Lees ook het persbericht van The Rights Forum over het kabinetsbesluit.
De Hoge Raad dwong het kabinet te beoordelen of de levering van F-35-onderdelen aan Israël in lijn is met internationaal recht. Het antwoord is negatief. Maar voor hoe lang?

Ruim twee jaar nadat de levering van onderdelen voor de F-35-vliegtuigen waarmee Israël Gaza bombardeert aan het licht kwam, heeft het kabinet uiteindelijk besloten dat dit niet door de beugel kan. Dat blijkt uit een brief die het kabinet op vrijdag 14 november naar de Tweede Kamer stuurde. Binnen een termijn van uiterlijk zes maanden wil het de levering opnieuw beoordelen.
Lees ook het persbericht van The Rights Forum over het kabinetsbesluit.
Dat is op zich goed nieuws – het is niet aan twijfel onderhevig dat de F-35-vliegtuigen gebruikt zijn (en worden) voor oorlogsmisdaden en genocide in Gaza.
Maar het neemt de zorgen niet weg, vooral over de criteria die het (nieuwe) kabinet straks gaat gebruiken voor de nieuwe beoordeling. Uit de Kamerbrief blijkt dat daarvoor wordt gekeken naar het huidige bestand in Gaza en het zogenaamde vredesplan van Trump. Daarmee lijkt te worden voorgesorteerd op hervatting van de leveringen als de situatie in Gaza komend voorjaar min of meer ‘stabiel’ wordt bevonden.
Dat hoort ondenkbaar te zijn. De Hoge Raad heeft het kabinet opgedragen om leveringen correct te toetsen aan het internationaal humanitair recht, en de verantwoordelijkheid voor naleving van dat recht nadrukkelijk bij de politiek gelegd. Er kan daarmee niet zomaar worden teruggekeerd naar het automatisme waarmee tot oktober 2023 onderdelen aan Israël werden geleverd.
Je kunt namelijk geen wapens of onderdelen leveren die ten goede komen aan een regime van bezetting, etnische zuivering, kolonisering en apartheid. Onder het internationaal recht betreft dit oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, niet alleen begaan in Gaza, maar ook op de Westelijke Jordaanoever, in Oost-Jeruzalem en in Israël zelf. Niet incidenteel, maar structureel, al decennia achtereen. Tot oktober 2023 trok het kabinet zich er niets van aan. Dat kan nu niet meer. Niet zo lang dat regime bestaat.
Er was een lange juridische strijd nodig om het kabinet (de Staat) te wijzen op zijn falen om de levering van F-35-onderdelen correct te toetsen aan het internationaal recht. Er waren drie maatschappelijke organisaties nodig – OxfamNovib, PAX en The Rights Forum – die bereid waren hier hun tijd en middelen aan te besteden. En er was goed onderzoekswerk van NRC nodig om de kwestie überhaupt bekend en op de agenda te krijgen.
Die enorme maatschappelijke inzet verdient én vereist dat het kabinet zich strikt houdt aan de opdracht van de Hoge Raad. En ook aan de adviezen van de eigen juristen, die het kabinet al vroeg waarschuwden de levering van F-35-onderdelen aan Israël niet toe te staan, maar werden genegeerd. Dat is een patroon als het om Israël gaat. ‘Het loopt de spuigaten uit’, schreven we erover, onder verwijzing naar twee dossiers waarbij hetzelfde gebeurde: de handel met Israëls illegale nederzettingen en de Gazapolitiek.
Daarmee is het grotere beeld benoemd: het structureel uitzonderen van Israël. Niet het handhaven van het internationaal recht staat centraal, maar het omzeilen ervan. Het handhaven van steun aan Israël mag zelfs tot de val van het kabinet leiden, zoals in augustus gebeurde. In zo’n cultuur is het leveren van onderdelen voor Israëlische F-35s niets bijzonders – en hervatting een kwestie van tijd.
De nieuwe beoordeling die het kabinet in zijn Kamerbrief aankondigt, is daarom een lakmoesproef. Enerzijds dwingt de Hoge Raad tot correcte toetsing van de verplichtingen onder het internationaal recht – niet alleen ten aanzien van Gaza, maar van alle bovengenoemde gebieden. Anderzijds vereist de opdracht van de Hoge Raad dat wordt afgerekend met de cultuur van automatische steun aan Israël. Dat zal door de pro-Israël-lobby met hand en tand worden bestreden.
Het is de hoogste tijd dat deze strijd wordt beslecht. Daarvoor is maatschappelijke druk nodig die The Rights Forum bezig is op te bouwen met de campagne Stop de Bezetting. Eén van de campagne-eisen is een ‘wapenembargo ter voorkoming van steun aan oorlogsmisdaden’ – de kern van de F-35-kwestie. Inmiddels hebben zich bijna 15.000 Nederlanders bij de campagne aangesloten. Wij roepen iedereen op hun voorbeeld te volgen.