Europese ambassadeurs in Israël, onder wie de Nederlandse, protesteren tegen Israëls voorgenomen annexatie van Palestijns gebied. Intussen zwelt de roep om sancties tegen Israël aan. Israëlische kolonistenleiders noemen de protesten ‘antisemitisch’.
De Nederlandse ambassadeur in Israël heeft bij de Israëlische autoriteiten formeel geprotesteerd tegen de verwachte Israëlische annexatie van delen van de bezette Westelijke Jordaanoever. Ambassadeur Hans Docter nam deel aan een videoconferentie waarin nog elf Europese ambassadeurs hun afkeuring van de annexatie uitspraken tegen de plaatsvervangend secretaris-generaal van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. Het gaat om de ambassadeurs van België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Ierland, Italië, Spanje, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en de Europese Unie.
De twaalf spraken hun diepe bezorgdheid uit over de bepalingen in het op 20 april gesloten Israëlische regeerakkoord die vanaf 1 juli annexatie van de kolonies (‘nederzettingen’) en de Jordaanvallei mogelijk maken. Zij waarschuwden dat annexatie in strijd is met het internationaal recht, en ernstige gevolgen heeft voor de regionale stabiliteit, Israëls internationale reputatie en hervatting van het zogeheten ‘vredesproces’.
De ambassadeurs protesteerden ook tegen het voornemen van de Israëlische regering om drieduizend woningen voor Israëlische kolonisten te bouwen in de illegale nederzetting Givat Hamatos aan de zuidkant van Oost-Jeruzalem. In februari kondigde Netanyahu aan dat hij het plan, dat in 2014 na zware internationale kritiek was bevroren, nieuw leven inblies. Tegelijkertijd kondigde hij de bouw van 2200 woningen aan in Har Homa, een illegale nederzetting even ten oosten van Givat Hamatos.
Eerder al waarschuwden Europese functionarissen Benny Gantz, leider van de politieke partij Kahol Lavan en samen met Benjamin Netanyahu (Likud) architect van het regeerakkoord, dat annexatie de relatie tussen de EU en Israël zal beschadigen en tot ‘een harde Europese reactie’ zal leiden. In februari zinspeelde EU-buitenlandvertegenwoordiger Josep Borrell nadrukkelijk op sancties tegen Israël. Afgelopen maand herhaalde zijn woordvoerder dat annexatie ‘niet onbeantwoord zal blijven’.
In een afzonderlijke reactie kondigde Frankrijk aan dat annexatie gevolgen zal hebben voor de bilaterale betrekkingen met Israël. Andere Europese landen – Duitsland, Ierland, Verenigd Koninkrijk, België, Luxemburg, Zweden, Estland, Noorwegen – waarschuwden Israël ook, maar zonder te verwijzen naar sancties. Ook Jordanië, Rusland en China lieten zich kritisch uit. Een aantal van de genoemde landen sloot zich aan bij de Speciale VN-Coördinator voor het Midden-Oosten Vredesproces, Nickolay Mladenov, die in de VN-Veiligheidsraad stelde dat annexatie ‘een schending van het recht is en een verwoestende klap betekent voor de tweestatenoplossing, de deur sluit voor nieuwe onderhandelingen, en een bedreiging is voor vrede in de regio’.
De Arabische Liga veroordeelde het annexatieplan vorige week als ‘een oorlogsmisdaad’ en ‘een flagrante schending van VN-resoluties en het internationaal recht’. De Liga onderstreept het belang van de internationale gemeenschap om ‘de kansen op vrede en de tweestatenoplossing te redden’ en roept de regering-Trump op afstand te nemen van het ‘koloniale plan’. De Arabische landen zullen de Palestijnen ‘met alle politieke, diplomatieke, juridische en financiële middelen bijstaan’ in hun pogingen annexatie te voorkomen, aldus de Liga.
Intussen dringt links en rechts het besef door dat waarschuwingen alleen niet genoeg zijn om Israël van annexatie te weerhouden. Protesten tegen de voortgaande bezetting en kolonisering van de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem hebben de afgelopen decennia geen enkel effect gesorteerd.
In het Verenigd Koninkrijk roepen bijna 130 parlementariërs van zowel Labour als de Conservatieven, onder wie oud-ministers, premier Boris Johnson in een felle brief op economische sancties tegen Israël te treffen wanneer het de annexatie doorzet. Zij schrijven dat annexatie ‘een doodklap is voor de kans op vrede tussen Israëli’s en Palestijnen gebaseerd op een levensvatbare tweestatenoplossing’, en roepen op tot dezelfde ‘robuuste sancties’ tegen Israël als de Britse regering in 2014 tegen Rusland trof na de annexatie van de Krim:
Words are not enough: Prime Minister Netanyahu has ignored our words. We need to prevent his government from setting this alarmingly dangerous precedent in international relations.
Het netwerk van Europese organisaties die zich inzetten voor Palestijnse rechten (European Coordination of Committees and Associations for Palestine, ECCP) deed deze week een dringend beroep op EU-buitenlandvertegenwoordiger Josep Borrell en de Europese ministers van Buitenlandse Zaken om sancties tegen Israël te treffen. De koepelorganisatie benadrukt de verplichting daartoe onder internationaal en Europees recht. Het uiten van bezorgdheid ‘is niet genoeg’, schrijft ECCP, ‘onmiddellijke acties, waaronder sancties, zijn noodzakelijk’.
In een artikel waarin hij met name de Duitse regering aanspreekt heeft de directeur van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem, Hagai El-Ad, dezelfde boodschap. Hij beklemtoont dat veroordelingen waaraan geen consequenties zijn verbonden zinloos zijn. Erger: ze komen neer op feitelijke medeplichtigheid.
Ook in de Verenigde Staten ontstaat beweging. Meer dan dertig vooraanstaande functionarissen die onder voorgaande Amerikaanse regeringen nauw betrokken waren bij het Midden-Oosten-beleid en het vredesproces doen een beroep op de Democratische Partij om meer gewicht toe te kennen aan de rechten en veiligheid van de Palestijnen.
In het verleden heeft de nadruk gelegen op Israëls veiligheid en rechten, en werd hooguit lippendienst bewezen aan de Palestijnen en Israëls ondermijning van de tweestatenoplossing, stellen zij. Nu de regering-Trump met haar ‘vredesplan’ de weg heeft vrijgemaakt voor Israëlische annexatie is het, ook in het belang van de toekomst van Israël als ‘een democratisch thuisland voor het joodse volk’, de hoogste tijd voor een evenwichtiger benadering. In het programma waarmee de Democraten de verkiezingen van november ingaan moet de aandacht mede uitgaan naar de rechten van de Palestijnen, schrijven zij:
The 2020 platform should expressly state a commitment to a resolution of the conflict that ensures both Israel’s security and future as a Jewish and democratic state with equal rights for all its citizens, as well as Palestinian rights, including self-determination, security and freedom. It should include clear opposition to ongoing occupation, settlement expansion and any form of unilateral annexation of territory in the West Bank as well as clear opposition to violence, terrorism and incitement from all sides.
De Democratische presidentskandidaat Joe Biden stelde deze week dat de VS Israël zou moeten weerhouden van stappen die de tweestatenoplossing in gevaar brengen. In het geval hij de verkiezingen wint zal hij een aantal maatregelen van Trump terugdraaien, beloofde hij. Hij zal de economische steun aan de Palestijnen hervatten en zowel het Amerikaanse consulaat in Oost-Jeruzalem als de diplomatieke missie van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) in Washington heropenen. Van terugverplaatsing van de door Trump naar Jeruzalem verhuisde Amerikaanse ambassade ziet hij af.
De regering-Trump liet intussen weten dat ze Israëls annexatie van de nederzettingen en de Jordaanvallei direct zal erkennen. Afgewacht wordt nog tot de Amerikaans-Israëlische commissie die de exacte grenzen van het te annexeren gebied in kaart brengt haar werk heeft afgerond. Dat zal naar verwachting op korte termijn het geval zijn. De enige voorwaarde is dat Israël zich de komende vier jaar onthoudt van kolonisering van het gebied dat Trump heeft bestemd voor een Palestijnse staat, en zich bereid verklaart met de Palestijnen te onderhandelen over die staat. De Palestijnen hebben zoals bekend Trumps ‘Deal of the Century’ in alle facetten afgewezen.
Een officiële reactie van Israël op het protest van de Nederlandse ambassadeur en zijn collega’s is vooralsnog uitgebleven, maar de overkoepelende raad van de nederzettingen maakte de ambassadeurs direct uit voor ‘een stelletje antisemieten’. Voorzitter David Elhayani van deze zogeheten Yesha Council zei:
They’re just a bunch of anti-Semites. We don’t have to listen to the international community. We have to do only what’s good for us.
De reactie is tekenend voor het extremisme van de hardcore kolonistenbeweging. Net als de kolonisten die onlangs door de Volkskrant in het zonnetje werden gezet, heeft de Yesha Council geen boodschap aan de internationale rechtsorde. Men doet, hoe illegaal ook, ‘alleen wat goed voor ons is’, en wie daar iets op tegen heeft is een antisemiet.
Wat hun opvattingen extra gevaarlijk maakt is het concept ‘ons’. Daarmee bedoelen deze kolonisten niet zichzelf, maar alle joden. Net als de Israëlische regering stellen zij dat de kolonisering en annexatie een ‘joods’ project zijn – een project van ‘het joodse volk’, dat ‘terugkeert’ naar het ‘land van de voorvaderen’. Het aanwijzen van ‘het joodse volk’ als drijvende kracht achter het illegale en gewelddadige project is een klassiek voorbeeld van antisemitisme.
Tekenend voor hun opvattingen is ook dat de kolonisten en de Israëlische regering zich beroepen op een ‘joods recht van terugkeer’, dat teruggaat tot grofweg het begin van onze jaartelling. Tegelijkertijd wijzen zij het recht van terugkeer van de Palestijnen die rond 1948 door joodse milities en Israëlische troepen op de vlucht werden gedreven botweg van de hand, en spreken zij er schande van als de nakomelingen van die vluchtelingen hun recht van terugkeer opeisen – een recht dat hen daadwerkelijk toekomt.
De Israëlische premier Netanyahu omschreef de verwachte annexatie als ‘een historisch moment in de geschiedenis van het zionisme’ en ‘de vervulling van de belofte van het zionisme’. Kern van dit zionisme – door president Reuven Rivlin aangeduid als ‘modern zionisme’ – is een ‘joods’ recht op het hele zogenoemde ‘Land Israël’, inclusief de bezette Westoever en bezet Oost-Jeruzalem.
Het is geen wonder dat dit zionisme, haaks als het staat op het internationaal recht en de universele mensenrechten, kritiek oproept. Israël, de kolonisten en de zogenoemde internationale Israël-lobby verkondigen aan iedereen die het horen wil dat deze ‘antizionistische’ kritiek gelijk staat aan antisemitisme. Die bewering mist iedere grond. Zoals gezegd is juist de claim dat ‘het joodse volk’ de motor is van de illegale onderneming antisemitisch.