Het Israëlische leger voert een campagne van totale ontmenselijking tegen Palestijnse burgers. UNRWA-medewerkers worden door marteling gedwongen verklaringen af te leggen tegen hun eigen organisatie.
Dat blijkt uit de getuigenissen van 1.503 Palestijnen die uit Israëlische gevangenschap terugkeerden naar Gaza. Zij maken deel uit van een onbekend aantal van vele duizenden Palestijnen die door Israëlische militairen in Gaza werden opgepakt. Na hun gevangenneming werden zij in vrachtwagens geladen en vervoerd naar locaties in Israël en daar ontmenselijkt en gemarteld.
Daarbij werd geen onderscheid gemaakt tussen kinderen, volwassenen, bejaarden, zieken en gewonden. Iedereen onderging dezelfde beestachtige behandeling, die door VN-hulporganisatie UNRWA in pijnlijk detail wordt beschreven. Eigendommen als geld, sieraden en ID-kaarten werden hen afgenomen en zelden teruggegeven. Duidelijk is dat sprake is van een institutioneel mechanisme dat tot op heden bestaat.
Onder de vrijgelaten gevangenen waren 23 medewerkers van UNRWA zelf. Zij getuigden dat zij gedwongen werden om valse verklaringen af te leggen tegen UNRWA – zoals over de vermeende betrokkenheid van UNRWA bij Hamas, en bij de aanval van Hamas op 7 oktober 2023. Al op 4 maart maakte NRC melding van deze praktijk.
Op 26 januari beschuldigde Israël twaalf UNRWA-medewerkers (op een totaal van 30 duizend) van dergelijke betrokkenheid. Alsof het zo was afgesproken zetten 16 landen, waaronder Nederland, daarop hun financiering van UNRWA stop. Zeven daarvan hebben die inmiddels hervat. Nederland blijft daarbij achter. Begin deze week riep een grote groep oud-ministers, (oud-)ambassadeurs en (oud-)diplomaten het kabinet op de financiering direct te hervatten.
In ons artikel hierover beschreven we de praktijk waarin Israël westerse steun voor Palestijnse hulporganisaties en ngo’s op basis van valse beschuldigingen tracht af te knijpen. De daartoe aangevoerde ‘bewijzen’ werden veelal door marteling en bedreiging verkregen.
Een voorbeeld beschreven wij in een uitgebreide analyse van een aanslag op een Israëlisch kolonistengezin. Die werd gebruikt om de internationale steun voor de Palestijnse landbouworganisatie UAWC te ondermijnen. De twee hoofdverdachten werden door Israël bijna doodgemarteld en zijn bijna vijf jaar later nog niet veroordeeld. Ondanks het gebrek aan bewijs stopte Nederland, als enige land ter wereld, zijn steun aan UAWC.
