, een Palestijns dorp in Israël waaruit de daders naar verluidt afkomstig waren. Verschillende van hun familieleden werden gearresteerd; zij worden ervan verdacht op de hoogte te zijn geweest van de aanval. Daarnaast hebben het Israëlische leger en de politie de veiligheidsmaatregelen in het gebied aangescherpt. Het is niet ongebruikelijk dat Israëlische troepen als reactie op een aanval hele Palestijnse dorpen afsluiten en binnenvallen. Palestijnse en Israëlische mensenrechtenorganisaties veroordelen deze praktijk als een vorm van collectieve bestraffing.
De Israëlische regering heeft op 27 maart de bouw goedgekeurd van vijf nieuwe stadjes in de zuidelijke Naqab-woestijn (Negev). Slechts één van de stadjes zal ten goede komen aan de grote Palestijnse bedoeïenengemeenschap. De overige vier zijn bestemd voor Joods-Israëlische gemeenschappen.
Minister van Binnenlandse Zaken Ayelet Shaked en minister van Bouw en Huisvesting Zeev Elkin maakten het plan op 23 maart bekend. Het Israëlische dagblad Haaretz stelt dat het al langer werd voorbereid, maar na de aanslag in Be’er Sheva in een stroomversnelling kwam. Rechtse organisaties en politici in Israël verweten de regering dat de aanslag het gevolg was van gebrekkig bestuur in de Naqab-regio.
Twee weken geleden maakte minister Elkin bekend dat het Joods Nationaal Fonds (JNF) mag doorgaan met een controversieel plan om delen van de Negev te bebossen. Volgens de Palestijnse inwoners van het gebied is het plan onderdeel van de Israëlische campagne om hen van hun land te verdrijven. In december en januari trad Israël hardhandig op tegen Palestijnen die tegen de bebossingscampagne protesteerden.
Michelle Bachelet, de Hoge VN-Commissaris voor de Mensenrechten, heeft haar zorgen geuit over de aanhoudende Israëlische schendingen van het internationaal humanitair recht. In een toespraak tot de VN-Mensenrechtenraad presenteerde Bachelet drie nieuwe rapporten over de mensenrechtensituatie in de bezette Palestijnse gebieden en op de door Israël bezette Syrische Hoogvlakte van Golan (Jawlan). De rapporten betreffen de periode november 2020 tot en met oktober 2021. De conclusie van Bachelet is duidelijk:
De mensenrechtensituatie in de bezette Palestijnse gebieden is in de rapportageperiode verslechterd, en schendingen van het internationaal humanitair recht zijn gecontinueerd en verder toegenomen.
Bachelet wijst met name op de oorlog in Gaza in mei vorig jaar, die aan 261 Palestijnen en tien Israëli’s het leven kostte. Het hoge aantal Palestijnse burgerdoden en de grote schade aan burgerinfrastructuur wijst er volgens Bachelet op dat Israël zich tijdens de oorlog niet heeft gehouden aan de principes van proportionaliteit en onderscheid. Ook op de bezette Westoever was sprake van een toename van Israëlische schendingen. Zo is het aantal Palestijnen dat door Israëlische bezettingstroepen werd gedood meer dan verdrievoudigd in vergelijking met de vorige rapportageperiode.
Bachelet belicht daarnaast de repressieve maatregelen van Israël tegen het Palestijnse maatschappelijk middenveld, met als dieptepunt de bestempeling van zes prominente Palestijnse ngo’s als ‘terroristische organisaties’. Dat gebeurde op basis van ‘vage en ongefundeerde beschuldigingen’, benadrukt Bachelet.
De toespraak van Bachelet is hier in zijn geheel te lezen. Naast bovengenoemde onderwerpen gaat zij uitgebreid in op de Israëlische kolonisering van Palestijns gebied, die gepaard gaat met geweld tegen de Palestijnse bevolking en de grootschalige sloop van Palestijnse bezittingen. Ook de Palestijnse schendingen van het humanitair recht, waaronder de beschietingen vanuit Gaza en de inperkingen van de vrijheid van meningsuiting, komen aan bod.
De leden van de Amerikaanse Middle East Studies Association (MESA) hebben in grote meerderheid ingestemd met een resolutie die steun vraagt voor de Palestijnse BDS-oproep. De resolutie bepleit een academische boycot van Israëlische instellingen die middels hun samenwerking met het Israëlische leger en inlichtingendiensten bijdragen aan schendingen van de mensenrechten en het internationaal recht. MESA-president Eve Troutt Powell vatte de stemming als volgt samen:
Our members have cast a clear vote to answer the call for solidarity from Palestinian scholars and students experiencing violations of their right to education and other human rights.
Israël stelde eerder deze maand nieuwe beperkingen in voor Palestijnse instellingen voor hoger onderwijs in bezet Palestijns gebied. Buitenlandse docenten en studenten worden alleen nog in kleine aantallen en op scherpe voorwaarden toegelaten, en dan nog slechts tot door Israël goedgekeurde vakgebieden.
Israëlische militairen die op de bezette Palestijnse Westoever worden ingezet dienen tijdens elke dienst de gegevens en foto’s van vijftig Palestijnen te verzamelen. Lukt hen dat niet, dan mogen zij hun post niet verlaten totdat het quotum is gehaald. Ondanks protesten wordt het bevel gehandhaafd. Dat schrijft het Israëlische dagblad Haaretz.
Het systeem maakt het mogelijk om Palestijnen middels onder meer gezichtsherkenning te identificeren en monitoren. In Al-Khalil (Hebron) is volgens voormalige Israëlische militairen een netwerk van camera’s aangelegd waarmee de onder bezetting levende bevolking tot in hun huizen toe in realtime kan worden gecontroleerd.
Op de bezette Westelijke Jordaanoever vonden zaterdag Palestijnse gemeentelijke verkiezingen plaats. De verkiezingen werden in twee fases gehouden: op 11 december in 376 kleine gemeenschappen, op 26 maart in de vijftig grotere bevolkingscentra. De verkiezingen werden geboycot door Hamas, waardoor Palestijnen in de door die organisatie beheerste Gazastrook niet konden deelnemen. In het door Israël geannexeerde Oost-Jeruzalem zijn Palestijnse verkiezingen verboden. De vorige verkiezingen vonden in 2017 onder vergelijkbare beperkingen plaats.
Opvallend is het hoge percentage onafhankelijke groepen en personen dat zich heeft gekandideerd ten koste van de gevestigde partijen. De Palestijnen hebben zich afgekeerd van de Palestijnse Autoriteit (PA) onder president Mahmud Abbas en diens partij Fatah. De PA wordt op grote schaal gezien als een repressief regime dat legitimiteit ontbeert en optreedt als verlengstuk van de Israëlische bezetting. Dat sentiment werd versterkt nadat Abbas in mei 2021 de parlementaire en presidentsverkiezingen verbood. Volgens Abbas gebeurde dat omdat Israël verkiezingen in Oost-Jeruzalem verbood, maar algemeen wordt aangenomen dat de implosie van Abbas’ Fatah mede de aanleiding vormde.
In de aanloop naar de verkiezingen van zaterdag werden drie kandidaten door Israël opgepakt. Israël wordt ervan beschuldigd Abbas en diens Fatah te steunen, maar beroept zich op vermeende ‘terroristische activiteiten’ van de arrestanten. In maart werden op de Westoever door Israëlische bezettingstroepen dagelijks twintig tot dertig Palestijnen opgepakt in een kennelijke poging kandidaten en kiezers te intimideren.
De uitslag van de verkiezingen van zaterdag laat nog op zich wachten. Bij de eerste fase in december wonnen onafhankelijke kandidaten ruim zeventig procent van de verkiesbare zetels. De opkomst bedroeg toen ruim 66 procent.
