Eindelijk wil de VVD een Nederlands verbod op handel met illegale Israëlische nederzettingen – nu nog doorpakken

In het Tweede Kamerdebat van gisteravond schaarden minister Van Weel en Tweede Kamerlid Van der Burg (VVD) zich plotseling achter een nationaal verbod op producten uit illegale Israëlische nederzettingen. Dat mag niet leiden tot half werk.

De net aangetreden VVD-minister van Buitenlandse Zaken David van Weel wil een nationaal verbod op handel met de Israëlische nederzettingen. Op vrijdag 22 augustus trad zijn voorganger Caspar Veldkamp (NSC) af nadat de VVD zo’n handelsverbod blokkeerde. © ANP / Lisa Selg

Een aardverschuiving is het. Decennialang blokkeerde de VVD Nederlandse maatregelen tegen de handel met illegale Israëlische nederzettingen in de bezette Palestijnse gebieden. Maar tijdens het debat van de commissie Buitenlandse Zaken op woensdagavond kwam daar verandering in. Tweede Kamerlid Eric van der Burg antwoordde met één woord op de vraag of de VVD een verbod op de illegale handel ditmaal zou steunen: ‘Ja.’ 

Vorige maand pleitte de VVD slechts voor een handelsverbod in Europees verband – een kansloze missie, schreven we toen. Het is nu voor het eerst dat de partij voorstander is van een nationaal handelsverbod. Daarmee is er eindelijk een Kamermeerderheid voor deze maatregel.  

Ook de net aangetreden nieuwe demissionaire minister van Buitenlandse Zaken David van Weel deed mee aan de VVD-draai. Hij zegde toe het verbod zo snel mogelijk wettelijk te zullen regelen.

Cruciaal is nu dat die maatregel niet alleen snel wordt genomen, maar vooral doet wat hij hoort te doen: een einde maken aan alle handelsrelaties met Israëls illegale nederzettingen in bezet Palestijns gebied.  

Import én export moet stoppen

Deze maatregel is niet vrijblijvend. Op 19 juli 2024 oordeelde het Internationaal Gerechtshof dat de Israëlische aanwezigheid in bezet Palestijns gebied illegaal is. Op grond daarvan is Nederland verplicht er op geen enkele manier aan bij te dragen. 

Sterker: de Verenigde Naties droegen Israël op om zich volledig terug te trekken uit bezet Palestina. Dat moet vóór 18 september 2025 – volgende week – zijn gebeurd.   

Tegen die achtergrond is het aangaan of onderhouden van elke handelsrelatie met Israël taboe. Dat gaat verder dan alleen een verbod op de handel in illegale Israëlische producten. Het gaat om producten én diensten. Bovendien moeten ook Nederlandse producten en diensten die ten goede komen aan de nederzettingen worden verboden.  

Denk daarbij aan de verhuur van illegale Israëlische accommodaties in bezet Palestijns gebied door Booking.com. Of aan de miljarden euro’s aan beleggingen door Nederlandse financiële instellingen in bedrijven die bijdragen aan de bouw, exploitatie of onderhoud van illegale nederzettingen – variërend van Israëlische banken tot Caterpillar, de Amerikaanse leverancier van de horror-bulldozers waarmee Israël elk Palestijns leven wegvaagt.  

Op naar een algehele economische boycot

In 2023 deed The Rights Forum onderzoek naar het Nederlandse regeringsbeleid dat handel met Israëls illegale nederzet­tingen ‘ontmoedigt’ – het zogenoemde ‘ontmoedigingsbeleid’. Daaruit bleek dat ambtenaren erkenden dat elk Israëlisch bedrijf linksom of rechtsom betrokken is bij de nederzettingen. Het weigeren van die betrokkenheid is in Israël zelfs bij wet verboden: het land maakt geen onderscheid tussen het eigen grondgebied en de nederzettingen.   

De nu door politiek Den Haag ingezette weg moet daarom onvermijdelijk leiden tot een algehele economische boycot van Israël. Het is het enige dat helpt – niet alleen tegen de illegale nederzettingen, maar ook tegen het risico dat Nederlandse instellingen en bedrijven op Amerikaanse sanctielijsten komen als zij een samenwerking met de nederzettingen uit de weg gaan. Dat overkwam eerder ten minste zeven Nederlandse bedrijven. Tot dusver heeft de regering dat risico laten bestaan.  

Een algehele boycot heeft nóg een voordeel: de afschaffing van het ontmoedigingsbeleid. Dat beleid is sinds haar opgetuiging in 2006 uitgehold, misbruikt en zodanig in strijd met Nederlands verplichtingen onder het internationaal recht dat het tot aansprakelijkheid kan leiden. En ook de kostenslurpende ambtelijke chaos die er het gevolg van is, kan gemist worden als kiespijn.  

© 2007 - 2025 The Rights Forum / Privacy Policy