Martijn de Rooi is redacteur en schrijver en werkt voor The Rights Forum.
7 juli 2018 Lees meer overMet haar vrijage met busbedrijf EBS gooit de Metropoolregio de mensenrechten onder de bus. Hoe komt zo’n radicaal besluit tot stand, vraagt Martijn de Rooi zich af. En waar blijft het ‘Doe effe normaal!’ van premier Rutte?
Ik vraag me af hoe het toegaat in de vergaderzalen en wandelgangen van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Hoe komt zo’n lichaam van 23 gemeenten ertoe om het busvervoer uit te besteden aan een firma die tot de assen in een moeras van illegale praktijken en mensenrechtenschendingen staat? Hoe werkt zoiets? Wie besluit dat het mensenrechtenbeleid best aan de kant kan worden geschoven? En waarom stemt de hele goegemeente daarmee in?
Rond de jaarwisseling besloot de Metropoolregio om het busvervoer in een deel van het gebied vanaf december 2018 te laten uitvoeren door de busonderneming EBS (Egged Bus Systems). Onlangs gaf de regio hetzelfde bedrijf toestemming mee te dingen naar het vervoer in een ander deel van het gebied. EBS is onderdeel van het Israëlische vervoerbedrijf Egged. Het is in 2010 opgericht om een graantje mee te pikken op de markt van het Nederlandse openbaar vervoer.
Dat laatste zal best in de haak zijn, maar dat geldt zeker niet voor een ander punt: Egged pikt ook een graantje mee uit de ruif van militaire overheersing en onderdrukking van drie miljoen Palestijnen. Wat heet: het bedrijf is een drijvende kracht achter Israëls illegale kolonisering van bezet Palestijns gebied. Door het openbaar vervoer tussen Israël en het netwerk van illegale Israëlische ‘nederzettingen’ te verzorgen, verleent het diensten die essentieel zijn voor de levensvatbaarheid van het koloniale project. Dat project gaat gepaard met schendingen van het recht waar je u tegen zegt. Ter indicatie: in het oprichtingsverdrag van het Internationaal Strafhof wordt het koloniseren van bezet gebied gedefinieerd als een oorlogsmisdaad.
Dat Egged op een ‘zwarte’ VN-lijst belandde van bedrijven die het illegale project draaiende houden was dan ook geen verrassing. Die lijst wordt momenteel opgesteld door de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN. Al in oktober 2017 werd bekend dat Egged er op voorkomt.
Willen we zo’n bedrijf op de Nederlandse wegen? Willen we Egged in Nederland aan klussen helpen en daarmee niet alleen financiële steun, maar ook internationale legitimiteit verschaffen? Je zou zeggen dat niemand daar op zit te wachten.
En gelukkig is, in theorie althans, die mogelijkheid er ook niet. De overheid is bij het verlenen van vergunningen gebonden aan de (inter)nationale gedragscodes op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en het Nederlandse mensenrechtenbeleid. Daarin kent de overheid zich trots een voorbeeldrol toe in het voorkomen van samenwerking met bedrijven die bij rechtenschendingen zijn betrokken. Een bedrijf als EBS kan in Nederland pas voor klussen in aanmerking komen als het zich losmaakt van moederbedrijf Egged. Of als Egged het leven betert, maar oproepen daartoe legt het bedrijf al jaren naast zich neer.
Ook het beleid van de Metropoolregio zelf biedt geen ruimte voor vrijages met Egged. In de eigen aanbestedingsregels schrijft ze dat ze alleen met ‘integere ondernemers’ zaken doet en er niet voor terugdeinst ‘uitsluitingsgronden’ te hanteren. Ze zweert bij ‘bestuurlijke en ambtelijke integriteit’, een ‘verantwoorde besteding van gemeenschapsgelden’, en ‘naleving van de relevante wet- en regelgeving’ en de ‘algemene beginselen van behoorlijk bestuur’.
Maar in de praktijk doet de Metropoolregio dus precies het tegenovergestelde. Twee maanden nadat bekend werd dat Egged op de ‘zwarte’ VN-lijst stond rolde ze de rode loper uit voor EBS. De 23 gemeenten, waaronder nota bene Den Haag, de ‘Internationale Hoofdstad van Vrede en Recht’, gooien de mensenrechten onder de bus, zoals dat in Angelsaksische landen zo beeldend heet. En de reiziger met een gezonde afkeer van schendingen van de mensenrechten erbij.
Het is een even radicaal als onverdedigbaar besluit, en het wekt niet alleen ergernis, maar ook verbazing: hoe komt zo’n besluit tot stand? Hoe werkt dat? Wie bedenkt om te beginnen dat EBS aan werk geholpen moet worden? Welke belangen zijn daarmee gediend? En hoe vindt het idee vervolgens zijn weg door de bestuurlijke en politieke molen van de 23 gemeenten? Waar komt het punt dat het mensenrechtenbeleid en de eigen aanbestedingsregels uit beeld verdwijnen? Hoe wordt dat gladgestreken? En hoe kan het dat uiteindelijk iedereen instemt?
Nou ja, bijna iedereen, want de Rotterdamse partij NIDA stelde een boycot van de EBS-buslijnen in het vooruitzicht. De kans is groot dat het daar niet bij blijft. De Metropoolregio plaatst zich nadrukkelijk in het vizier van internationale organisaties en groeperingen van burgers die door middel van boycots opkomen voor de rechten van de Palestijnse bevolking. Dat maakt het besluit nog raadselachtiger. Waarom zou je zo’n confrontatie opzoeken en boycots over jezelf afroepen? Welk punt wil de Metropoolregio maken?
Een paar dagen geleden verscheen een kritisch rapport van de Rotterdamse Rekenkamer, waarin sprake is van onrechtmatige aanbestedingen die door bestuurders werden doorgedrukt en waarover ambtenaren het zwijgen moesten bewaren. Zou het kunnen dat hier iets vergelijkbaars aan de hand is?
Hoe dan ook is de Metropoolregio nu zélf betrokken bij de rechtenschendingen in bezet Palestina. En dwingt ze – en daar krijgt haar besluit een ronduit immoreel karakter – burgers die op de bus zijn aangewezen tot hetzelfde. Zo werkt de ketenaansprakelijkheid, een centraal principe in het mensenrechtenbeleid. Wat zou trouwens het verhaal zijn tegen de burger die principiëler is dan zijn overheid en het verdomt de kas van Egged te spekken? Dat hij maar een auto moet kopen?
Het woord is nu aan aan andere overheden. Ook dat is een belangrijk principe van het mensenrechtenbeleid: wie de hand licht met zijn verantwoordelijkheden, wordt door collega-overheden tot de orde geroepen. De provincie Zuid-Holland is daar onlangs door The Rights Forum ten overvloede op gewezen, als onderdeel van een brede oproep aan belanghebbenden om hun verantwoordelijkheden na te komen.
De zaak-EBS is zodoende een interessante testcase voor de hele overheid: wat stelt het mensenrechtenbeleid voor als het erop aankomt? Wat betekenen de nobele woorden over verantwoord ondernemerschap en de verplichting de mensenrechten te beschermen in de praktijk? Welk belang hechten de politieke partijen in de trotse Internationale Hoofdstad van Vrede en Recht aan die eretitel als het op hun eigen handelen aankomt?
Ook de rijksoverheid laat, als het goed is, van zich horen. De Metropoolregio gaat met haar besluit namelijk ook lijnrecht in tegen het ‘ontmoedigingsbeleid’ van de Nederlandse regering. Dat verplicht de Nederlandse overheid alle economische activiteiten te ontmoedigen die direct of indirect ten goede komen aan het illegale Israëlische koloniseringsproject. De Metropoolregio doet exact het tegenovergestelde. Het wachten is op een ‘Doe effe normaal!’ van premier Rutte.
Zonder rechtvaardigheid is er in het vredesproces geen vooruitgang mogelijk.
Tineke Lodders Politica