Israël roept Duitsland op subsidiëring Joods Museum Berlijn te staken

Het museum is een van tientallen instellingen en organisaties die volgens Israël wegens ‘anti-Israëlische activiteiten’ door de Duitse regering gekort zouden moeten worden. Onduidelijk is wie precies de afzender is van de schriftelijke oproep.

Foto van de Jaffapoort in Jeruzalem rond 1900, onderdeel van de door Israël bekritiseerde expositie ‘Welcome to Jerusalem’ in het Joods Museum in Berlijn. Een reclame aan de stadsmuur wees bezoekers destijds de weg naar het reisbureau van Thomas Cook, de man die het georganiseerde toerisme in het Midden-Oosten introduceerde.

Bezondigt het Joods Museum in Berlijn zich aan ‘anti-Israëlische activiteiten’? Het is moeilijk voor te stellen, maar toch is dat waar het van wordt beschuldigd. Door Israël.

In een schrijven aan de Duitse regering bekritiseert Israël de expositie ‘Welcome to Jerusalem’ in het museum. Die zou ‘grotendeels de islamitisch-Palestijnse zienswijze’ op de stad belichten. Bovendien zou het museum regelmatig bijeenkomsten en discussies organiseren met deelname van ‘prominente BDS-supporters’. De internationale BDS-beweging probeert Israël door middel van boycots, desinvesteringen en sancties (BDS) te dwingen de rechten van de Palestijnen te respecteren, en wordt door de regering-Netanyahu als staatsvijand beschouwd en in een woeste ‘Oorlog tegen BDS’ bestreden.

De Duitse regering wordt opgeroepen haar subsidiëring van deze en andere ‘anti-Israëlische activiteiten’ te staken en de eigen subsidierichtlijnen kritisch tegen het licht te houden. In het eerder deze maand door Die Tageszeitung (Taz) aan het licht gebrachte schrijven worden volgens de krant enkele tientallen instellingen en organisaties aangewezen die zich aan zulke activiteiten schuldig zouden maken. En daarom door de Duitse regering zouden moeten worden uitgesloten van subsidiëring.

Mensenrechten

Onder de beschuldigden zijn culturele, politieke en kerkelijke instellingen, die gemeen hebben dat ze aandacht besteden aan, of actief zijn op, het terrein van de mensenrechten in Israël/Palestina. Taz noemt onder andere het Internationaal Filmfestival Berlijn (Berlinale), de Rosa Luxemburg Stiftung, Medico International, Brot für die Welt, Misereor en Kurve Wustrow. Alle worden beschuldigd van ‘anti-Israëlische activiteiten’ dan wel ‘inmenging in binnenlandse Israëlische aangelegenheden’. Ook projecten van Duitse ministeries staan volgens Taz op de lijst.

De kerkelijke hulporganisatie Brot für die Welt wordt bijvoorbeeld verweten steun te verlenen aan de Coalition of Women for Peace (CWP). Deze Israëlische feministische organisatie spreekt zich openlijk uit tegen de onderdrukking van de Palestijnen en stond aan de wieg van het onderzoeksproject Who Profits, dat de betrokkenheid van Israëlische en internationale bedrijven bij Israëls illegale kolonisering van Palestijns gebied documenteert. Naast sympathie voor BDS is kritiek op de bezetting en kolonisering volgens Taz hét criterium om voor het predicaat ‘anti-Israël’ in aanmerking te komen.

Nog erger is dat Brot für die Welt ook het Israëlische B’Tselem steunt. Deze bekende mensenrechtenorganisatie ontving onlangs de Human Rights Award van de Franse Republiek, samen met de Palestijnse collega-organisatie Al-Haq. Maar in Israël valt ze vanwege haar kritiek op Israëls mensenrechtenschendingen in de categorie staatsvijanden. Datzelfde geldt voor Breaking the Silence, de Israëlische organisatie van ex-militairen die schendingen van het recht door het leger documenteert en steun krijgt van Misereor, de ontwikkelingsorganisatie van de Duitse bisschoppen.

Vrijheid van meningsuiting

B’Tselem en Breaking the Silence stonden vorig jaar in het middelpunt van een botsing tussen premier Benjamin Netanyahu en de toenmalige Duitse minister van Buitenlandse Zaken Sigmar Gabriel. De laatste was op bezoek in Israël en had zowel afspraken met de premier als met de twee organisaties. Netanyahu zette hem voor het blok: als je met die ‘anti-Israëlische organisaties’ praat, zeg ik onze afspraak af. Gabriel hield voet bij stuk. Netanyahu boycotte hem.

In het Israëlische schrijven wordt ook de Heinrich Böll Stiftung bekritiseerd, die steun geeft aan +972 Magazine. Dit Israëlische online magazine publiceert regelmatig kritische artikelen over Israëls politiek. Het is daarmee een belangrijke aanvulling op de over het algemeen regeringsvriendelijke media. Het moet volgens Israël van zijn financiering worden ontdaan omdat ‘de auteurs Israël regelmatig van apartheid beschuldigen’.

Ook het Berlijnse Filmfestival moet boeten voor het ruimte bieden aan ongewenste opvattingen. Het wordt volgens Taz verweten films te vertonen van ‘vermeende ondersteuners van de BDS-beweging’ en, net als het Joods Museum, ‘BDS-activisten te gast te hebben’. Een woordvoerder van het Joods Museum stelt tegenover Taz dat het museum de vrijheid van meningsuiting respecteert en een open debat nastreeft over alle relevante aspecten van de kwestie-Palestina/Israël, zodat Duitse burgers een gefundeerd eigen oordeel kunnen vellen.

NGO Monitor wellicht betrokken

Taz merkt op dat onduidelijk is van wie het schrijven precies afkomstig is. Het is, ‘zoals gebruikelijk voor niet-officiële werkdocumenten tussen regeringen’, niet ondertekend. De Duitse regering bevestigt aan de krant dat ze met Israël in gesprek is over de subsidiëring van niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) en dat Israël in dat verband ‘informatie heeft aangeleverd’, maar wil geen mededelingen doen over de afzender van het document.

In de dagen na de Taz-publicatie liet ook een Israëlische regeringswoordvoerder dat desgevraagd in het midden. Ook het kantoor van premier Netanyahu en de premier zelf verklaarden dat bij de Duitsers inderdaad wordt aangedrongen op het staken van steun aan organisaties, maar ook zij boden geen uitsluitsel over betrokkenheid bij het schrijven. Alleen het ministerie van Strategische Zaken, coördinator van Israëls ‘Oorlog tegen BDS’, liet Taz weten het document niet te hebben opgesteld.

Van meerdere kanten is de Duitse krant erop gewezen dat het stuk de geest ademt van NGO Monitor. Deze beruchte Israëlische organisatie, prominent onderdeel van de internationale ‘Israël-lobby’, is gespecialiseerd in het zwartmaken van ‘anti-Israëlische’ organisaties en werkt nauw samen met de Israëlische regering. Onlangs besteedden wij aandacht aan een rapport van de Israëlische Policy Working Group (PWG), waarin de kwalijke praktijken van NGO Monitor worden blootgelegd.

Europa-breed offensief

De Israëlische bemoeienis met het subsidiebeleid van de Duitse regering is onderdeel van een offensief dat tot doel heeft onwelgevallige opvattingen Europa-breed de kop in te drukken. Begin november eisten vooraanstaande lobby-organisaties en de Israëlische minister Ze’ev Elkin – nota bene zelf woonachtig in een illegale Israëlische kolonie – tijdens een conferentie in Brussel dat de Europese Unie de BDS-beweging en andere Israël-kritische stemmen de mond snoert.

In mei van dit jaar bestookte Israëls ministerie van Strategische Zaken Brussel met het rapport The Money Trail – The millions given by EU institutions to NGOs with ties to terror and boycotts against Israel. De informatie daarvoor was naar eigen zeggen afkomstig van NGO Monitor. In het rapport, in Nederland gepromoot door het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI), wordt een groot aantal NGO’s, waaronder het Nederlandse PAX, door het slijk gehaald en verdacht gemaakt.

In een harde reactie noemde EU-buitenlandchef Federica Mogherini de Israëlische beschuldigingen ‘ongefundeerd, misleidend en onacceptabel’. Dat neemt echter niet weg dat in meerdere Europese landen – onder meer Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk – overheden bereid blijken gehoor te geven aan de Israëlische druk, soms zelfs met enthousiasme. Ook in Nederland wordt permanent druk op overheden uitgeoefend om onwelgevallige geluiden te doen verstommen.

Israël geen liberale democratie meer

In Israël zelf is dit proces alarmerend ver voortgeschreden: mensen met onwelgevallige BDS-opvattingen – joods en niet-joods –belanden op zwarte lijsten en worden buiten de grenzen gehouden; organisaties als B’Tselem en Breaking the Silence wordt door middel van wetgeving het functioneren steeds meer bemoeilijkt; minister van Cultuur Miri Regev doet er alles aan om ‘niet-loyale’ film- en theatervoorstellingen, boekpresentaties en andere culturele uitingen te saboteren; en met de poging om via de Duitse regering het Israëlische internetmedium +972 Magazine van zijn financiering te beroven worden nu ook de media op de korrel genomen. De Israëlische democratie wordt stap voor stap uitgehold, luidt al jaren van veel kanten de waarschuwing.

Teken aan de wand is dat Israël dit jaar in de index van het Varieties of Democracy Institute (V-Dem Institute), de meest omvangrijke academische democratie-rangschikking ter wereld, degradeerde van ‘liberale democratie’ naar ‘electorale democratie’. In het Midden-Oosten en Noord-Afrika is er volgens V-Dem nog maar één staat die zich een liberale democratie mag noemen: Tunesië.

De expositie ‘Welcome to Jerusalem’ is nog tot 30 april 2019 in het Joods Museum in Berlijn te zien.

© 2007 - 2024 The Rights Forum / Privacy Policy