Vandaag was het raak in Palestijns Oost-Jeruzalem en het Palestijnse dorp Battir, eerder deze week waren tal van andere Palestijnse plaatsen doelwit van vernielingen en aanvallen door Israëlische kolonisten. Ze hebben tot doel de Palestijnse inwoners het leven onmogelijk te maken. De Israëlische autoriteiten treden er zelden tegen op.
Muren beklad met Hebreeuwse graffiti en meer dan twintig auto’s met lekgestoken banden. Dat troffen inwoners van de wijk Bayt Hanina in Palestijns Oost-Jeruzalem vandaag bij het opstaan aan. Op de muren stonden leuzen als ‘Dood aan de moordenaars’ en ‘We zullen niet slapen zolang Gods naam wordt ontheiligd’.
Een afzender ontbrak, maar iedereen weet uit welke hoek de vernielingen komen: ze zijn het handelsmerk van extremistische Israëlische kolonisten die zich illegaal in bezet Palestijns gebied – Oost-Jeruzalem en de Westelijke Jordaanoever – hebben gevestigd. Met het aanrichten van vernielingen, het uiten van dreigementen en vaak ook het gebruik van fysiek geweld proberen zij de Palestijnse inwoners zodanig te intimideren dat zij vertrekken.
De Israëlische politie heeft een onderzoek ingesteld, maar niemand verwacht dat het iets oplevert. Hoogst zelden worden daders van zogenoemde ‘haatmisdrijven’ gepakt, laat staan veroordeeld. In een reactie hekelt de Israëlische organisatie Ir Amim, die zich inzet voor een leefbare toekomst voor alle inwoners van Jeruzalem, het volstrekte gebrek aan bescherming van de Palestijnse inwoners van Oost-Jeruzalem tegen ‘nationalistisch joods geweld’. De politie laat het afweten en de Palestijnen hebben geen mogelijkheden zich tegen ‘het geweld van de radicale activisten’ te beschermen, stelt de organisatie tegenover de krant Haaretz (€).
Sinds de aanslag van een Palestijn op 9 december bij de Israëlische kolonie Ofra op de bezette Westelijke Jordaanoever is sprake van een toename van fysiek geweld van kolonisten tegen Palestijnen. Op tal van plaatsen werden in de dagen na de aanslag Palestijnse automobilisten met stenen bekogeld en bij de kolonie Modi’in Illit werd een Palestijnse buschauffeur door kolonisten in elkaar geslagen.
In de tussentijd gingen ook de ‘haatmisdrijven’ tegen Palestijnen en hun eigendommen door. Zulke misdrijven zijn aan de orde van de dag. Ze vormen een belangrijk kenmerk van de Israëlische bezettings- en koloniseringspolitiek, maar krijgen vaak alleen aandacht in de Palestijnse pers. Een bloemlezing van misdrijven van de afgelopen paar dagen maakt duidelijk hoe wijdverbreid deze misdrijven zijn en hoe zwaar de Palestijnse bevolking eronder gebukt gaat.
• Vanochtend vernielden kolonisten de aanplant en begroeiing op land van de bewoners van het Palestijnse dorp Battir (ook bekend als Al-Khamar) in de omgeving van Bethlehem. De kolonisten willen een weg aanleggen die de bestaande kolonies moet verbinden met een nog te stichten ‘buitenpost’. De Israëlische bezettingsautoriteiten namen onlangs een deel van het land bij Battir in beslag, hoewel dat privébezit is van dorpsbewoners.
• In het cluster dorpen in de South Hebron Hills dat bekendstaat als Masafir Yatta vielen kolonisten gisteren Palestijnse boeren aan in een poging hun gewassen te vernietigen en hun land over te nemen. Meerdere boeren raakten gewond. De South Hebron Hills vormen een van de regio’s op de Westoever waar kolonisten en autoriteiten proberen de bedoeïenenbevolking het leven systematisch onmogelijk te maken of botweg te ‘evacueren’.
• Bij het Palestijnse dorp Asira al-Qibliyya egaliseerden kolonisten uit de kolonie Yitzhar gisteren met bulldozers land van Palestijnse boeren teneinde het zelf in gebruik te nemen. Yitzhar staat bekend als een bolwerk van religieuze extremisten die voortdurend de confrontatie zoeken met Palestijnen uit omringende dorpen.
• Eergisteren werden in het Palestijnse dorp Yasuf de banden van circa twintig auto’s lekgeprikt en muren – onder meer van een moskee – beklad met Hebreeuwse graffiti (‘Joden, word wakker’).
• Diezelfde dag vernielden kolonisten uit de kolonie Adora honderd fruitbomen bij het Palestijnse dorp Tarqumiya. Het was de vierde aanval in een week. In totaal werden meer dan driehonderd bomen vernield.
• Diezelfde dag vernietigden Israëlische militairen in het Palestijnse dorp Bardala honderden jonge cactussen van een lokale boer. Bardala ligt in de Jordaanvallei, waar een groot deel van de Palestijnse bevolking het leven op tal van manieren onmogelijk wordt gemaakt, net als in de South Hebron Hills en het E1-gebied rond het dorp Khan al-Ahmar.
In geen van bovenstaande gevallen heeft de Israëlische politie tot op heden arrestaties verricht. Wat de organisatie Ir Amim over het ontbreken van bescherming van de Palestijnse bevolking van Oost-Jeruzalem stelt, geldt ook voor de bezette Westoever: Israëlische kolonisten kunnen er, uitzonderingen daargelaten, naar believen hun gang gaan.