Met een ‘crisiskabinet van nationale eenheid’ krijgt Israël eindelijk weer een volwaardige regering. In tijden van corona een winstpunt, maar met de annexatie van bezet Palestijns gebied bovenaan de agenda dreigt Israël definitief het karakter te krijgen van een apartheidsstaat.
Het was de afgelopen weken hoogst onzeker: krijgen de Israëli’s na drie verkiezingen op rij eindelijk weer een volwaardige regering, of moeten zij binnenkort voor een vierde keer naar de stembus? Maandagochtend nog leek het beoogde ‘crisiskabinet van nationale eenheid’ verder weg dan ooit, maar aan het eind van de dag sloten Benjamin Netanyahu en Benny Gantz elkaar na een jaar van bittere onderlinge strijd figuurlijk in de armen. En dat mag een klein wonder heten.
Nog maar een maand geleden bezwoeren Gantz en zijn alliantie Kahol Lavan (Blauw en Wit) nooit tot een kabinet met Netanyahu te zullen toetreden. Zij presenteerden zich vanaf begin 2019 als hét alternatief voor Netanyahu, de demissionaire Likud-premier die terechtstaat in drie strafzaken wegens fraude, omkoping en schending van vertrouwen – de eerste zittingsdag is voorzien voor 24 mei. Zij hekelden Netanyahu’s onverholen pogingen het juridische systeem en de Israëlische democratie te ondermijnen en noemden hem corrupt, achterbaks en een gevaar voor Israël.
Maar eind maart maakte Gantz een draai van 180 graden: plots was deelname aan een ‘nationale eenheidsregering’ mét Netanyahu zijn doel. Gantz beriep zich op het belang van de bestrijding van de coronapandemie en beloofde zijn achterban de democratie ‘van binnenuit’ te zullen verdedigen. Achter de schermen klonk zijn angst om door Netanyahu publiekelijk verantwoordelijk te worden gesteld voor een vierde verkiezingsronde.
Zijn alliantie viel in stukken uiteen. Gantz behield de naam Kahol Lavan en sloot onder die vlag maandagavond een regeerakkoord met Netanyahu. Op voorwaarde dat de noodzakelijke wetsaanpassingen bijtijds plaatsvinden en de beoogde coalitiepartners en de Knesset (het parlement) groen licht geven, zal het kabinet voor drie jaar (in plaats van de gebruikelijke vier) worden beëdigd, onder tweekoppige leiding: de eerste anderhalf jaar is Netanyahu premier en Gantz diens rechterhand, daarna wisselen de mannen van positie.
Gantz’ voormalige bondgenoten voelen zich verraden. Zij spreken van kiezersbedrog, hypocrisie en fraude, en beschuldigen Gantz van het redden van Netanyahu’s hachje. Zo krijgt Netanyahu’s Likud volgens het akkoord beslissende invloed op de invulling van de topfuncties op het terrein van wetshandhaving. ‘Netanyahu benoemt de rechters die in de toekomst over hem moeten oordelen’, luidt de kritiek. Mocht het Hooggerechtshof in de komende zes maanden bepalen dat Netanyahu vanwege de rechtszaken tegen hem geen premier kan zijn, dan bepaalt het akkoord bovendien dat er alsnog nieuwe verkiezingen komen in plaats van dat Gantz automatisch het premierschap overneemt.
In zijn redactioneel commentaar noemt Haaretz het komende kabinet een ‘nationale corruptieregering’. De krant beschuldigt Gantz van het ‘witwassen van Netanyahu’s corruptie en het meewerken aan de vernietiging van het fundament van de democratie’.
Ook is er van veel kanten kritiek op andere aspecten van het akkoord: de noodzakelijke aanpassing van ‘basiswetten’ (Israëls equivalent van een grondwet), de beperking van de macht van het parlement gedurende de eerste zes maanden, en de omvang van het kabinet. Dat telt liefst 32 ministers en 14 staatssecretarissen, een aantal dat na zes maanden vermoedelijk nog wordt verhoogd tot 36 ministers en 16 staatssecretarissen. Het wordt als gezegd geleid door twee premiers, die beiden recht hebben op een ambtswoning – een privilege dat moeilijk te verkopen is in een land dat zwaar gebukt gaat onder de economische gevolgen van de coronacrisis.
Op voorhand omstreden is ook de bepaling dat de annexatie van delen van de bezette Westelijke Jordaanoever zo snel mogelijk na 1 juli in het kabinet en/of de Knesset in stemming zal worden gebracht. Het is een uiterst merkwaardige bepaling voor een ‘crisiskabinet van nationale eenheid’, aangezien annexatie losstaat van de coronacrisis en er bovendien geen nationaal draagvlak voor bestaat.
Voor Netanyahu is de bepaling essentieel voor zijn politieke leven. Om de radicale kolonistenbeweging aan zich te binden ging hij de verkiezingen in met de belofte de Jordaanvallei en de Israëlische kolonies (‘nederzettingen’) te zullen annexeren. Zijn eigen partij sprak zich al jaren geleden voor annexatie uit. Nu het einde van zijn politieke loopbaan in zicht is – hetzij door een veroordeling, hetzij als premier afgelost door Gantz – wil Netanyahu met de annexatie zijn stempel op de Israëlische geschiedenis drukken, menen veel Israëlische commentatoren.
Ook Gantz is voorstander van annexatie, maar hij maakte lange tijd het voorbehoud – zij het wankelmoedig – dat daarvoor ‘afstemming met de internationale gemeenschap’ noodzakelijk is. Tijdens de onderhandelingen met Netanyahu zou hij vergeefs een vetorecht over een besluit tot annexatie hebben opgeëist. In de bepaling staat nu alleen nog een vage verwijzing naar een ‘internationale dialoog over de kwestie’.
De voorgenomen stemming is volgens het akkoord gebaseerd op de ‘met de Verenigde Staten bereikte overeenstemming’ over annexatie, dat wil zeggen op het zogenoemde ‘vredesplan’ van de Amerikaanse president Trump. Zoals eerder uitvoerig beschreven biedt dit eind januari verschenen plan – de beruchte ‘Deal of the Century’ – Israël de mogelijkheid tot annexatie van zowel de Jordaanvallei als de kolonies. Een Israëlisch-Amerikaanse commissie onder leiding van David Friedman, de Amerikaanse ambassadeur in Israël, is doende de exacte grenzen van het te koloniseren gebied te bepalen.
Netanyahu en Gantz zullen ‘met volledige toestemming van de Verenigde Staten handelen’, staat in het akkoord te lezen. Woensdag gaf de Amerikaanse minister Mike Pompeo van Buitenlandse Zaken al groen licht voor de annexatie: ‘Dat is helemaal aan Israël’, stelde hij. Volgens Israëlische commentatoren is het zo goed als zeker dat in het kabinet en de Knesset een meerderheid voor annexatie zal stemmen.
De Israëlische kolonisering van de Westoever is in strijd met het internationaal recht, bindende VN-resoluties en de universele mensenrechten. Annexatie van het gekoloniseerde gebied, waarbij dat onder direct bestuur van de Israëlische staat wordt gebracht, verandert daar niets aan. Afgezien van de regering-Trump en wellicht enkele andere bondgenoten van Netanyahu – denk aan de Hongaarse premier Viktor Orbán en de Braziliaanse president Jair Messias Bolsonaro – zal de stap door niemand worden erkend. De kans is groot dat de Democraat Joe Biden de Amerikaanse erkenning terugdraait, mocht hij Trump bij de verkiezingen in november verslaan.
Het meest ingrijpende aspect van annexatie is dat daarmee een definitief einde komt aan de zogenoemde tweestatenoplossing. Die door de internationale gemeenschap als ‘enig mogelijke oplossing voor het conflict’ gekoesterde formule gaat uit van de ontwikkeling van een soevereine, aaneengesloten en levensvatbare Palestijnse staat op de Westoever en in Gaza, met Oost-Jeruzalem als hoofdstad. Met de voortgaande Israëlische kolonisering was zo’n staat in feite al buiten bereik, met de annexatie wordt het lot ervan bezegeld.
In Israël/Palestina resteert zodoende wat wordt genoemd een éénstaat-realiteit, gekenmerkt door ongelijke rechten voor de inwoners. Joodse Israëli’s hebben meer rechten dan Palestijnse Israëli’s, die weer meer rechten hebben dan de Palestijnse inwoners van Oost-Jeruzalem. De Palestijnen op de Westoever en in Gaza sluiten de rij – zij zijn zo goed als rechteloos. Die situatie is niets anders dan apartheid, zoals onlangs ook 56 voormalige leden van de Knesset in een verklaring benadrukten.
Het regeerakkoord van Gantz en Netanyahu werd hard bekritiseerd door kopstukken van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) als Hanan Ashrawi en Saeb Erekat, die spreken van ‘wetteloosheid en agressie’. President Mahmud Abbas van de Palestijnse Autoriteit (PA) dreigt met opzegging van alle overeenkomsten met Israël wanneer het de annexatie doorzet. Het is een waarschuwing die vaker te horen is geweest, zonder dat Abbas de daad bij het woord voegde, maar die onder de huidige omstandigheden uiterst serieus moet worden genomen.
De PA doet een dringend beroep op de Europese Unie (EU) om Israël van annexatie te weerhouden. Begin deze week berichtten wij dat Europese functionarissen Gantz hebben gewaarschuwd dat annexatie de relatie tussen de EU en Israël zal beschadigen en tot ‘een harde Europese reactie’ zal leiden. In februari zinspeelde EU-buitenlandvertegenwoordiger Josep Borrell nadrukkelijk op sancties tegen Israël, maar tot dusver zijn maatregelen uitgebleven.
Ook Nederlandse sancties zijn onvermijdelijk als Israël de annexatie doorzet. Afgelopen najaar stelde minister Stef Blok van Buitenlandse Zaken dat ‘de ontwikkeling van de relatie met Israël ook na de formatie afhankelijk zal zijn van diens inzet voor een vredesakkoord gebaseerd op de tweestatenoplossing’. Daarbij verwees hij naar een motie van voormalig PvdA-Kamerlid Michiel Servaes, waarin zowel Israël als de Palestijnen sancties in het vooruitzicht werden gesteld als zij ‘ondermijnend beleid blijven voeren’.
Door de sancties achterwege te laten die zij krachtens internationaal recht tegen Israël hadden moeten treffen, hebben Nederland en de EU de afgelopen decennia feitelijk bijgedragen aan de voortgaande kolonisering en de ontwikkeling van Israël in de richting van een apartheidsstaat. Tegen deze achtergrond is het maar de vraag of zij ditmaal wel ruggengraat zullen tonen.