Veertig onthoofde baby’s. Baby’s in ovens en aan waslijnen. Een doorboorde feutus. Afgesneden borsten. Massaverkrachting. Al deze aan Hamas toegeschreven gruweldaden hebben twee dingen gemeen: dat ze na 7 oktober 2023 het wereldnieuws domineerden, én dat ze niet zijn gebeurd. Hun functie was om de weg te plaveien voor Israëls genocidale reactie.
In werkelijkheid kwam op 7 oktober één baby om het leven.
Dat is de belangrijkste conclusie van de documentaire Atrocity Inc: How Israel Sells Its Destruction of Gaza van de Joods-Amerikaanse journalist en schrijver Max Blumenthal. De documentaire geeft een samenvatting van eerder onderzoek en publicaties van media als The Intercept, The Electronic Intifada, Mondoweiss, en websites oct7factcheck en hasbaratracker, die zich vastbeten in het ontzenuwen van de Israëlische desinformatie die na 7 oktober de wereld overspoelde.
Verminkte baby’s
Dat Hamas op 7 oktober grove misdaden heeft begaan, staat vast. De meest complete reconstructie die tot dusver beschikbaar is – de documentaire October 7 van Al-Jazeera – laat daar geen misverstand over bestaan. Niet voor niets vroeg de hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof, de Brit Karim Khan, al op 20 mei om arrestatiebevelen voor drie Hamasleiders.
Maar de hierboven genoemde gruwelijkheden hebben nooit plaatsgevonden. Blumenthal vat samen hoe ze de wereld in werden geholpen, wie daar belang bij had, en hoe ze buiten Israël gretig werden versterkt. De verminkte baby’s en andere horrorverhalen werden wereldnieuws, maar in werkelijkheid kwam op 7 oktober één baby om het leven, bij een vuurgevecht. En in Kfar Aza, het dorp waar de veertig gedode baby’s werden gemeld, leefden helemaal geen veertig baby’s.
CNN verspreidde Israëlische propaganda
Ook de deze maand verschenen documentaire Failing Gaza van Al-Jazeera gaat in op de rol van de media – specifiek CNN en de BBC – bij het faciliteren en verspreiden van Israëlische propaganda. Dieptepunt was een reportage van CNN uit het door Israël gebombardeerde kinderziekenhuis Al-Rantisi in Gaza-stad.
Nic Robertson en Daniel Hagari. Op de muur is de kalender zichtbaar. [c] Kaitlan Collins / X
Daar toonde Israëls perswoordvoerder, Daniel Hagari, een gevonden kalender waarop volgens hem in het Arabisch de namen stonden van Hamasleden die bij toerbeurt Israëlische gijzelaars bewaakten. Dit dienstrooster was de
smoking gun – het bewijs dat Hamas ziekenhuizen gebruikte voor het verbergen van gijzelaars. Op grond daarvan zou de – intussen
vrijwel vernietigde – medische infrastructuur een legitiem doelwit vormen.
De namen op de kalender bleken echter niet van personen, maar van de dagen van de week. CNN’s topredacteur Nic Robertson had zich in het pak laten naaien door het leger waarmee hij als embedded journalist optrok. Maar het ergste moest nog komen.
Want hoewel CNN tijdig werd gewaarschuwd voor de misleiding, besloot de omroep het item toch uit te zenden. En ondanks nieuwe waarschuwingen werd het daarna ook op de CNN-website geplaatst. Zo bereikte Israëls propaganda een mondiaal publiek.
Hoe dit mogelijk is? Veelzeggend is de reactie van Robertson op de waarschuwing van een CNN-collega dat zijn reportage niet deugde:
Bedoel je te zeggen dat Hagari ons voorliegt?
Lees verder
Lees minder
Seksueel geweld
Begin december 2023 lanceerde Israël een tweede propagandaoffensief. Het was gebaseerd op de beschuldiging dat de wereld wegkeek van de ‘massaverkrachting’ door Hamas op 7 oktober, maar wél kritiek leverde op Israëls geweld in Gaza. Israël gebruikte de campagne voor een georkestreerde aanval op de VN. Ook deze propaganda haalde het wereldnieuws, waaronder het NOS Journaal van 19 januari.
In werkelijkheid heeft de VN het Hamasgeweld niet alleen ondubbelzinnig veroordeeld, de organisatie was er ook razendsnel bij om het te onderzoeken, en om slachtoffers en hun artsen te spreken. Juist Israël verhinderde dat – met als argument dat de VN ‘anti-Israël’ en zelfs ‘antisemitisch’ zou zijn. Lees ons uitgebreide artikel over deze schokkende episode.
Niet bestaand bewijs
Waarom Israël onafhankelijk onderzoek naar de feiten tegenhoudt, bleek uit een geruchtmakende publicatie van The New York Times van 28 december 2023. Doel van de publicatie was om door gesprekken met slachtoffers en behandelaars een beeld te geven van de Israëlische claim dat zich een ‘massaverkrachting’ had afgespeeld. Dat zou bewijzen dat Hamas seksueel geweld als oorlogswapen had ingezet, waardoor de wereld meer begrip zou opbrengen voor het Israëlische geweld in Gaza.
De auteurs namen contact op met elf Israëlische instanties die hulp verlenen bij seksueel geweld. Om tot hun verbazing te vernemen dat geen daarvan was benaderd door een slachtoffer van verkrachting op 7 oktober. Niets wees op massaverkrachting. Het bewijs dat de Times zocht, bestond niet.
Die conclusie had de krant moeten respecteren en publiceren. Besloten werd echter om ten koste van alles bewijs te vinden, leidend tot een gefabriceerde publicatie waarvoor alle journalistieke normen en waarden over boord gingen. De maanden die de Times in zijn onderzoek investeerde, gekoppeld aan de armzalige uitkomst, verklaren waarom Israël geen onafhankelijk onderzoek door de VN of anderen toestaat.
The New York Times: Eerst Irak, nu Iran
Publicatie van The New York Times van 7 september 2002 waarmee de oorlog tegen Irak werd aangejaagd. [c] FAIR
In 2003 berustte de oorlog tegen Irak op leugens over massavernietigingswapens die het land verborgen zou houden. De ‘bewijzen’ werden destijds
aangedragen door onder meer de huidige Israëlische premier Benjamin Netanyahu. De wapens bleken niet te bestaan, maar Israëls vijand Irak werd verwoest. Een van de hoofrolspelers in de daaraan voorafgaande
propagandacampagne was
The New York Times.
Dat is dezelfde krant die eerder deze maand schreef over documenten te beschikken, die uitwijzen dat Hamas heeft getracht om Iran en Hezbollah bij de aanval op Israël te betrekken. Kern van het verhaal: Iran wist van het plan en had er op termijn mogelijk oren naar.
De documenten zouden al in januari door Israël zijn aangetroffen op een computer van Hamas. Nu, negen maanden later, publiceert The New York Times erover. Precies op het moment dat Israël steun zoekt voor een aanval op Iran, koppelt de krant dat land aan ‘7 oktober’.
Lees verder
Lees minder
Ontmenselijking
Hoofddoel van de Israëlische propaganda die volgde op 7 oktober was het ontmenselijken van de Palestijnen. Daarmee maakten Israëlische leiders de geesten in binnen- en buitenland rijp voor het genocidale geweld in Gaza. ‘We vechten tegen menselijke beesten’, aldus minister van Defensie Yoav Gallant. En elke Palestijn in Gaza is medeplichtig, aldus president Yitzhak Herzog.
Anderen maakten vergelijkingen met de Holocaust – zo zou de aanslag van Hamas niet gericht zijn tegen de Israëlische bezetter, maar tegen ‘Joden’ –, met Palestijnen in de rol van de nazi’s. De ontmenselijking van de Palestijnen kende geen grenzen.
Waar blijft het onderzoek?
Wereldwijd ventten media, columnisten en politici de gruwelverhalen uit. Zo werd – ook in Nederland – de publieke opinie vérgaand beïnvloed. Gezien dat ingrijpende gevolg is het opmerkelijk hoe weinig aandacht deze grootschalige misleiding tot dusver heeft gekregen. Geen van de Nederlandse media heeft de moeite genomen die in kaart te brengen.
Het is opmerkelijk hoe weinig aandacht deze misleiding heeft gekregen.
Dit ondanks het feit dat het ons eerder is overkomen. Precies tien jaar geleden leidde de ‘ontvoering’ van drie Israëlische jongemannen tot een spervuur van Israëlische propaganda. Ook toen bleek die de opmaat naar een verwoestende oorlog tegen Gaza. En ook toen bleef journalistiek onderzoek naar de eigen desinformatie uit.