Waarvoor velen vreesden is gebeurd. De Israëlische provocaties in Jeruzalem leidden maandagavond tot raketbeschietingen van Hamas op Israël en Israëlische bombardementen op de Gazastrook. In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen. In Israël vonden twee vrouwen de dood. De beschietingen houden ook vandaag aan.
De vrees voor meer geweld die wij maandag in ons artikel over Jeruzalem uitspraken, werd nog diezelfde dag bewaarheid. In de vooravond schoot de militaire tak van Hamas na een ultimatum aan Israël vanuit de Gazastrook zeven raketten af. Israël antwoordde met bombardementen op de strook, waarna de wederzijdse beschietingen escaleerden. Ook vandaag houdt het geweld aan.
In Gaza vielen 27 doden, onder wie negen kinderen, en meer dan honderd gewonden. In Ashkelon vonden twee Israëlische vrouwen de dood. Daar en in andere plaatsen in Zuid-Israël raakten circa veertig Israëli’s gewond, van wie er één in kritieke toestand zou verkeren. In de Israëlische stad Lod werd tijdens een demonstratie een Palestijnse Israëli gedood door een Joodse inwoner.
Het ultimatum van de Al-Qassam-brigades, de militaire tak van Hamas, volgde op een nieuwe bestorming door Israëlische troepen van de Al-Aqsa-moskee in bezet Oost-Jeruzalem, en provocaties van Israëlische politici in de wijk Sheikh Jarrah in hetzelfde stadsdeel, waar 78 Palestijnse families hun woningen dreigen te worden uitgezet ten gunste van Israëlische kolonisten. In de namiddag dreigde Al-Qassam met vergelding als Israël niet voor zes uur ‘s avonds zijn troepen zou hebben teruggetrokken uit het gebied rond de Al-Aqsa-moskee en de wijk Sheikh Jarrah. Ook werd de vrijlating geëist van alle recent in Jeruzalem gearresteerde Palestijnen. Israël negeerde de eisen.
Even na zes uur maakten de brigades bekend vanuit de Gazastrook een aantal raketten te hebben afgeschoten in de richting van Jeruzalem. In de stad klonk het luchtalarm en werd het parlement kort ontruimd. Israëlische media maakten melding van zes raketten die de stad niet hadden bereikt en geen schade hadden aangericht. Een zevende werd onderschept door de Iron Dome-luchtafweer. Israël reageerde met bombardementen op Gaza. Het beschieten van Israëlische bevolkingscentra met raketten is een oorlogsmisdaad, zoals door mensenrechtenorganisaties als Human Rights Watch veelvuldig onderstreept, en hetzelfde geldt voor Israëlische bombardementen die niet op militaire doelen gericht zijn.
Het was de opmaat tot een nacht van wederzijdse beschietingen en bombardementen. Rond middernacht waren volgens het Israëlische leger 150 raketten op Israël afgeschoten door de Al-Qassam-brigades en Islamitische Jihad, die veelal door Iron Dome waren onderschept en nauwelijks schade aanrichtten. Eén Israëli raakte gewond toen zijn auto werd geraakt door een anti-tankraket. In de vroege dinsdagochtend werden raketten afgeschoten op de Israëlische stad Ashkelon en later ook op andere plaatsen, waaronder Ashdod. In beide steden zouden gebouwen zijn geraakt. Daar vielen ook de twee Israëlische doden en de meeste Israëlische gewonden.
Een woordvoerder van het Israëlische leger maakte vanochtend bekend dat Israël 130 aanvallen op militaire doelen in de Gazastrook had uitgevoerd met gevechtsvliegtuigen en -helikopters. Daarbij zouden 15 commandanten van Hamas en Islamitische Jihad zijn omgekomen. Volgens het ministerie van Gezondheid in Gaza en journalisten ter plaatse kwamen echter ook negen kinderen om het leven. Israël heeft de Gazastrook volledig afgesloten van de aanvoer van hulpgoederen.
De escalatie volgt op weken van Israëlische provocaties en geweld tegen Palestijnen in bezet Oost-Jeruzalem. De dreigende huisuitzettingen in Sheikh Jarrah en andere wijken en het geweld tegen Palestijnse demonstranten en tegen gelovigen in de Al-Aqsa-moskee kregen harde internationale kritiek.
Maandagochtend bestormden Israëlische troepen opnieuw met grof geweld het complex rond de Al-Aqsa-moskee. Daarbij raakten gelovigen, verzameld voor het ochtendgebed, ingesloten. Op beelden is te zien hoe de Israëlische politie traangas en schokgranaten op de duizenden bezoekers afschiet. Palestijnen schreeuwden om hulp via de luidsprekers op de minaret. Bij de bestorming raakten 305 Palestijnen gewond, van wie er 228 naar ziekenhuizen werden vervoerd.
In de middag bezochten de parlementsleden Itamar Ben-Gvir en Bezalel Smotrich van de partij Religieus Zionisme de wijk Sheikh Jarrah. Beiden zijn notoire ophitsers, die Palestijnen als minderwaardig aan Joden beschouwen en het liefst vandaag nog alle Palestijnen uit Jeruzalem zien vertrekken. Alleen al hun aanwezigheid is voldoende om de gemoederen te verhitten.
Elders in de stad maakten grote groepen religieus-nationalistische Israëli’s zich op voor de jaarlijkse ‘vlaggenparade’ door de Oude Stad van Oost-Jeruzalem ter gelegenheid van ‘Jeruzalemdag’, de viering van de Israëlische bezetting van Oost-Jeruzalem in 1967. De parade gaat altijd gepaard met provocaties en geweld, en gezien de explosieve situatie had afgelasting door de autoriteiten voor de hand gelegen. Pas op het laatste moment pasten die de geheel door veiligheidstroepen afgezette route enigszins aan. Halverwege de tocht werden de organisatoren door de politie opgeroepen de parade te ontbinden wegens het ultimatum van Al-Qassam. De meeste deelnemers zetten de tocht niettemin voort. Tot botsingen met Palestijnen kwam het dit keer niet.
‘s Avonds vielen Israëlische troepen opnieuw het complex rond de Al-Aqsa-moskee aan – de derde aanval na vrijdagavond en maandagochtend –, waarbij opnieuw zwaar geweld werd gebruikt. Naar verluidt raakten vijfhonderd gelovigen ingesloten in de Qibli-moskee op het terrein. Volgens de Palestijnse Rode Halve Maan raakten maandag in Jeruzalem in totaal 520 Palestijnen gewond, van wie er 333 in het ziekenhuis behandeld moesten worden.
Dat Israël geenszins van plan is het geweld en de provocaties in Jeruzalem te staken maakten de autoriteiten gisteren in alle toonaarden duidelijk. Israëls hoofd van politie Kobi Shabtai liet weten dat de politie tot dusver uiterst ‘terughoudend’ had geopereerd, maar die houding nu liet varen: ‘De kinderhandschoenen gaan uit.’
Premier Benjamin Netanyahu maakte bekend dat de regering het optreden van de politie voluit steunt. Hij stelde het geweld in Jeruzalem voor als ‘een gevecht om het hart van Jeruzalem tussen [de krachten van] intolerantie en tolerantie, tussen gewelddadige wetsovertreders en law and order’. Het geweld van de veiligheidsdiensten is volgens hem bedoeld om ‘de rechten van iedereen te verzekeren’.
In een telefoongesprek met zijn Amerikaanse collega Jake Sullivan voer Israëls nationaal veiligheidsadviseur Meir Ben-Shabbat eenzelfde koers. Hij kapittelde Sullivan, die in voorzichtige bewoordingen bezorgdheid over het Israëlische optreden in Jeruzalem uitte. Die bezorgdheid is een ‘beloning voor de oproerkraaiers’, aldus Ben-Shabbat. Sullivan zou zich met zijn kritiek juist tot ‘degenen die tot het geweld hebben aangezet’ moeten wenden. Het Israëlische optreden was juist ‘verantwoord en gebaseerd op gezond verstand, ondanks de provocaties’.
Intussen gooide ook het Israëlische parlement olie op het vuur. Maandag gaf het ook bij tweede stemming goedkeuring aan een wetsvoorstel dat de ‘legalisering’ van zeventig zogenoemde ‘buitenposten’ op de bezette Westelijke Jordaanoever beoogt. Deze outposts zijn niet alleen onder internationaal recht, maar ook volgens de Israëlische wet illegaal. Wordt het voorstel wet – daarvoor is nog één stemronde nodig–, dan voegt Israël officieel zeventig kolonies (‘nederzettingen’) aan zijn totaal toe. Opmerkelijk is dat de buitenposten in het Israëlische spraakgebruik een naamsverandering hebben ondergaan: ze worden tegenwoordig aangeduid als ‘jonge nederzettingen’. Na hun ‘legalisering’ zullen ze zonder twijfel snel worden uitgebouwd tot ‘volwassen nederzettingen’.
De protesten tegen het Israëlische optreden in Oost-Jeruzalem hebben inmiddels ook tal van steden in Israël bereikt. De afgelopen dagen vonden in meerdere steden demonstraties van Palestijnse Israëli’s plaats, en maandagavond gingen in onder meer Nazareth, Jaffa, Haifa, Umm al-Fahm, Ramla, Lod en Shaqib al-Salam grote aantallen Palestijnen de straat op. In veel steden leidde dat tot botsingen met de politie, waarbij gewonden vielen en 46 Palestijnse demonstranten zouden zijn gearresteerd. In Lod werd een Palestijnse Israëli door een Joodse inwoner gedood.
Ook op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever werd geprotesteerd, onder meer in Hebron, Bethlehem, Nablus, Tulkarm, Jenin, Qalqiliya en Tubas. Bij botsingen met Israëlische troepen vielen veel gewonden. Twee Palestijnen liepen schotwonden op.
Het heeft er alle schijn van dat Israël met zijn gewelddadige en provocerende optreden in Jeruzalem een brug heeft geslagen die de Palestijnen in Israël, Oost-Jeruzalem, Gaza en de Westoever met elkaar verbindt. Grenzen, muren en politieke verdeeldheid maken plaats voor solidariteit, gebaseerd op de discriminatie of zelfs onderdrukking die zij dagelijks ervaren en het grote historische onrecht en leed dat hen collectief is aangedaan.