In de Gazastrook ontaardt het Israëlische geweld in een humanitaire catastrofe. Ook op de Westelijke Jordaanoever neemt het geweld van militairen en kolonisten tegen Palestijnen toe. Het risico op verdere escalatie groeit. Een update van de ontwikkelingen.
Zeker tienduizenden van de 1,1 miljoen Palestijnen in de noordelijke helft van de Gazastrook zijn op de vlucht geslagen na het Israëlische bevel om binnen 24 uur naar het zuiden te vertrekken, meldt de VN. De Israëlische deadline verliep afgelopen nacht.
Het Israëlische leger riep zaterdagochtend de nog niet vertrokken Palestijnen op dat alsnog te doen ‘als zij zichzelf niet in gevaar willen brengen, want we gaan met enorm geweld in de aanval’. In een in het Arabisch gesteld pamflet stelde het leger dat het vandaag tussen tien en vier uur twee wegen vanuit Gaza-stad naar het zuiden niet zou aanvallen. ‘Als u om uzelf en uw geliefden geeft, volg dan de instructie om naar het zuiden te gaan’, aldus de tekst.
Duidelijk is dat veel Palestijnen niet in staat of niet bereid zijn om te vertrekken. Onder hen zijn artsen, hulpverleners en VN-medewerkers die weigeren de bevolking in de steek te laten. Twee ziekenhuizen, waaronder een kinderziekenhuis, benadrukten vandaag onmogelijk te kunnen evacueren, aangezien de zorg die zij bieden in het zuiden niet aanwezig is. Het Rode Kruis/de Rode Halve Maan maakte bekend dat ook het Al-Quds-ziekenhuis in Gaza-stad niet zal worden ontruimd en de medici op hun post blijven.
Artsen zonder Grenzen reageerde vrijdagavond woedend nadat het van Israël twee uur de tijd had gekregen om het ziekenhuis waar het actief is te evacueren:
Onze collega’s behandelen hier nog steeds patiënten. Dit is schandalig. Het geweld en de aanvallen op de gezondheidszorg zijn ongekend. We moeten onze medewerkers en patiënten beschermen.
Israël verlengde de deadline vervolgens tot zes uur vanochtend. Artsen zonder Grenzen roept op tot instelling van veilige gebieden, zodat ziekenhuizen, hulpverleners en mensen die niet kunnen vluchten gegarandeerd veilig zijn. Niets wijst erop dat Israël daartoe bereid is.
VN-topman António Guterres verzocht Israël vrijdag het evacuatiebevel in te trekken. Hij stelde dat ‘zo’n massale evacuatie op zo’n korte termijn afschuwelijke humanitaire gevolgen kan hebben’ en er ‘een rampzalige escalatie voor de deur staat en we ons op een cruciaal kruispunt bevinden’.
Israël heeft alle toevoer van elektriciteit, water, brandstof, medicamenten en voedsel naar Gaza afgesloten. De strook zit al drie dagen in het donker en de meeste inwoners hebben geen schoon drinkwater meer; zij drinken brak water uit bronnen, aldus de VN. Guterres wees er verder op dat ongeveer de helft van de meer dan 400 duizend inwoners die al voor het evacuatiebevel ontheemd waren zich in VN-scholen in het noorden bevinden.
EU-buitenlandchef Josep Borrell sloot zich zaterdagochtend bij Guterres aan. Hij zei dat het ‘extreem gevaarlijk en vrijwel onmogelijk is om 1,1 miljoen burgers te evacueren door een dichtbevolkt oorlogsgebied naar een plaats zonder voedsel, water of onderdak in een gebied dat belegerd wordt’.
Voorzitster van de Europese Commissie Ursula von der Leyen lijkt intussen een eigen koers te varen, tot chagrijn van Europese diplomaten en politici. Op bezoek in Israël stelde zij dat ‘Europa achter Israël staat’, zonder het land op te roepen zich in acht te nemen. ‘Ik weet dat de manier waarop Israël reageert zal aantonen dat het een democratie is’, zei ze terwijl ze de hand van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu schudde.
Von der Leyen krijgt ook kritiek omdat zij eerder de Russische aanvallen op de infrastructuur van Oekraïne juist keihard veroordeelde. ‘Aanvallen op civiele infrastructuur zijn oorlogsmisaden’, zei ze toen. ‘Het afsnijden van burgers van water, elektriciteit en – met de winter in aantocht – verwarming zijn daden van pure terreur.’
Jordanië stelde zaterdag dat Israël de hele regio ‘in de afgrond van een breder conflict’ zal storten als het probeert Palestijnen uit Gaza te verdrijven – een reëel gevaar gezien de dreigende taal van Israëlische politieke en militaire kopstukken. Egypte houdt de grensovergang met Gaza grotendeels gesloten zolang geen duidelijke afspraken zijn gemaakt over de opvang van Palestijnse vluchtelingen. Vrijdag sprak het de zorg uit dat eventuele vluchtelingenkampen in de Egyptische Sinaï een permanent karakter zullen krijgen, zoals ook is gebeurd met de kampen waarin in 1948 en 1967 honderdduizenden Palestijnse vluchtelingen terechtkwamen. Die vluchtelingen zouden snel naar huis terugkeren, was de verwachting, maar daar worden zij door Israël tot op heden van weerhouden.
In een speciale overeenkomst met de Amerikaanse regering stelde Egypte zaterdagmiddag de grens open voor de naar schatting zeshonderd Palestijnse Amerikanen die in Gaza wonen. In de strook wonen ook zeker tien Palestijnse Nederlanders.
Demissionair premier Mark Rutte sprak zaterdag telefonisch met de Jordaanse koning Abdullah over de noodzaak regionale escalatie te voorkomen en ‘onschuldige burgers’ van Gaza van voedsel, water en medische zorg te voorzien. Rutte stelde dat ‘Israël het volste recht heeft zichzelf te verdedigen en actie te ondernemen, met inachtneming van proportionaliteit en het internationaal humanitair recht’ – voorwaarden waarvan Israël zich openlijk niets aantrekt.
Bij het voortgaande Israëlische offensief zijn volgens het ministerie van Gezondheid in Gaza tot dusver zeker 2.215 burgers omgekomen en circa achtduizend gewond geraakt. Een onbekend aantal slachtoffers ligt begraven onder verwoeste gebouwen en is onbereikbaar voor hulpverleners.
Meer dan 1.300 gebouwen met daarin 5.540 woningen en een onbekend aantal kantoren zijn volledig verwoest, aldus de stand van zaken vrijdagavond. Daarnaast hadden 3.743 woningen onherstelbare schade opgelopen. Ook vele tientallen scholen – waaronder twee scholen waarin vluchtelingen onderdak hadden gevonden – liepen schade op, en hetzelfde geldt voor moskeeën, kerken en water- en andere publieke voorzieningen.
Ook op de bezette Westelijke Jordaanoever is sprake van toenemend Israëlisch geweld. Daar vielen tot dusver zeker 53 Palestijnse doden en 1.100 gewonden bij invallen van bezettingstroepen in vluchtelingenkampen, steden en dorpen en geweld van Israëlische kolonisten. Van veel dorpen zijn de toegangswegen met bergen aarde door het leger afgesloten. Vrijdag werd het kantoor van hulporganisatie Right to Play bij een Israëlische luchtaanval verwoest, meldde het Algemeen Dagblad.
Vanuit Israëls illegale kolonies (‘nederzettingen’) voeren kolonisten, vaak geëscorteerd door militairen, veelvuldig aanvallen uit op Palestijnen. Zeker achttien dorpen zouden de afgelopen dagen zijn aangevallen, twee dorpen zouden inmiddels door de bewoners zijn verlaten.
Voorafgaand aan meerdere aanvallen op het dorp Qusra, in de omgeving van Nablus, ontvingen de inwoners schriftelijke waarschuwingen, onder meer een pamflet met een foto waarop negen gemaskerde kolonisten staan, vergezeld van de tekst: ‘Aan alle ratten in de riolen van het dorp Qusra, we wachten op jullie en we zullen geen medelijden met jullie hebben. De dag van wraak komt eraan.’
Afgelopen woensdag kwamen drie dorpsbewoners om en raakte een zesjarig meisje gewond bij een aanval van kolonisten die het vuur openden. Later op de dag schoot een militair een 13-jarige jongen dood. Zeker 15 dorpsbewoners liepen schotwonden op. De volgende dag vielen kolonisten de begrafenis van de doden aan. Daarbij werden volgens de Palestijnse autoriteiten twee Palestijnen doodgeschoten.
Vrijdag vond een aanval van kolonisten plaats op het dorp Al-Tuwani in de regio Masafir Yatta. Op filmbeelden die de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem publiceerde is te zien hoe een kolonist een Palestijn neerschiet. Het slachtoffer ligt in kritieke toestand in een ziekenhuis.
Vanuit de Gazastrook worden nog altijd met tussenpozen projectielen op Israël afgeschoten. Daarbij vielen zaterdag vijf gewonden; een van hen verkeert in kritieke toestand. Volgens sommige Israëlische media zou Israël van plan zijn de circa 30 duizend inwoners van Sderot, een van de circa twintig plaatsen die op 7 oktober door Hamas werden aangevallen, te evacueren. Het Israëlische dodental bedraagt volgens de Israëlische krant Haaretz ‘ruim 1.200’; de afgelopen dagen werd uitgegaan van zeker 1.300 doden.
Hamas wordt van veel kanten opgeroepen de circa 130 gegijzelden – naast Israëlische militairen ook burgers en een aantal buitenlanders – onvoorwaardelijk vrij te laten. Het gijzelen van burgers is een grove schending van het internationaal recht. Hamas is daar vooralsnog alleen toe bereid in het kader van een gevangenenruil. Volgens Hamas vonden in het afgelopen etmaal negen gegijzelden de dood door Israëlische bombardementen. Israëlische militairen zouden bij invallen in de strook de lichamen van enkele gegijzelden hebben meegenomen.
Volgens The New York Times en NBC News hadden Hamas-strijders die afgelopen weekend bij hun gruwelijke terroristische aanval omkwamen documenten bij zich waaruit zou blijken dat het hoofddoel van de operatie ‘het gevangennemen van militairen en burgers’ was. Die zouden door Hamas als ‘bargaining chips’ worden gebruikt. Een van de documenten droeg als datum oktober 2022. Daaruit blijkt nogmaals dat de operatie lang is voorbereid.
Uit de tientallen documenten, die via een Israëlische legerbron in handen van de Amerikaanse media zouden zijn gekomen, blijkt dat het aanvalsplan uiterst omvangrijk en gedetailleerd was, ook wat betreft de militaire bases die werden aangevallen. ‘De nauwkeurigheid zou iedereen in de inlichtingengemeenschap de mond doen openvallen’, aldus de legerbron.
Iedere Hamas-eenheid beschikte over een eigen plan. In sommige documenten zijn scholen en andere publieke ruimtes aangemerkt als specifiek doelwit. Een document in handen van NBC bevat de tekst ‘dood zoveel mogelijk’. De legerbron vertelde NBC dat de Hamas-strijders op dertig plekken door het zogenoemde ‘grenshek’ braken – een hoger aantal dan tot dusver bekend was gemaakt. NBC toont ook filmbeelden van een door Hamas in Gaza gebouwd dorpje, waar strijders de aanval oefenden.
Bij een Israëlische beschieting is vrijdag in het zuiden van Libanon Reuters-journalist Issam Abdallah gedood. Zes andere journalisten raakten gewond. Israël liet zaterdag weten dat het strijders van Hezbollah had beschoten en het voorval betreurde, maar het nam er geen verantwoordelijkheid voor. De gewonden zijn nog twee journalisten van Reuters, twee van het Franse persbureau AFP en twee van Al-Jazeera.
Volkskrant-journalist Jenne Jan Holtland was in buurt toen de beschieting plaatsvond. Volgens hem waren er geen strijders van Hezbollah in de nabijheid en is volstrekt onduidelijk waarom Israël de journalisten beschoot:
Ze deden daar gewoon hun werk toen ze werden beschoten vanuit Israël. Het is nog onduidelijk of dat door een gevechtshelikopter of een tank was, maar feit is dat ze tot twee keer toe onder vuur werden genomen.
De beschieting wijst in de richting van opzet, zegt Holtland: ‘Het Israëlische leger heeft een geschiedenis als het gaat om aanvallen waarbij journalisten omkomen.’ Hij verwijst naar de twintig journalisten die de afgelopen jaren door Israëlisch vuur om het leven kwamen. Relatief vers in het geheugen ligt de dood van Shireen Abu Akleh, die op 11 mei 2022 in Jenin door een Israëlische scherpschutter werd gedood.