Jaap Hamburger is voorzitter van Een Ander Joods Geluid (EAJG).
16 april 2019 Lees meer overAfgelopen donderdag presenteerde erevoorzitter Dries van Agt van The Rights Forum zijn nieuwe boek, ‘Palestina in doodsnood’. Jaap Hamburger, bestuurslid van The Rights Forum en voorzitter van Een Ander Joods Geluid, leidde de presentatie in. Dit is zijn tekst.
Geachte heer Van Agt, beste Dries,
Geen prestigieuze commissariaten, geen lucratieve adviseurschappen, geen prominente voorzittersrollen voor Dries van Agt. In plaats daarvan wist hij zich met een uit Holland meegebrachte zakdoek het zweet van het voorhoofd in Al-Shuhada Street, in Hebron, waar hij, als voorzitter van The Rights Forum, achter Yehuda Shaul van Breaking the Silence aanloopt.
Al-Shuhada Street, een van de hoofdwinkelstraten in Hebron, die hermetisch gesloten is voor Palestijnen, waar alle winkelluiken permanent naar beneden zijn, of dichtgelast door de bezetter. Al-Shuhada Street is ‘sanitized’, zoals het militaire jargon luidt. Is er nog verschil tussen dit jargon en Orwelliaans taalgebruik? Is de aanblik van Al-Shuhada Street, sanitized, wellicht wat Israël voor heel Palestina in petto heeft?
‘Ik kan jullie niet in één middag de bezetting laten zien’, zegt Yehuda als we halt houden op een schaduwplekje, maar ‘God thanks, there is Hebron’. Hebron, een relatief grote stad, en tegelijk de microcosmos van de bezetting, legt Yehuda ons uit. Waar zes- of zevenhonderd religieuze kolonisten, beschermd door het Israëlische leger, in belangrijke mate het leven bepalen van 140 duizend Palestijnen. Al-Shuhada Street, waar Palestijnen, jong en oud, niet door de voordeur van hun huizen naar buiten de straat op mogen, maar via achter hun huizen aangelegde trapjes, aanbouwsels en daken naar buiten moeten klauteren, naar school of markt, naar werk of ziekenhuis, en terug, met hun rugzak en hun volle tassen.
Beperking van bewegingsvrijheid omwille van ‘de veiligheid van de bezetter’, dat is een van de aspecten die Van Agt behandelt in het boekje dat hier wordt gepresenteerd. ‘Het is eigenlijk meer een brochure dan een boekje’, zei hij met kenmerkende bescheidenheid door de telefoon. Vooruit dan maar, Dries, qua omvang een stevige brochure. Maar qua er in gepropte feiten en citaten en kennis toch wel een boekje, minstens, en qua zeggingskracht en onderhuidse gedrevenheid een boek met een hoofdletter B.
Beseffen wij hier in Nederland eigenlijk wel hoe bijzonder dit is: een oud-premier, en best wel een oude premier ook, 88, die, ik leen voor even de eigenaardigheden van zijn woordkeus, als een ‘vurige jongeling’ op de bres staat voor een zaak waar hij veel vijanden mee maakt, die hem beledigen en soms ronduit schofferen, waarop hij in plaats van terug te schrikken nog een extra stap voorwaarts doet, omdat hij niet anders kan dan getuigen van zijn verontwaardiging. Een premier die activist geworden is.
Heette zijn vorige boek, uit 2009, nog Een schreeuw om recht, met alle hoop op verandering die de titel suggereert, een decennium later moet de titel luiden: Palestina in doodsnood. Onverdroten opkomen voor een zaak die velen als zo goed als verloren beschouwen, beseft Nederland wel wat voor bijzondere oud-premier wij hier hebben? Van dat slag politici zijn er niet veel, bij ons ken ik verder alleen Jan Terlouw.
Van Agt citeert in zijn brochure-boek de Fransman Stéphane Hessel. Die werd 96. In 2010 publiceerde hij Indignez-vous!, ‘Pik het niet langer!’, ‘Kom in verzet!’
Zo ook lees ik Palestina in doodsnood. Pik het niet langer! Kom in verzet! Van Agt roept ons op om te handelen.
Dries, bedankt! Om het in het Ivriet te zeggen: Kol hakavod! In goed Amsterdams betekent dat zoveel als: ‘Goed gedaan, jochie!’
Het probleem is allang niet meer de bezetting. Het probleem is het gedogen ervan.
Ramsey Nasr Schrijver / dichter / acteur