Martijn de Rooi is redacteur en schrijver en werkt voor The Rights Forum.
12 oktober 2018 Lees meer overJournalist Bart Schut, redacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad, typeert een artikel van mijn hand als ‘antisemitische bagger’. Hij illustreert daarmee een centrale stelling in dat artikel: ‘Het als antisemiet aan de schandpaal nagelen van politieke tegenstanders is het favoriete wapen van de zogeheten Israël-lobby.’ Een analyse.
Journalist Bart Schut, redacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad, typeert een artikel van mijn hand als ‘antisemitische bagger’. Hij illustreert daarmee een centrale stelling in dat artikel: ‘Het als antisemiet aan de schandpaal nagelen van politieke tegenstanders is het favoriete wapen van de zogeheten Israël-lobby.’ Een analyse.
The times they are a-changin’, ook wat betreft de kwestie-Palestina/Israël. De tijd dat de bevolking klakkeloos ‘achter Israël stond’, zoals dat werd genoemd, is voorbij. Er zijn gelukkig steeds meer Nederlanders die vinden dat niet alleen Israëli’s rechten toekomen, maar ook Palestijnen. En dat alleen realisering van beider rechten een basis kan vormen voor de broodnodige rechtvaardige en duurzame vrede, en er hoe dan ook met spoed een eind moet worden gemaakt aan de bezetting en andere vormen van Israëlische overheersing van de Palestijnse bevolking.
Er zijn helaas ook nog altijd veel mensen en organisaties die vinden dat het opkomen voor Palestijnse rechten genadeloos moet worden bestreden. En dat Israëls belangen worden gediend door andersdenkenden verbaal de hersens in te slaan, bij voorkeur door hen uit te maken voor ‘anti-Israëlisch’, of liever nog voor antisemiet. Of die beschuldigingen enige grond hebben doet niet ter zake; het gaat om het uitschakelen van de verkondiger van het ongewenste nieuws. Het debat over de kwestie-Palestina/Israël biedt hierdoor nog altijd de troosteloze aanblik van een schiettent.
De hetze die in het Verenigd Koninkrijk wordt gevoerd tegen Jeremy Corbyn en zijn medestanders is een sprekend voorbeeld van dit shooting the messenger. De Labourleider staat bekend om zijn inzet voor de rechten van Palestijnen, en is een serieuze kanshebber op een toekomstig premierschap. Met massale en veelal ridicule beschuldigingen wordt geprobeerd hem ten val te brengen. Daarbij wordt Corbyn afgeschilderd als het vleesgeworden antisemitisme en ‘een existentiële bedreiging voor het joodse leven in het land’. De lastercampagne heeft een aantal prominente Labourleden de kop gekost, onder wie voormalig burgemeester van Londen Ken Livingstone.
In overleg met collega’s schreef ik hierover op 20 augustus op deze website een artikel, dat primair een reactie was op een column van Elma Drayer, die Corbyn in de Volkskrant op grond van onwaarheden in de hoek van het antisemitisme drukte. Drayer hakte eerder met dat bijltje en wekt daar in brede kring afschuw mee.
In mijn artikel trok ik een vergelijking met de werkwijze van de zogenoemde ‘Israël-lobby’, het internationale conglomeraat van pressiegroepen, politici, publicisten, donoren en Israëlische regering en ambassades dat het als zijn missie beschouwt critici van Israëls Palestinapolitiek monddood te maken. Ik schreef onder andere: ‘Het als antisemiet aan de schandpaal nagelen van politieke tegenstanders is het favoriete wapen van de zogeheten Israël-lobby.’
Kort na publicatie van mijn artikel demonstreerde ook Bart Schut, redacteur bij het Nieuw Israëlietisch Weekblad (NIW), deze werkwijze. In een tweet noemde hij Corbyn een ‘jodenhater’ en mijn artikel ‘antisemitische bagger’. Hij stelde The Rights Forum voor als een duistere organisatie, die zich altijd verborgen heeft gehouden achter ‘een vriendelijk masker’, maar nu haar ware aard toont.
Op 31 augustus deed Schut er nog een schepje bovenop met een artikel op de website van het NIW, getiteld ‘The Rights Forum radicaliseert’. Het stuk is een parade van onjuistheden, verdachtmakingen en beschuldigingen. Aan argumenten waarom mijn weerlegging van Drayers aantijgingen aan het adres van Corbyn niet zou deugen komt Schut niet toe. Net als Drayer toont hij dat het hem niet om argumenten en debat gaat, maar om het met antisemitisme en terrorisme associëren van mensen en organisaties met onwelgevallige opvattingen.
In mijn artikel sprak ik ook de Volkskrant aan op de column van Drayer. Ik vind dat een krant die zegt door middel van columns een open debat te willen stimuleren de verantwoordelijkheid heeft de elementaire grenzen van fatsoen, van zindelijkheid te bewaken. En derhalve geen ruimte mag bieden aan lasterpraat die tot doel heeft opponenten uit te schakelen en het debat juist te vergiftigen en onmogelijk te maken. Om diezelfde reden vraag ik me af wat het NIW heeft bewogen het artikel van Schut te publiceren.
In het onderstaande ga ik gedetailleerd in op de beschuldigingen van Schut. Het besmeuren van The Rights Forum vraagt om een grondige repliek. Dat geldt ook voor het besmeuren van ondergetekende, opgegroeid in een gezin en milieu dat zwaar te lijden heeft gehad onder de Holocaust, en nu door Schut uitgemaakt voor producent van ‘antisemitische bagger’.
De schade die mensen als Drayer en Schut aanrichten overstijgt het niveau van personen en organisaties. Met het tot antisemiet bombarderen van Jan en alleman wordt het begrip ‘antisemitisme’ uitgehold en verliest het zijn betekenis. Waakzaamheid voor en bestrijding van antisemitisme zijn belangrijk, zoals dat geldt voor alle vormen van racisme. Ondermijning van het begrip ondermijnt ook die bestrijding. Het exploiteren van het begrip teneinde mensen met onwelgevallige opvattingen over de kwestie-Palestina/Israël het zwijgen op te leggen is een kwalijk fenomeen, dat om collectieve afkeuring en bestrijding vraagt.
In het onderstaande ga ik in op het NIW-artikel van Schut. Per passage, hieronder steeds cursief gezet, lever ik er commentaar op. Gaandeweg wordt duidelijk hoezeer Schuts opeenstapeling van onwaarheden en verdachtmakingen de werkwijze van de Israël-lobby en de campagne tegen Corbyn weerspiegelt. Zijn artikel is een interessante case study van de modus operandi van het internationale lobbywezen.
Schut: ‘Het masker van het zich als respectabel presenterende The Rights Forum valt steeds verder af, nu deze BDS-organisatie zich op zijn website vierkant achter de antisemitische Labourleider Jeremy Corbyn opstelt.’
Dit is de introductie van het artikel. Schut zet de toon door The Rights Forum af te schilderen als ‘een BDS-organisatie’ die wordt ‘ontmaskerd’ als fanatiek verdediger van de ‘jodenhater’ Jeremy Corbyn. De dreiging hangt meteen dik in de lucht.
Opgemerkt zij dat de internationale BDS-beweging een prominent doelwit is van de Israëlische overheid en de Israël-lobby. Deze op Palestijns initiatief tot stand gekomen beweging wil Israël door middel van boycots, desinvesteringen en sancties (BDS) dwingen de rechten van de Palestijnen en het internationaal recht te respecteren. Israël en de Lobby bestrijden haar in een zelfverklaarde ‘Oorlog tegen BDS’, onder andere door haar systematisch als antisemitisch te brandmerken. Waarbij allerlei organisaties met onwelgevallige opvattingen over Israël/Palestina voor het gemak als ‘BDS-organisatie’ worden aangemerkt.
Is The Rights Forum een ‘BDS-organisatie’? Nou, nee. Wij ontlenen ons bestaansrecht niet aan het organiseren of stimuleren van BDS-activiteiten. Wel pleiten we voor internationale sancties tegen Israël vanwege zijn aanhoudende schendingen van het recht, zoals die ook tegen andere landen worden getroffen die dat recht schenden (en bijvoorbeeld ook tegen Hamas). Daarnaast vinden wij dat er een verbod moet komen op de import van producten uit de door Nederland en de internationale gemeenschap als illegaal beschouwde Israëlische kolonies (‘nederzettingen’), en dat er op geen enkele manier steun mag worden verleend aan wat wordt aangeduid als de ‘bezettingseconomie’.
Onze standpunten zijn geworteld in het internationaal recht, en wij zien de maatregelen als een noodzakelijk middel om Israël tot erkenning van de Palestijnse rechten en tot vrede te dwingen. Voor alle duidelijkheid: voor Palestijnen gelden in onze optiek dezelfde rechten en plichten als voor Israëli’s.
Het dragende element in de introductie van Schut is het vonnis dat hij, zonder ook maar een poging tot onderbouwing te doen, over Corbyn uitspreekt: de man is een antisemiet, dat staat vast. Door dat als uitgangspunt te nemen belandt iedereen die er anders over denkt als sympathisant met het antisemitisme in het verdachtenbankje. Schut voegt zich met zijn stellingname aan de zijde van de rabiate bestrijders van Corbyn in het Verenigd Koninkrijk. In mijn artikel van 20 augustus liet ik zien dat veel beschuldigingen aan het adres van Corbyn kant noch wal raken, en dat de tegen Corbyn en andere Labourkopstukken gevoerde campagne het karakter heeft van een heksenjacht.
Veelzeggend is in dit verband dat uit onderzoek blijkt dat antisemitisme onder de aanhang van andere Britse politieke partijen (de Conservatieven en de UKIP) wijder verbreid is dan binnen Labour – zie bijvoorbeeld het vorig jaar verschenen rapport Antisemitism in contemporary Great Britain van het Institute for Jewish Policy Research. Maar deze partijen worden met rust gelaten. De toorn daalt exclusief neer op de partij waarbinnen antisemitisme het minst voorkomt.
Schut: ‘The Rights Forum beschouwt zichzelf als journalistiek medium, is te lezen op de website van deze BDS-organisatie en dit wordt ook bevestigd door directeur Jan Keulen.’
Voor zover dat niet bekend mocht zijn: The Rights Forum beschouwt het bieden van nieuws en analyses als een van zijn taken. We berichten met regelmaat over de kwestie-Palestina/Israël, en dan met name over onderwerpen en ontwikkelingen die naar ons oordeel belangrijk zijn voor een goed begrip van de kwestie en in de reguliere media onderbelicht blijven.
Schut: ‘Vooralsnog lijkt deze ‘journalistiek’ zich te beperken tot het verdedigen van antisemitische personen en organisaties.’
We zijn pas bij de derde zin als Schut met deze even bizarre als vileine uitspraak ten tweeden male een antisemitisme-konijn uit de hoed tovert. Zijn aantijging treft niet alleen The Rights Forum, maar ook mij, inhoudelijk verantwoordelijk voor wat Schut denigrerend ‘deze “journalistiek”’ noemt, persoonlijk. Het minste dat nu van hem mag worden verwacht is dat hij deze beschuldiging onderbouwt. In hoeveel van onze honderden nieuwsberichten heeft hij ‘het verdedigen van antisemitische personen en organisaties’ vastgesteld, en waar ging het precies om? Welke antisemitische personen en organisaties zijn concreet door The Rights Forum verdedigd, in welk verband en op welke manier?
Opmerkelijk is overigens de transformatie die Schut de afgelopen jaren op dit punt heeft ondergaan. In 2013 sprak hij zich in een artikel getiteld ‘Flikker toch op met je antisemitisme’ scherp uit tegen wat hij noemde ‘het bij gebrek aan argumenten massaal trekken van de antisemitismekaart door de Israël-lobby’, het armoedige gebruik waaraan hij zich nu zelf bezondigt. ‘Kritiek op Israël is geen jodenhaat’, schreef hij in dat vorige leven. Ook zijn huidige chef Esther Voet, destijds directeur van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI), kreeg er in zijn stuk van langs.
Schut: ‘En dat nog anoniem ook, het Forum vermeldt geen auteur onder zijn artikelen.’
De nieuwsberichten op de site van The Rights Forum worden sinds anderhalf jaar door verschillende mensen (en soms gezamenlijk) geschreven en namens de gehele organisatie gepubliceerd. Op de inhoud is The Rights Forum aanspreekbaar. Opiniestukken worden altijd persoonlijk ondertekend.
Schut: ‘Na telefonische navraag wil Keulen eerst contact opnemen met de auteur van een recent artikel waarin Volkskrant-columniste Elma Drayer wordt aangevallen omdat zij Labourleider Jeremy Corbyn afrekent op zijn antisemitische uitspattingen.’
Schut herhaalt zijn eerdere beschuldiging: Corbyn bezondigt zich aan ‘antisemitische uitspattingen’, en daarop zou Elma Drayer hem hebben ‘afgerekend’. In werkelijkheid rekende Drayer Corbyn helemaal niet af op ‘antisemitische uitspattingen’, maar probeerde ze hem die juist aan te wrijven, zoals Schut probeert dat met The Rights Forum te doen.
Zo beweerde Drayer dat Corbyn nog nooit heeft gezegd dat joden hetzelfde recht op zelfbeschikking hebben als Palestijnen; dat hij wilde dat Labour een uitgeklede versie van de term jodenhaat tot leidraad zou nemen; en dat Corbyn in Tunis een bijeenkomst van Zwarte September bijwoonde. In mijn artikel liet ik zien dat Drayer in al deze gevallen fake news presenteerde. Het staat iedereen, ook Bart Schut, vrij daar inhoudelijk op in te gaan. Maar in zijn artikel besteedt Schut geen woord aan mijn argumenten.
Schut: ‘“Er is niets geheimzinnigs aan, hoor,” zegt Keulen aan de telefoon wanneer ik naar de naam van de auteur informeer. Als ik hem erop wijs dat het in de journalistiek usance is elkaar met open vizier te bestrijden, antwoordt de Forum-directeur dat hij toch eerst even contact met de schrijver van het betreffende stuk wil hebben: “Jij bent immers van het NIW.”’
Het is interessant dat Schut het onderwerp ‘journalistieke usance’ aansnijdt. Zo is het journalistieke usance dat Jan Keulen contact met mij zocht alvorens mijn naam door te geven. Journalistieke usance is ook om elkaar met argumenten te bestrijden, en niet op basis van verdachtmakingen en onwaarheden. Wie zich daar, zoals Schut, niets aan gelegen laat liggen, hoeft zich al helemaal niet te verbazen dat de buitenwereld niet klakkeloos namen van medewerkers prijs geeft. De kans bestaat immers dat die vervolgens door het slijk worden gehaald.
Schut: ‘Het beloofde telefoontje met de naam van de schrijver van het pro-Corbynstuk blijft echter uit.’
Nog voor Jan Keulen mij telefonisch kon bereiken verscheen het eerdergenoemde bericht van Schut op Twitter, waarin hij mijn artikel ‘antisemitische bagger’ noemde. Schut vindt het kennelijk raar dat Keulen hem daarna niet alsnog mijn naam heeft doorgegeven.
Schut: ‘Gespeculeerd wordt er wel: de naam van Anja Meulenbelt waart rond nadat zij het artikel heeft gedeeld op sociale media, Rights Forum-sympathisant en schrijver Ramsey Nasr wordt genoemd, maar het NIW krijgt een betrouwbare tip dat het zou gaan om Martijn de Rooi, redacteur en schrijver, die eerder voor The Rights Forum pareltjes als ‘Als Gaza Joods was’ en ‘SGP ondermijnt bestrijding antisemitisme’ produceerde.’
Kennelijk heeft Schut problemen met mijn opiniestukken ‘Als Gaza joods was’ en ‘SGP ondermijnt bestrijding antisemitisme’. Het is zoals gezegd journalistieke usance elkaar met argumenten te bestrijden, maar ook in dit geval laat Schut het inhoudelijk volledig afweten.
Schut: ‘Volgens Keulen kennen de Volkskrant en Elma Drayer zelf wél de identiteit van de geheimzinnige auteur van het artikel dat op 20 augustus op zijn website verscheen, maar desgevraagd zegt Drayer van niets te weten.’
Nog voor ik het artikel schreef heb ik de Volkskrant per mail mijn mening over het publiceren van de column van Elma Drayer gegeven. In reactie daarop vroeg de krant toestemming om mijn mail aan Drayer door te sturen en haar reactie te vragen. Die toestemming heb ik gegeven, en de krant meteen verzocht haar op mijn inmiddels verschenen artikel te wijzen, met de expliciete vermelding dat ik de schrijver daarvan was. Wij gaan ervan uit dat de krant Drayer heeft geïnformeerd.
Schut: ‘Wel geeft zij aan dat ze de meeste hatelijke reacties op haar columns ongeopend weggooit.’
Het is moeilijk te geloven dat Drayer een mail van de Volkskrant schaart onder ‘hatelijke reacties die ongeopend worden weggegooid’.
Schut, Elma Drayer citerend: ‘“Het artikel van The Rights Forum lezen? Daar begin ik niet aan. Wel is het ontzettend laf om anoniem zo’n aanval op mij te publiceren.”’
Kritiek op haar artikel lezen, daar begint Elma Drayer niet aan. Een vreemde opvatting voor een journalist.
Over ‘laf’ gesproken: wat ík laf vind is hoe Drayer mensen op grond van onwaarheden publiekelijk in de hoek van het antisemitisme plaatst, en hoe Schut The Rights Forum openlijk stigmatiseert als een organisatie die ‘antisemitische personen en organisaties verdedigt’, en mij als een persoon die ‘antisemitische bagger’ schrijft.
Schut: ‘Dan de inhoud. Die laat aan duidelijkheid weinig te wensen over: Drayer is niet meer dan een spreekbuis van de ‘Israëllobby’, die het zich tot doel heeft gesteld een hetze tegen de volledig onschuldige Corbyn te voeren.’
Schut neemt hier opnieuw een loopje met de feiten. Drayer is in mijn artikel niet opgevoerd als ‘spreekbuis van de Israël-lobby’. In mijn stuk trek ik een parallel tussen haar werkwijze, de Britse campagne tegen Corbyn en het opereren van de Israël-lobby. Het staat iedereen vrij die parallel inhoudelijk te weerleggen – ook Drayer en Schut.
Verder is er inderdaad sprake van een hetze tegen Corbyn, waaraan Drayer met haar column een aandeel leverde, zoals ik in mijn artikel onderbouwde. Doel van het artikel was niet om, zoals Schut suggereert, Corbyn als ‘volledig onschuldig’ te promoten, maar om het gooi- en smijtwerk van Drayer en anderen aan de kaak te stellen.
Schut: ‘Blijkbaar gaat het zelfs The Rights Forum te ver over de ‘Joodse lobby’ te spreken, maar opdat de lezer weet om wie het gaat, gebruikt de anonieme auteur wel steevast een hoofdletter: de ‘Lobby’, dus.’
Deze zin is een schoolvoorbeeld van suggestief taalgebruik, van verdachtmakingen die niet letterlijk worden uitgesproken. Let om te beginnen op het woord ‘zelfs’, waarmee The Rights Forum bij voorbaat in een extreme hoek wordt geplaatst.
Vervolgens voert Schut zonder aanleiding ‘de Joodse lobby’ op, die in mijn artikel niet voorkomt. In mijn stuk gaat het over wat algemeen bekendstaat als ‘de Israël-lobby’, diezelfde Israël-lobby waarop Schut in 2013 zelf zijn pijlen richtte. Daarvan maken weliswaar joden deel uit, maar ook niet-joden – denk aan de PVV, de SGP en de Christenen voor Israël. Bovendien vertegenwoordigt de Israël-lobby niet de joodse gemeenschap, en is haar handelen zelfs schadelijk voor die gemeenschap. Een bekend bezwaar tegen het begrip ‘Joodse Lobby’ is tenslotte dat het refereert aan klassieke antisemitische thema’s als de ‘joodse samenzwering’ en het ‘joods complot’.
The Rights Forum raadt het gebruik van het begrip daarom af. Maar Schut ziet reden het op te voeren, en die reden wordt in het vervolg van de zin duidelijk: daardoor kan hij suggereren dat ik eigenlijk ‘Joodse lobby’ bedoel als ik het over de Israël-lobby heb. Het op deze suggestieve wijze verdacht maken van mensen en organisaties is een handelsmerk van de Israël-lobby.
Terzijde nog dit: als Schut enigszins geïnformeerd is, en daar wil ik graag van uitgaan, weet hij dat het heel gebruikelijk is om het begrip ‘Israël-lobby’ af te wisselen met het kortere ‘Lobby’. De bekende vierdelige documentaire van Al-Jazeera over de Britse Israël-lobby heet bijvoorbeeld ‘The Lobby’. Als het begrip ook nog eens, zoals in mijn artikel, nauwkeurig wordt gedefinieerd, is niet in te zien wat daar op tegen zou zijn.
Schut: ‘Waarom Drayer zo gretig het vuile werk van ‘de Lobby’ op zou knappen blijft onduidelijk.’
Dat wordt in mijn artikel dan ook niet beweerd. Schut blijft hiermee op de suggestieve toer: alsof ik Drayer opvoer als een instrument van ‘de Lobby’ (misschien wel van ‘de Joodse lobby’!).
Schut: ‘Het is blijkbaar ook niet zo belangrijk, het gaat The Rights Forum erom dat de Israëllobby schimmig en machtig is, zoals ook te lezen is in een artikel van Noam Chomsky dat de website vorige week publiceerde.’
Schut gaat op suggestieve voet voort. Nu zou het The Rights Forum ‘erom gaan dat de Israël-lobby schimmig en machtig’ is. Wat dat betekent blijft onduidelijk, maar de indruk wordt gewekt dat The Rights Forum zijn best doet de Lobby af te schilderen als een wat duister, machtig geheel – een beeld dat refereert aan dat van de ‘joodse samenzwering’.
De ironie wil, en dat weet Schut ook, dat de internationale Israël-lobby machtig en ten dele ook buitengewoon schimmig is. De genoemde documentaire van Al-Jazeera maakt dat duidelijk, evenals de – nog niet op tv uitgezonden – documentaire van Al-Jazeera ‘The Lobby – USA’, en bijvoorbeeld ook de oudere documentaire ‘De Israël-lobby’ van Marije Meerman en het rapport ‘The Israel lobby and the European Union’ (EuroPal Forum, 2016).
In november 2017 publiceerden wij een uitvoerige inventarisatie van de activiteiten die de Israëlische regering in samenwerking met de Lobby ontplooit tegen burgers en organisaties. Een veelzeggend kijkje in de lobbykeuken biedt ook het onlangs verschenen rapport ‘Shrinking space’ van de Israëlische Policy Working Group, waarin de destructieve praktijken worden geanalyseerd van NGO Monitor, een prominente lobby-organisatie met nauwe banden met de Israëlische regering.
Schut glijdt in bovenstaand citaat nogmaals uit door te stellen dat The Rights Forum een artikel heeft gepubliceerd van Noam Chomsky, waarin die de Lobby als ‘machtig en schimmig’ afschildert. The Rights Forum heeft echter nooit een artikel van Chomsky gepubliceerd. Wel heeft het een bericht gewijd aan een Amerikaans televisie-interview met Chomsky. Maar daarin gebruikte hij noch het begrip ‘Israël-lobby’, noch verwijzingen naar schimmige praktijken. Integendeel: Chomsky had het over de enorme invloed die de Israëlische regering open en bloot en tot enthousiasme van een groot deel van het Amerikaanse Congres op het beleid van de VS uitoefent.
Schut: ‘De reden dat The Rights Forum zo fel ageert tegen de ‘lastercampagne’ tegen en het ‘besmeuren’ van Corbyn wordt al snel duidelijk. De vergelijkingen van de Labourleider tussen Israël en nazi-Duitsland en zijn vriendschappelijke relatie met Palestijnse terreurorganisaties zouden zo van de website van het Forum zelf kunnen komen.’
Opnieuw een vilein staaltje stemmingmakerij van Schut, dat zo afkomstig kan zijn uit het staalboek van de Lobby. Hij suggereert dat ‘vergelijkingen tussen Israël en nazi-Duitsland’ en een ‘vriendschappelijke relatie met Palestijnse terreurorganisaties’ onderdeel zijn van de habitat van The Rights Forum. Ook in dit geval is het nu aan hem deze bewering te onderbouwen. Waar en hoe vaak heeft hij op onze website vergelijkingen tussen Israël en nazi-Duitsland aangetroffen? Waaruit is hem precies gebleken dat The Rights Forum vriendschappelijke relaties met terreurorganisaties onderhoudt, en om welke organisaties gaat het?
Schut: ‘Om Corbyn te verdedigen gaat de anonieme auteur ver, zeer ver. De beruchte uitspraak van Corbyn-bondgenoot en oud-burgemeester van Londen Ken Livingston dat Hitler pro-zionistisch was voordat ‘hij gek werd en zes miljoen Joden vermoordde’ noemt de auteur een ‘historisch feit’.’
Met zijn ‘beruchte uitspraak’ verwees Ken Livingstone inderdaad naar een historisch feit, zoals onder meer blijkt uit het artikel van publicist en academicus Jamie Stern-Weiner waarnaar ik in mijn artikel verwees. Waarom gaat het ‘ver, zeer ver’ om hardop te zeggen dat het nazi-regime in de jaren dertig voorstander was van emigratie van Duitse joden naar Palestina, en daarover besprekingen voerde met de zionistische beweging? Wil Schut deze episode uit de geschiedenisboeken gewist zien? Te pijnlijk? Te onhandig?
Schut: ‘De ophef hierover is niet meer dan ‘hysterie’, is verder te lezen.’
Als de ophef zich had gericht op de woordkeus van Livingstone was die misschien nog te begrijpen geweest. Maar waar de situatie vroeg om argumenten en debat, werd Livingstone zonder omwegen beschuldigd van antisemitisme, verdediging van het gedachtegoed van de nazi’s en pogingen de geschiedenis te herschrijven. Dat is wat ik nu opnieuw ‘hysterie’ noem.
Schut: ‘Ook parlementslid Naseem Shah is slachtoffer van ‘de Lobby’, vindt men bij het Rights Forum. Shah zou onterecht het label ‘antisemiet’ opgeplakt hebben gekregen, na haar uitspraken over het verplaatsen van alle Joden in Israël naar de VS als oplossing voor het conflict met de Palestijnen. Het is opvallend dat de anonieme auteur Shah verdedigt, aangezien Shah zelf met zoveel woorden heeft toegeven dat haar uitspraken inderdaad antisemitisch waren.’
Opnieuw maakt Schut er een potje van. Het is zonneklaar dat Naz Shah ten onrechte van antisemitisme werd beschuldigd en het slachtoffer werd van een gerichte aanval uit de hoek van de Lobby. Zoals ook duidelijk is dat Shah allesbehalve schuld heeft bekend aan antisemitisme, zoals Schut beweert, ook niet ‘met zoveel woorden’. De feiten spreken voor zich:
De ophef rond Shah draaide om een illustratie van een plattegrond van de VS waarin wat knullig de omtrek van Israël was gemonteerd, onder de kop ‘Solution for the Israel-Palestine Problem’. De plattegrond is een welbewuste provocatie, in reactie op de Israëlische inspanningen om steeds meer Palestijns land in beslag te nemen en de vorming van een Palestijnse staat onmogelijk te maken. De illustratie was in 2014 online gezet door de bekende Amerikaans-joodse politicoloog en publicist Norman Finkelstein, en door Shah op Facebook gedeeld.
Twee jaar later, toen Shah inmiddels in het Lagerhuis zat, werd de Facebookpost boven water gehaald en Shah ervan beschuldigd alle joden naar de VS te willen deporteren. Net als Livingstone werd ze direct als antisemiet aan het kruis genageld en door een partijgenoot vergeleken met Adolf Eichmann. Labour schorste haar en ze moest haar meeste parlementaire taken neerleggen. Finkelstein, die vanwege zijn opvattingen in Israël persona non grata is, was de eerste om de campagne tegen Shah ‘obsceen’ te noemen.
Shah moest diep door het stof om weer door de partij in genade te worden aangenomen. Maar anders dan Schut beweert gaf ze niet ‘met zoveel woorden toe dat haar uitspraken inderdaad antisemitisch waren’. In het Lagerhuis zei ze dat ze begreep, en dat het haar zeer speet, dat haar woorden bij de joodse gemeenschap als schokkend en pijnlijk waren overgekomen. ‘Antisemitism is racism. Full stop’, zei ze ook.
Schut: ‘De auteur haalt ditzelfde trucje nog eens uit wanneer hij ontkent dat Corbyn een krans gelegd zou hebben bij de graven van twee leden van de terreurbeweging Zwarte September in Tunis. Opnieuw: de Labourleider heeft inmiddels zelf toegegeven dat hij dat wel degelijk heeft gedaan.’
Beweren dat Corbyn ‘zelf heeft toegegeven’ de bewuste krans te hebben gelegd om mij daarna te kunnen betichten van het verdraaien van de werkelijkheid (een ‘trucje’) – dát is hier het trucje. Corbyn maakte half augustus bij de BBC en in een tweede televisie-interview ten overvloede duidelijk wat hij op 1 oktober 2014 in Tunis en op de begraafplaats deed en voor wie hij daar een krans heeft gelegd, en dat was niet voor de door Schut genoemde ‘leden van de terreurbeweging Zwarte September’.
Het systematisch verdraaien van Corbyns verhaal over de kranslegging, waarvan ook Schut zich hier bedient, staat centraal in de klacht die Labour bij de Independent Press Standards Organisation (IPSO) heeft ingediend tegen zes Britse bladen. Voor de overtreffende trap zorgde overigens Elma Drayer, die zonder blikken of blozen beweerde dat Corbyn in Tunis een plechtigheid van de in 1974 opgeheven Zwarte September bijwoonde.
Schut: ‘In de urgentie het antisemitisme binnen Labour te verdedigen weet men bij The Rights Forum blijkbaar beter wat de Labourleiders deden of bedoelden dan zij zelf.’
Schut zegt het nog maar eens, opdat zijn waarschuwing goed wordt gehoord: de medewerkers van The Rights Forum, ook de joden onder hen, houden zich ‘met urgentie’ bezig met ‘het verdedigen van antisemitisme’.
Met soortgelijke stemmingmakerij worden wereldwijd organisaties en personen die zich inzetten voor de vrijheid van niet alleen Israëli’s, maar ook Palestijnen, als een soort vijfde colonne verdacht gemaakt door filialen van de Lobby. In Nederland liggen de lastercampagnes tegen minister Sigrid Kaag en oprichter van The Rights Forum Dries van Agt nog vers in het geheugen. In de Tweede Kamer schamen meerdere partijen zich er niet voor de complete BDS-beweging antisemitisch te noemen en ervoor te pleiten ‘BDS-organisaties’ van hun subsidie te beroven.
Een paar maanden geleden deed de Israëlische regering datzelfde op Europese schaal met het misleidende en lasterlijke rapport ‘The Money Trail’. Die Israëlische campagne werd, van NGO Monitor tot CIDI, enthousiast gesteund door de Lobby en kreeg in de Tweede Kamer bijval van de SGP en de ChristenUnie, die in Kamervragen op subsidiestops aandrongen. De parallellen met de wijze waarop in Israël oppositie tegen de regeringspolitiek de kop wordt ingedrukt zijn opvallend.
Schut: ‘Over Zwarte September gesproken, volgens de anonieme auteur was het bloedbad onder Israëlische atleten tijdens de Olympische Spelen van 1972 niet zozeer aan de Palestijnse terroristen te wijten, maar ‘een gevolg van een amateuristische bevrijdingsactie van de Duitse politie’. Dat de terroristen de ongewapende en geboeide Israëli’s in koelen bloede met kalasjnikovs en granaten vermoordden, wil men bij The Rights Forum liever niet weten, net zo min als het feit dat gewichtheffer Yossef Romano door de terroristen werd gecastreerd. Volgens de auteur wilden de Palestijnen immers niets meer dan ‘gevangenen uitruilen’.’
Het leerzame aan deze passage is dat ze een belangrijk uitgangspunt van de Israël-lobby illustreert: of verdachtmakingen enige grond hebben speelt geen rol, de kunst is om alles aan te grijpen om tegenstanders in een kwaad daglicht te stellen, hoe vergezocht en onterecht ook. Het schiettentmodel, of misschien is ‘stenigingsmodel’ een nog toepasselijker benaming: bekogel ze met alles wat je maar kunt oprapen en zorg dat de stapel zo hoog wordt dat de patiënt bezwijkt.
Wat Schuts absurde aantijging betreft: de eerste van de vier zinnen die ik in mijn artikel aan Zwarte September en het bloedbad in München wijdde luidde: ‘Die militante Palestijnse organisatie was in de jaren 1971-1974 verantwoordelijk voor diverse aanslagen, alsmede voor de gijzeling en dood van leden van de Israëlische delegatie bij de Olympische Spelen van 1972 in München.’ Om dan The Rights Forum te verwijten ‘liever niet te willen weten’ dat de terroristen de gegijzelde Israëli’s doodden, getuigt opnieuw van kwade wil.
Dat het de bedoeling van de gijzelnemers was de Israëli’s te ruilen tegen Palestijnse en andere gevangenen, en het uiteindelijke bloedbad het gevolg was van amateuristisch ingrijpen van de Duitse politie, staat als een paal boven water. De Encyclopaedia Britannica omschrijft de eisen van de Palestijnse gijzelnemers als volgt: ‘The terrorists demanded the liberation of more than 200 Palestinians held in Israeli prisons, the release of Andreas Baader and Ulrike Meinhof of the Red Army Faction from German prisons, and the provision of an airplane to fly them to a safe destination in the Middle East.’ De amateuristische bevrijdingsactie van de Duitse politie wordt door de Encyclopaedia in detail beschreven en als volgt samengevat: ‘With myriad failures in both planning and execution, the result was a disaster on virtually every level.’
Schut: Gezien de sympathie die het Forum hier toont voor terroristen die Joden vermoord(d)en is het misschien begrijpelijk dat de anonieme auteur weigert in te gaan op Corbyns nauwelijks nog bij te houden banden met Hamasleden, of op zijn relatie met verschillende Holocaustontkenners.
Interessant aan deze episode in Schuts missie ons het aureool van antisemitische terroristenvrienden aan te meten is zijn opschaling van de slachtoffers van ‘München’ van ‘Israëli’s’ naar ‘joden’. De terroristen voor wie wij volgens Schut ‘sympathie tonen’ hadden volgens hem geen politieke, maar antisemitische drijfveren.
Het vereenzelvigen van ‘Israëlisch’ met ‘joods’ is een specialiteit van Israël en de Lobby, bedoeld om Israël-critici van antisemitisme te kunnen beschuldigen. Ze komt voor in diverse giftige varianten. We zagen het hierboven al in de metamorfose van ‘Israël-lobby’ in ‘joodse lobby’. Andere verschijningsvormen zijn de typering van de illegale Israëlische kolonies in bezet gebied als ‘joodse nederzettingen’, en premier Netanyahu’s claim niet uit naam van de staat Israël, maar uit naam van alle joden ter wereld te spreken en handelen – ook met betrekking tot de onderdrukking van de Palestijnen.
Verder lijkt Schut met de term ‘vermoord(d)en’ te willen suggereren dat Zwarte September 44 jaar na zijn ontbinding op geheimzinnige wijze nog actief is. En alsof het allemaal nog niet eng genoeg is, zou ik volgens hem ook nog eens ‘weigeren’ in te gaan op Corbyns ‘banden met Hamasleden en Holocaustontkenners’. Die banden maken overigens nieuwsgierig naar Schuts visie op de omgang met Nakba-ontkenners en personen uit de kringen van extremistische Israëlische partijen als Het Joodse Huis. Moeten onze politici iemand als minister Ayelet Shaked van Justitie uit de weg gaan? Of hoeven we niet consequent te zijn en gaat het alleen om Corbyn?
Schut: ‘Nee, dan Elma Drayer, volgens het artikel maakt zij zich schuldig aan ‘karaktermoord met voorbedachten rade’ en de Volkskrant-redactie wordt opgeroepen ‘kritisch naar haar columns te kijken’. De boodschap is duidelijk: The Rights Forum wil niet dat Drayer ruimte krijgt haar opinie uit te dragen. Dit is opvallend voor een ‘journalistiek medium’ dat zelf zegt voor de vrijheid van meningsuiting (van bijvoorbeeld Corbyn) op te komen.’
Is het heus? Wil The Rights Forum Drayer het zwijgen opleggen? De vrijheid van meningsuiting inperken? Ongewenste stemmen tot zwijgen brengen? Enne, vorderen we een beetje met die operatie?
Ons beroep op de Volkskrant heeft niets te maken met het willen beperken van Drayers ‘ruimte om haar opinie uit te dragen’. Wij spreken de krant aan op het bieden van ruimte aan evidente leugens en zwartmakerij. Wij vinden een open inhoudelijk debat over zowel antisemitisme als de kwestie-Palestina/Israël juist van wezenlijk belang, en daar hoort het tot antisemiet bestempelen van mensen met onwelgevallige politieke opvattingen niet in thuis.
Schut: ‘Radicaliseert The Rights Forum? Het lijkt er verdacht veel op. Eerder werd op de Forumwebsite al de Jodenhaat bij de politieke partijen Denk en Bij1 verdedigd en werd de aanval ingezet op het door alle gemeenteraadspartijen (behalve de bovengenoemde twee) ondertekende Amsterdam Joods Akkoord tegen antisemitisme.’
In deze passage radicaliseert Schut verder: zonder met de ogen te knipperen stelt hij dat de politieke partijen DENK en BIJ1 gebukt gaan onder jodenhaat, dat het wederom The Rights Forum is dat hun antisemitisme ‘verdedigt’, en dat wij ook nog eens het ‘Amsterdam Joods Akkoord tegen antisemitisme’ zouden hebben ‘aangevallen’. Veel duisterder kan een verdachtmaking niet zijn.
Schut refereert hier impliciet aan twee oudere artikelen op onze website: een kritisch artikel over een eerdere column van Elma Drayer, waarin zij DENK en BIJ1 ongegeneerd beschuldigde van ‘het negeren van jodenhaat’, en een kritiek op de zogeheten ‘IHRA-definitie van antisemitisme’ die is opgenomen in het Amsterdam Joods Akkoord. In essentie waarschuwen beide artikelen juist voor de erosie van het begrip ‘antisemitisme’ als gevolg van het misbruik dat ervan wordt gemaakt door het als wapen in te zetten tegen mensen met ‘foute’ politieke opvattingen. Van een ‘aanval op het Amsterdam Joods Akkoord’ door The Rights Forum is geen sprake, van het ‘verdedigen van antisemitisme’ evenmin.
Schut: ‘Ook kwam The Rights Forum onder vuur van het Centraal Joods Overleg (CJO), dat november vorig jaar een bloemlezing gaf van antisemitische commentaren op de Facebookpagina van het Forum. “Ik weet intussen wel wie de nazi’s zijn en dat zijn niet de Duitsers”, “Ik ben zo langzamerhand dat hele ‘joodse volk’ ook spuugzat” en talloze andere voorbeelden van onversneden Jodenhaat sierden de pagina van The Rights Forum op. Het CJO deed zelfs aangifte tegen het Forum. Directeur Jan Keulen deed dit af als ‘een politieke smaadcampagne’.’
Opnieuw verdraait Schut de feiten. Het Centraal Joods Overleg (CJO) heeft geen aangifte gedaan tegen The Rights Forum, maar samen met de jongerenorganisatie van het CIDI tegen tien ons onbekende personen, die volgens de organisaties ‘antisemitische uitlatingen’ hadden gedaan op onze Facebookpagina. Die aangifte dateert van mei dit jaar. De organisaties beweerden dat The Rights Forum niets had gedaan met een verzoek dat ons in november 2017 zou zijn gedaan om zulke uitlatingen voortaan direct te verwijderen. Als ‘bewijs’ presenteerden zij reacties van de tien genoemde personen, die opmerkelijk genoeg hoofdzakelijk bleken te dateren van vóór hun ‘verzoek’; latere reacties waren blijkbaar moeilijk te vinden.
In het EO-radioprogramma ‘Dit is de Dag’ kregen de twee organisaties de ruimte hun aangifte toe te lichten. De presentator verzuimde hen te vragen waarom hun aangifte was gebaseerd op oude reacties, informeerde hijgerig of er misschien ook aangifte was gedaan tegen Rights Forum-oprichter Dries van Agt persoonlijk, en erger: het programma verzuimde The Rights Forum om een reactie te vragen, terwijl het toch journalistieke usance is hoor en wederhoor toe te passen. Bovendien bracht de EO het nieuws op de eigen website onder de onjuiste kop ‘Joodse organisaties doen aangifte tegen stichting Dries van Agt’. Dat bericht werd overgenomen op de website van NPO Radio 1. Aan herhaalde verzoeken het te rectificeren werd geen gehoor gegeven. Schut recycelt nu dit kunstje.
Jan Keulen betitelde de actie in een helder artikel terecht als ‘een politieke smaadcampagne’. En anders dan Schut beweert deed hij de gewraakte reacties in zijn artikel niet luchtigjes af, maar ging hij er juist op in. Hij memoreerde ook de permanente stroom ongure reacties die The Rights Forum en zijn erevoorzitter Dries van Agt op Facebook, Twitter en via de mail ten deel valt, waarin beschuldigingen van het produceren van ‘antisemitische bagger’ nog tot de lichtere behoren.
Het was niet voor het eerst dat The Rights Forum en voormalig premier Van Agt publiekelijk van antisemitisme werden beschuldigd. In november 2017 deed het CJO in een artikel hetzelfde. Op basis daarvan schreef de Nederlandse correspondent van het Amerikaanse persbureau The Jewish Telegraphic Agency – voormalig CIDI-medewerker Cnaan Liphsitz – onder de kop ‘Nederlandse joden zeggen dat ex-premier antisemitisme verspreidt’ een artikel, dat vervolgens integraal door Israëlische media werd overgenomen. Waarna de Nederlandse herauten van de Lobby op sociale media gretig de Israëlische artikelen onder de aandacht brachten.
Ook toen reageerde Jan Keulen in een helder artikel op de holle beschuldigingen en het vaker vertoonde één-tweetje met het Amerikaanse persbureau en Israëlische media, die de achterklap onder het mom van journalistiek verder de wereld in hielpen. En ook toen wees Keulen op het volledig ontbreken van inhoudelijke argumenten en waarschuwde hij tegen het schadelijke, om politieke redenen exploiteren van de bestrijding van antisemitisme.
Schut: ‘Het is de vraag of de indrukwekkende namen die de raad van advies van deze ‘gerespecteerde mensenrechtenorganisatie’ opsmukken, allemaal even gelukkig zijn met de huidige koers. Het lijkt moeilijk voor te stellen dat (voormalig) politieke grootheden als Hedy d’Ancona, Laurens-Jan Brinkhorst, Frans Andriessen, Bert en Klaas de Vries erg blij zijn dat zij hun naam verbinden aan een organisatie die terrorisme bagatelliseert, antisemitisme verdedigt, columnisten monddood wil maken, Denk en Bij1 steunt en het Amsterdam Joods Akkoord (ondertekend door de partijen van al deze oud-politici) aanvalt.’
Het plezierige aan deze passage is dat Schut zijn beschuldigingen tegen The Rights Forum op een rijtje zet. Vaak zijn geschriften uit de rangen van de Lobby dermate onsamenhangend dat de lezer daar de handen vol aan heeft.
Wie Schuts beschuldigingen leest vraagt zich af waarom hij nog geen aangifte tegen The Rights Forum heeft gedaan. Dat vragen de leden van onze raad van advies zich ongetwijfeld ook af. Want het gaat inderdaad om (voormalige) politieke grootheden, die noch op hun achterhoofd, noch op hun mondje zijn gevallen, en uitstekend in staat zijn eventuele kritiek met ons te bespreken, en ook om Schuts artikel op waarde te schatten. De vraag is niet of deze kopstukken gelukkig zijn met de koers van The Rights Forum, maar hoe gelukkig het NIW is met de onbesuisde charge van Schut.
Schut: ‘We leggen de vraag voor aan Jaap Hamburger, bestuurslid van The Rights Forum en voorzitter van Een Ander Joods Geluid (EAJG). Deze zegt het artikel niet te hebben gelezen maar na lezing wel zijn mening te willen geven. Eerder dan verwacht belt Hamburger terug: “Ik heb even ruggespraak gepleegd met The Rights Forum. Ik heb geen enkele rol als woordvoerder en ga mij ook niet uitlaten.” Als het NIW een reactie wil moet ik Jan Keulen (op wiens telefoontje over de identiteit van de anonieme auteur wij nog steeds wachten) maar ‘aan de tand voelen’.’
Dat ‘aan de tand voelen’ was blijkbaar niet meer nodig, want nog diezelfde dag had Schut op Twitter zijn oordeel over het artikel rond: ‘Antisemitische bagger.’
Schut: ‘Het is opvallend dat Hamburger zo zwijgzaam is over het artikel.’
Integendeel, het is volstrekt begrijpelijk, en dat weet Schut natuurlijk heel goed. Ook Jaap Hamburger kent de antisemitische bagger waar je door organisaties als het NIW, het CIDI, Likoed Nederland en het CJO, en door publicisten als Elma Drayer, Leon de Winter en anderen zomaar in geduwd kunt worden. En hij kent ook het kunstje om verdeeldheid te zaaien door een raad van advies of een bestuur los te zingen van een werkorganisatie. De mores van de schiettent zijn wijd en zijd bekend, en iedereen weet dat je, joods of niet, door het uiten van onwelgevallige opvattingen het risico loopt met antisemitische pek en veren te worden besmeurd.
Schut: ‘De EAJG-baas heeft er zelden moeite mee zich stellig te uiten als het gaat om zaken gerelateerd aan het Israëlisch-Palestijnse conflict. Zo zag Hamburger er geen probleem in de Belgisch-Libanese serieantisemiet Dyab Abou Jahjah naar Amsterdam te halen voor een paneldiscussie.’
Schut levert meteen een fraaie illustratie van het bovenstaande, en gaat daarbij volgens het bekende schema te werk: hij verklaart Abu Jahjah tot antisemiet (ter ere van Jaap Hamburger zelfs tot ‘serieantisemiet’), en duwt iedereen die het waagt met de man om te gaan in het verdachtenbankje. Daarbij wordt een persoonlijke aanval op Hamburger – de in brede kring gewaardeerde voorzitter van Een Ander Joods Geluid, dat de stem van een belangrijk deel van de joodse gemeenschap vertolkt – niet geschuwd.
En dit uit de pen van de man die meent ons de les te moeten lezen over ‘lafheid’. En die ons voor de voeten werpt de vrijheid van meningsuiting van Elma Drayer te willen inperken, maar er hier geen geheim van maakt dat hij Abu Jahjah uitgesloten wenst te zien van een paneldiscussie. De Lobby als spiegelpaleis, het is een maar al te bekend beeld, dat zich in Schuts artikel voortdurend opdringt.
Schut: ‘Ik stel Hamburger op de man af de vraag of hij Jeremy Corbyn een antisemiet vindt. “Ik vind het een verdomd lastige discussie waarbij het ingewikkeld is feiten van aantijgingen te scheiden. Daar heb ik mijn eindoordeel nog niet over geveld.” Blijkbaar is innig contact met Hamas, het eren van Palestijnse terroristen, de omgang met Holocaustontkenners en het vergelijken van Israël met nazi-Duitsland te ‘lastig’ en ‘ingewikkeld’ om van Jodenhaat te kunnen spreken.’
In deze verhelderende passage wordt als slotakkoord nog eens uit de doeken gedaan hoe de Lobby opereert: wie weigert Corbyn als geboren antisemiet te verketteren wordt zelf in het schandblok gehesen. We zien het mechanisme terug in de recente dwingende oproep van het Centraal Joods Overleg aan de PvdA om Corbyn te veroordelen. Of het nu aan de overzijde van het Kanaal is of hier in Nederland, de werkwijze is overal dezelfde. En na de ‘serieantisemiet’ zullen we waarschijnlijk ook de geboorte van de ‘überantisemiet’ nog moeten meemaken.
Schut: ‘Maar eerlijk is eerlijk, Hamburger lijkt een genuanceerdere opstelling ten opzichte van Corbyns antisemitisme te hebben dan de blinde verering die hem op de website van The Rights Forum ten deel valt. Hopelijk kan de voorzitter van Een Ander Joods Geluid de verontrustende radicalisering van de BDS-organisatie een halt toeroepen.’
Hopelijk is Schut niet al te teleurgesteld nu blijkt dat Jaap Hamburger noch The Rights Forum noch ondergetekende onder de indruk is van zijn poging ons onder het mom van journalistiek antisemitische sentimenten aan te wrijven. Mocht hij niettemin in zijn missie volharden, dan zullen we die voor onze geïnteresseerde achterban en de Lobby watchers met plezier van verdere toelichting voorzien. In de tussentijd is het te hopen dat Schut de titel van zijn eigen artikel uit 2013 ter harte neemt: ‘Flikker toch op met je antisemitisme.’
Het probleem is allang niet meer de bezetting. Het probleem is het gedogen ervan.
Ramsey Nasr Schrijver / dichter / acteur