Terwijl het Israëlische leger op grote schaal vrouwen en kinderen in Gaza uitmoordt en de etnische zuivering van Noord-Gaza doorzet, komt deze week NGO Monitor naar Nederland. Deze aan de Israëlische overheid gelieerde organisatie typeerden we eerder als lasterfabriek.
Op donderdagochtend 21 november zal NGO Monitor de Tweede Kamer bezoeken voor een gesprek met Kamerleden. Het wordt daarbij vergezeld door het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI), dat de bijeenkomst heeft gefaciliteerd. PVV-er Dennis Ram treedt op als gastheer. De ontvangst werd doorgedrukt door de PVV en VVD. Drie PVV’ers en twee VVD’ers waren voor, alle andere aanwezige partijen waren tegen. Het bezoek valt samen met de behandeling van de begrotingen van de ministeries van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, die deze week plaatsvindt.
De website van de Tweede Kamer kondigt de bijeenkomst met het CIDI en NGO Monitor aan als een ‘presentatie over hun rapport met betrekking tot besteding van hulpgelden’. In een e-mail van medio september aan de vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp schreef het CIDI eufemistisch dat ‘dit rapport een twaalftal concrete aanbevelingen [bevat] die ervoor kunnen zorgen dat hulpgelden op de juiste plek terechtkomen. Dat is immers van groot belang voor het welzijn van de Palestijnen en de veiligheid van Israël.’
Het CIDI had de bedoelingen van NGO Monitor niet valser kunnen voorstellen. Die organisatie geeft niets om ‘het welzijn van de Palestijnen’. Integendeel, NGO Monitor komt juist naar Nederland om mensenrechten-, ontwikkelings- en VN-organisaties te delegitimeren – organisaties die Israëls genocidale geweld in Gaza bekritiseren en het kolossale menselijk leed van de Gazaanse burgerbevolking proberen te lenigen.
Die insteek weerspiegelt de agenda en werkwijze van NGO Monitor in de afgelopen twintig jaar. In september 2018 publiceerde de Israëlische Policy Working Group (PWG) een onthullend rapport over NGO Monitor. De PWG is een collectief van Israëlische oud-diplomaten, mensenrechtenactivisten en intellectuelen, die zich inzetten voor een rechtvaardige vrede tussen Israël en de Palestijnen op basis van twee staten.
In dat rapport werd NGO Monitor kernachtig omschreven als ‘een politiek gemotiveerde organisatie die nauwe coördinatie en samenwerking met de Israëlische regering onderhoudt. Consequent flankeert en bevordert NGO Monitor overheidsbeleid dat erop gericht is de bezetting en controle van Israël over de Palestijnse gebieden te bestendigen, te consolideren en uit te breiden’.
Het PWG-rapport hekelde NGO Monitor om zijn selectiviteit – het richt zich alleen op maatschappelijke organisaties die de Israëlische bezetting afkeuren. Nationalistische organisaties die de bezetting steunen, laat NGO Monitor ongemoeid – ook al leggen die zelf geen enkele verantwoording af.
NGO Monitor is vaak bekritiseerd voor de belabberde kwaliteit van het ‘onderzoek’ dat het aflevert. Het PWG-rapport noteerde in dit verband: ‘NGO Monitor voert geen onafhankelijk veldonderzoek uit. De publicaties zijn over het algemeen gebaseerd op selectieve internetonderzoeken en op het herhalen van beweringen van officiële Israëlische bronnen.’
Deze kritiek vond ook weerklank in de Nederlandse politiek. In januari 2020 zei toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok (VVD) ‘dat veel beschuldigingen van NGO Monitor gebaseerd zijn op selectief citeren, halve feiten en insinuaties, maar niet noodzakelijkerwijs op harde bewijzen, ook al zijn niet alle beschuldigingen irrelevant of onwaar. Deze beschuldigingen hebben bijgedragen aan een klimaat waarin mensenrechtenorganisaties onder toenemende druk zijn komen te staan.’
In oktober 2020 lieten de ministers Blok en Sigrid Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, D66) geen spaan heel van de – in Kamervragen van de PVV verpakte – beschuldigingen van NGO Monitor aan het adres van de Palestijnse mensenrechtenorganisatie Al-Mezan. Op grond van zijn repeterende leugenachtige beschuldigingen omschreven we NGO Monitor in november 2020 als een lasterfabriek waarvoor in het Nederlandse debat geen plaats hoort te zijn.
Anno 2024 zijn deze bezwaren onverminderd actueel. Door zijn manipulatieve werkwijze is NGO Monitor eerder dit jaar zelfs van Wikipedia verbannen.
Een opmerkelijk incident deed zich in december 2020 voor rond NGO Monitors conferentie ‘Terror Leaders as Human Rights Activists: Exposing the Facade’. Paradoxaal was het NGO Monitor zelf dat toen werd ontmaskerd. Aan de vooravond van de conferentie onthulde Middle East Eye dat NGO Monitor een organisatie had uitgenodigd, waarvoor een Israëli werkt die – in Israël zelf – voor terroristische aanslagen is veroordeeld. Over banden met terroristen gesproken.
Meer recentelijk beging NGO Monitor een nieuwe blunder. Kort na 7 oktober 2023 betichtte het prominente Israëlische mensenrechtenorganisaties ervan ‘de gruwelijkheden die Hamas tegen Israëlische burgers heeft begaan te rechtvaardigen’ – zonder daarvoor een spat aan bewijs aan te dragen. Zoals de PWG op X overtuigend aantoonde, heeft NGO Monitor daarbij de ondubbelzinnige stellingnamen van Israëlische NGO’s selectief weergegeven en verkeerd voorgesteld.
Daarmee heeft NGO Monitor moedwillig de veiligheid van Israëlische mensenrechtenorganisaties en hun medewerkers in gevaar gebracht. De Israëlische advocaat Michael Sfard heeft NGO Monitor daarop gesommeerd de beschuldigingen tegen Israëlische NGOs onmiddellijk in te trekken. Om een rechtszaak wegens smaad af te wenden, heeft NGO Monitor daaraan gevolg gegeven.
In de huidige machtsverhoudingen in de Tweede Kamer hebben CIDI en NGO Monitor de politieke wind mee. Het is schokkend dat deze aan de Israëlische overheid gelieerde lasterfabriek een podium krijgt in ons parlement. Juist in een tijd waarin Israël zich mengt in Nederlandse binnenlandse aangelegenheden en Nederlandse burgers en organisaties belastert.