Palestijn rijdt twee Israëlische militairen dood

Een Palestijnse man reed vrijdag in op vier Israëlische militairen op de bezette Westelijke Jordaanoever. Twee militairen vonden de dood, een derde is ernstig gewond. Israël trof direct strafmaatregelen tegen de familie van de bestuurder.

De auto waarmee de 27-jarige Ala’a Qabha op vier Israëlische militairen inreed.

Een 27-jarige Palestijn is vrijdagmiddag ingereden op vier Israëlische militairen. Twee van hen overleden ter plekke, een derde is zwaargewond naar een ziekenhuis gebracht. Het incident werd door het Israëlische leger direct als ‘terrorisme’ betititeld en vond plaats bij een militaire post buiten de illegale Israëlische kolonie (‘nederzetting’) Mevo Dotan, in het noorden van de bezette Westelijke Jordaanoever.

De bestuurder van de auto is Ala’a Ratib Qabha, een inwoner van het stadje Barta’a, dat half in Israël en half op de Palestijnse Westoever ligt. Volgens Palestijnse media liep hij direct na de aanrijding een schotwond op. Hij zou ter plaatse door militairen zijn ondervraagd en vervolgens naar een ziekenhuis zijn gebracht. Vrijwel alle lokale media melden dat hij eerder 17 maanden in een Israëlische gevangenis heeft gezeten wegens wat wordt genoemd een ‘veiligheidsovertreding’. Onder die term valt van alles, ook activiteiten die in feite neerkomen op burgerlijke ongehoorzaamheid. In april vorig jaar kwam hij op vrije voeten.

Een familielid vertelde de krant Haaretz dat Qabha huisschilder is en met een in Jenin gekochte voorraad verf op weg naar huis was. Dat hij een aanslag zou hebben gepleegd leek het familielid uitgesloten:

He came to Jenin to purchase paint and was on his way home. He’s not politically affiliated or a part of any organization. We believe this is an unfortunate accident and not a terrorist attack, as they claim.

Represailles

Israëlische militairen vallen het huis binnen van de familie van Ala’a Qabha, die even daarvoor op vier militairen inreed.

Kort na de aanval doorzochten bezettingstroepen het huis van de familie Qabha in Barta’a. Zij ondervroegen familieleden en pakten de 25-jarige broer van Ala’a op. De Israëlische autoriteiten maakten bekend dat bij wijze van represaille de werkvergunningen van bijna honderd familieleden zijn ingetrokken. Israëls minister van Defensie Avigdor Lieberman liet weten dat hij de woning van de familieleden wil laten slopen.

Daarnaast wil Lieberman dat Qabha de doodstraf krijgt. Israël kent de doodstraf, maar in de praktijk wordt die nooit toegepast. Liebermans partij Yisrael Beytenu (‘Israël Ons Thuis’) pleit al jaren voor verlaging van de drempel voor de doodstraf voor ‘terroristen’. Een wetsvoorstel van die strekking is begin januari in eerste lezing door het Israëlische parlement aangenomen. Er volgen nog drie lezingen. Leger en veiligheidsdiensten hebben ernstige bezwaren tegen de wet. De Europese Unie veroordeelde de wet als ‘inhumaan’.

‘PA beloont terreur’

Lieberman sloot bij voorbaat uit dat Qabha’s actie een spontane, niet beraamde individuele aanval kon zijn. Qabaha zou geïnspireerd zijn door het beleid van de Palestijnse Autoriteit (PA) om familieleden van gedode en gedetineerde Palestijnen − onder wie personen die een aanslag hebben gepleegd − een financiële toelage te geven voor hun levensonderhoud. Met steun van de Verenigde Staten (VS) probeert Israël verbeten de PA tot het staken van wat het noemt ‘het belonen van terroristen’ te dwingen.

In New York zei Israëls ambassadeur bij de Verenigde Naties, Danny Danon, het Lieberman na. Hij eiste dat de internationale gemeenschap de aanval veroordeelt en een eind maakt aan de toelageverstrekking door de PA. Volgens Danon betaalt de PA jaarlijks ‘honderden miljoenen dollars aan terroristen die Israëli’s doden’.

Zwaar overdreven

Juist deze week concludeerde The Washington Post op basis van diepgaand onderzoek dat het genoemde bedrag zwaar overdreven is. De krant onderzocht de recente bewering van premier Benjamin Netanyahu dat de PA ‘350 miljoen dollar per jaar aan terroristen en hun families betaalt’. Het werkelijke bedrag is niet vast te stellen, schrijft The Post, maar bedraagt zeer waarschijnlijk minder dan éénderde van het door Israël genoemde bedrag.

De krant merkt op dat de VS de economische steun aan de Palestijnen standaard vermindert met het bedrag dat de PA betaalt aan familie van veroordeelde en gedode ‘terroristen’, dan wel aan de veroordeelden zelf. Om welk aantal terroristen en familieleden en welk bedrag het gaat houdt het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken geheim. De Amerikaanse economische steun bedraagt zonder inhoudingen 300 miljoen dollar per jaar.

In de VS is wetgeving in voorbereiding die deze steun volledig beëindigt, tenzij de PA de toelageverstrekking aan de ‘terroristen’ en hun families direct staakt. Daarnaast dient de PA ‘geloofwaardige stappen’ te zetten om geweld tegen Israëlische en Amerikaanse burgers te voorkomen. Deze zogeheten Taylor Force Act is in mei 2017 door het Huis van Afgevaardigden aangenomen. De Senaat zal de wet op korte termijn aannemen, naar verwachting komende week. President Trump heeft al aangekondigt de wet met zijn handtekening te zullen bekrachtigen. De PA peinst er niet over te buigen voor de Israëlische en Amerikaanse druk.

Daad van verzet

Een aantal Palestijnse organisaties juichte intussen de vermoedelijke aanval van Ala’a Qabha toe als een daad van verzet tegen de Israëlische bezetting en ‘een logisch gevolg van Israëlische misdaden’ en ‘zionistische terreur’. Hamas en andere organisaties wezen erop dat het precies honderd dagen geleden was dat president Trump Jeruzalem als hoofdstad van Israël erkende, en dat vrijdag was uitgeroepen tot een dag van protest tegen dat besluit.

De organisatie Islamitische Jihad onderstreepte dat aanvallen op bezettingstroepen ‘legitieme daden van de Palestijnse bevolking zijn, bedoeld om zichzelf, hun land en hun heilige plaatsen te verdedigen’. De organisatie roept op tot ‘intensivering van de aanvallen op bezettingstroepen en kolonisten’.

© 2007 - 2024 The Rights Forum / Privacy Policy